2020D47683 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

De vaste commissie voor Financiën heeft op 20 november 2020 enkele vragen en opmerkingen aan de Minister van Financiën voorgelegd over het door de Minister van Buitenlandse Zaken op 30 oktober 2020 toegezonden Fiche: Mededeling Nieuw Actieplan Kapitaalmarktunie (Kamerstuk 22 112, nr. 2953).

De voorzitter van de commissie, Tielen

De adjunct-griffier van de commissie, Buisman

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de VVD

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het BNC-fiche en de Mededeling Nieuw Actieplan Kapitaalmarktunie. De leden van de VVD-fractie hebben daarover nog wel enkele vragen en/of opmerkingen.

Het kabinet verwelkomt het actieplan, maar is toch kritisch tot zeer kritisch over een behoorlijk aantal actiepunten. Waarom verwelkomt het kabinet het actieplan dan toch?

Het nieuwe actieplan volgt op het eerste actieplan uit 2015. Wat heeft dat eerste actieplan nu concreet opgeleverd? Wat zijn daarvan de concrete resultaten? Hoe kan de voortgang van dit nieuwe actieplan van de kapitaalmarktunie worden gemeten?

De leden van de VVD-fractie willen graag weten of, na eerdere vragen daarover van de VVD-fractie, er inmiddels een impact assessment is gedaan en er ook zicht is op de administratieve lasten als gevolg van de verschillende voorstellen voor de kapitaalmarktunie.

De leden van de VVD-fractie ondersteunen het hoofduitgangspunt van de kapitaalmarktunie, namelijk het verbeteren van het functioneren van de kapitaalmarkt in de Europese Unie. De kapitaalmarktunie moet zorgen voor meer financieringsmogelijkheden voor het bedrijfsleven en vooral het midden-en kleinbedrijf (mkb). Kan het kabinet aangeven welke maatregelen daar nu concreet aan bijdragen en hoe ze daaraan bijdragen? Wat zijn de meetbare doelen waaraan dit getoetst kan worden? Van welke maatregel zal een mkb’er in de maakindustrie met zo’n twintig medewerkers enthousiast worden? Wat heeft zo’n bedrijf aan de voorgestelde acties?

De leden van de VVD-fractie lezen dat het kabinet het voornemen van de Europese Commissie steunt om te onderzoeken hoe de regels rondom een beursgang voor het mkb kunnen worden vereenvoudigd. De vraag is natuurlijk allereerst wat Nederland zelf al zou kunnen doen binnen de huidige Europese regels. Dus wat zou Nederland zelf kunnen doen? Waar is sprake van het gebruik van lidstaatopties en/of een kop op EU-regelgeving? En in hoeverre is het kabinet bereid daarop stappen te zetten?

Waarom is het kabinet kritisch over het stimuleren van investeringen in eigen vermogen van het mkb via het prudentiële raamwerk voor banken? Waar ziet het kabinet daar risico’s? Het verbeteren van het eigen vermogen van het mkb is toch een goede zaak?

Het kabinet staat positief tegenover een analyse van het nut en haalbaarheid van een verplichting voor banken om ondernemers door te verwijzen naar alternatieve financiering bij afwijzen van een kredietaanvraag. Welke risico’s zijn er bij een dergelijke doorverwijzing? Wat is de verantwoordelijkheid van een bank bij het doorverwijzen? Wat als doorverwezen wordt naar een alternatieve financiering die achteraf slecht blijkt te zijn? Hoe zit het dan met de verantwoordelijkheid van de banken? Waarom wordt er niet gekozen voor een betere informatievoorziening vanuit de (Nederlandse) overheid over de verschillende financieringsvormen voor bedrijven?

De leden van de VVD-fractie staan positief tegenover de mogelijkheden voor (synthetische) securitisaties op een verantwoorde manier. Kan aangegeven worden welke staartrisico’s en derdepartijrisico’s daar bij kunnen zitten? En hoe daarmee wordt omgegaan?

De leden van de VVD-fractie vragen zich af waarom actiepunten op het gebied van financiële educatie, financieel advies en pensioenen bij de kapitaalmarktunie horen. Eerder hebben de leden van de VVD-fractie aangegeven dat de kapitaalmarktunie niet een duizenddingendoekje moet worden, maar daar lijkt het nu wel op. Kan het kabinet daar uitgebreid op ingaan? De leden van de VVD-fractie vinden die onderwerpen natuurlijk belangrijk, maar zien geen meerwaarde in een rol van de Europese Unie op die onderwerpen, met uitzondering van financieel advies voor professionele partijen (in relatie tot de Markets in Financial Instruments Directive (MIFID)). In hoeverre zijn dit bevoegdheden van de Europese Unie?

Wat is de meerwaarde van een Europees provisieverbod? Wat is de meerwaarde van een pan-EU-label voor adviseurs? Gaat het hier om financieel adviseurs voor professionele partijen of ook voor consumenten? De leden van de VVD-fractie vinden niet dat we nu voor financieel adviseurs voor consumenten nog weer meer regelgeving en administratieve lasten moeten opleggen, na alle maatregelen die op nationaal niveau al zijn genomen. Hoe kijkt het kabinet daarnaar?

Of wordt er gekeken naar een vergelijkbaar provisieverbod als Nederland nu al kent?

Pensioenen zijn en blijven wat de leden van de VVD-fractie betreft een nationale aangelegenheid. Waarom worden er dan toch acties voorgesteld, ook al zijn het geen wetgevende acties? De ervaring van de leden van de VVD-fractie is dat het vaak met lichte acties begint, zoals in dit geval monitoring, en dat zo langzaamaan gewerkt wordt aan zwaardere acties. Je geeft ze een vinger, en uiteindelijk pakken ze de hele hand. Het kabinet lijkt terecht ook kritisch over maatregelen op dit terrein. Hoe is het krachtenveld voor deze onderwerpen? Wie zijn daarin medestanders van Nederland?

De leden van de VVD-fractie zijn net als het kabinet terughoudend over harmonisatie van (bepaalde delen van) het insolventierecht. Wat is het krachtenveld op dit punt? Waarom wordt er niet voor gekozen om landen die een slecht werkend insolventierecht hebben, zoals Italië, te stimuleren om hun eigen insolventierecht eerst zelf te hervormen?

De leden van de VVD-fractie lezen dat het kabinet positief staat tegenover het verbeteren van de teruggaveprocedure van bronbelasting middels aansluiting bij bestaande systemen en voor de oprichting van een zogenaamde geconsolideerde tape voor handelsdata voor equity. Wat betekenen deze voorstellen precies en wat zijn de gevolgen?

Tot slot, het Verenigd Koninkrijk heeft altijd een belangrijke rol vervult als het ging om de kapitaalmarkten, met name de London City. Wat zijn de gevolgen van de Brexit voor de kapitaalmarkten? Welke knelpunten ziet het kabinet nog?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de PVV

De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de BNC-fiche: Mededeling Nieuw Actieplan Kapitaalmarktunie.

Naar aanleiding van het genoemde punt brengen de leden van de PVV-fractie het volgende naar voren.

Allereerst merken de leden van de PVV-fractie op dat de Commissie met dit actieplan aankondigt om de komende jaren op zestien onderwerpen verdeeld over drie doelstellingen, acties te ondernemen om haar doelstelling voor een sterkere interne markt met goed ontwikkelde kapitaalmarkten te verwezenlijken. De leden van de PVV-fractie vragen om een opsomming van de zestien onderwerpen, een korte uitwerking en een duidelijk standpunt van het kabinet ten aanzien hiervan. Tevens vragen de PVV-fractie hierbij aan te geven bij welke onderwerpen er (mogelijk) sprake is van een overdracht van de Nederlandse soevereiniteit aan Brussel.

Verder merken de leden van de PVV-fractie op dat de Commissie ten aanzien van de tweede doelstelling aangeeft dat goed ontwikkelde pensioenstelsels met meer opties voor pensioensparen, waarbij ingelegd vermogen wordt belegd op de financiële markten belangrijk zijn. Welk voorstel wordt hier concreet gedaan ten aanzien van pensioenen? Deelt de Minister de mening van de leden van de PVV-fractie dat pensioenen een nationale aangelegenheid zijn en dat er op geen enkele wijze, ook niet indirect, sprake mag zijn van een overdracht van de Nederlandse soevereiniteit aan Brussel? Zo ja, welke maatregelen is de Minister bereid te treffen om dit tegen te houden?

Voorts merken de leden van de PVV-fractie op dat er aangegeven wordt dat de meeste actiepunten na maanden of zelfs jaren tot concrete actie zullen leiden. De leden van de PVV-fractie vragen om een zo volledig mogelijke tijdlijn voor wat betreft de voorgestelde actiepunten.

Daarnaast vragen de leden van de PVV-fractie waarom het kabinet een positieve grondhouding heeft ten aanzien van de bevoegdheid, subsidiariteit en proportionaliteit van de mededeling, mede gelet op het gegeven dat het kabinet zelf al aangeeft dat pensioenen een nationale aangelegenheid zijn. Waarom wordt dit niet nadrukkelijk aangegeven bij de grondhouding die Nederland aanneemt ten aanzien van de bevoegdheid, subsidiariteit en proportionaliteit?

Ten slotte vragen de leden van de PVV-fractie hoe het kabinet staat ten aanzien van het oprichten van een Europese bad bank. Kan het kabinet aangeven wat het volume aan slechte leningen is bij Europese banken (graag een uitsplitsing per lidstaat)?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van het CDA

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van Fiche: Mededeling Nieuw Actieplan Kapitaalmarktunie. De leden van de CDA-fractie begrijpen dat een sterke Europese kapitaalmarkt bijdraagt aan economische groei en financiële stabiliteit. De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet of het kabinet het uitgangspunt van de Europese Commissie deelt dat een coronacrisis en de daaruit voortvloeiende economische crisis ervoor zorgen dat de urgentie voor het versterken van de kapitaalmarktunie vergroot. Betekent dit dan ook, zo vragen de leden van de CDA-fractie, dat een dergelijke unie ook weer afgebouwd kan worden na een economische crisis?

Ondersteuning van een duurzaam, inclusief en veerkrachtig economisch herstel door betere toegang tot financiering voor Europese bedrijven

De leden van de CDA-fractie lezen dat het kabinet positief staat tegenover een analyse van het nut en de haalbaarheid van een verplichting voor banken om ondernemers door te verwijzen naar alternatieve financiers bij afwijzen van de kredietaanvraag. De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet in hoeverre de plannen ook gaan bijdragen aan het vergemakkelijken voor banken om tijdelijke leningen te verstrekken aan ondernemers die in zwaar weer terecht zijn gekomen vanwege de coronacrisis, maar verder een gezonde onderneming hebben.

De leden van de CDA-fractie lezen dat het kabinet kritisch staat tegenover het stimuleren van investeringen in eigen vermogen van het mkb via het prudentiële raamwerk voor banken. Zij vragen of het kabinet een alternatief kader ziet waarlangs investeringen in eigen vermogen van het mkb kunnen worden gestimuleerd. Zo ja, hoe wil het kabinet hierop in Europees verband inzetten?

De EU een veiligere plek maken om te sparen en te beleggen voor de lange termijn

De leden van de CDA-fractie achten het in beginsel sympathiek om een gemeenschappelijk begrippenkader te maken ten behoeve van de financiële educatie van EU-burgers. De leden van de CDA-fractie hebben echter wel twijfels over de uitvoerbaarheid van dit plan gezien de financiële diversiteit die nog altijd aanwezig is in de verschillende lidstaten. Betekent dit ook dat bepaalde begrippen opgelegd gaan worden vanuit Europa om uniformiteit te bevorderen, of hoe moeten de leden van de CDA-fractie deze plannen duiden, zo vragen zij aan het kabinet?

De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet of het kabinet kan aangeven in hoeverre het minimaal harmoniseren van rangorde van vorderingen en triggers voor insolventieprocedures past binnen de plannen voor een kapitaalmarktunie. Ook vragen de leden van de CDA-fractie hoe zij de terughoudendheid van het kabinet moeten interpreteren. Kunnen de leden van de CDA-fractie hieruit opmaken dat het zelfs als onwenselijk wordt beschouwd, zo vragen de leden van de CDA-fractie.

De leden van de CDA-fractie lezen tot hun tevredenheid dat het kabinet met klem zal blijven benadrukken dat pensioenen een nationale aangelegenheid zijn en dienen te blijven en dat de ontwikkelingen kritisch zullen worden gemonitord. De Europese Commissie geeft in het actieplan kapitaalmarktunie actie negen aan dat zij «pensioen dashboards» van de lidstaten gaat ontwikkelen. De Europese Autoriteit voor Verzekeringen en Bedrijfspensioenen (EIOPA) wordt daarbij om advies gevraagd over welke data pensioenuitvoerders moeten rapporteren om deze pensioendashboards te kunnen ontwikkelen. De leden van de CDA-fractie vinden het prima als lidstaten naar goede voorbeelden over de grens kijken, maar zijn wel beducht voor extra Europese verplichtingen voor pensioenuitvoerders. Hoe beoordeelt het kabinet deze extra verplichtingen?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van D66

De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het BNC-fiche: Mededeling Nieuw Actieplan Kapitaalmarktunie. Daar voor de meeste acties geldt dat de Commissie nog nader onderzoek zal verrichten alvorens concrete maatregelen voorgesteld zullen worden, wachten deze leden deze voorstellen af en hebben zij voorlopig geen vragen voor het kabinet. Zij hopen enkel dat het kabinet voorstellen ter verdere vervolmaking van de kapitaalmarktunie met een positieve grondhouding zal beoordelen.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van GL

De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van de kabinetsinzet ten aanzien van het kapitaalmarktunie-actieplan van de Europese Commissie. Zij hebben een aantal vragen.

De leden van de GroenLinks-fractie lezen dat het kabinet en de Europese Commissie benadrukken dat de kapitaalmarktunie bijdraagt aan de financiële stabiliteit omdat asymmetrische economische schokken beter geabsorbeerd worden. Zij vragen het kabinet in te gaan op het risico dat kapitaal, bijvoorbeeld bij toename van spreads, juist makkelijker wegtrekt (zoals tijdens de vorige eurocrisis gebeurde) en dit de financiële kwetsbaarheid in delen van de eurozone vergroot. Hoe wordt voorkomen dat de kapitaalmarktunie dergelijke risico’s uitvergroot, zo vragen zij daarnaast.

De leden van de GroenLinks-fractie roepen de Franse inzet ten aanzien van de kapitaalmarktunie in herinnering, die zich er onder andere specifiek op richtte om de burger actief aan te jagen om meer te beleggen. In welke mate is dit een prioriteit van dit kabinet, zo vragen deze leden. Hoe beziet het kabinet de risico’s voor consumenten van deze «democratisering van finance»? Hoe moet in dit licht wat het kabinet betreft de in 2022 te presenteren Retail Investment Strategy gezien worden?

De leden van de GroenLinks-fractie vragen het kabinet in te gaan op de mate waarin sommige lidstaten op dit moment een (op nationaal niveau) ontwikkelde kapitaalmarkt hebben, en wat de implicaties hiervan zijn voor het tijdpad en ambitieniveau met betrekking tot het harmoniseren van kapitaalmarkten. Het creëren van een verder geïntegreerde kapitaalmarkt door regulatoire harmonisatie is immers lastig als het sommige landen überhaupt aan een ontwikkelde kapitaalmarkt ontbeert.

De leden van de GroenLinks-fractie vragen het kabinet wat de concrete kansen, mogelijkheden en risico’s voor Nederlandse pensioenfondsen zijn in termen van de manier waarop zij beleggen, op het moment dat de agenda van de kapitaalmarktunie zoals door de Commissie voorgesteld, verder uitgerold wordt.

De leden van de GroenLinks-fractie wijzen erop dat uit onderzoek blijkt dat, vergeleken met andere EU- en eurozonelidstaten, de toegang van bankfinanciering voor Nederlandse mkb’ers relatief beperkt is. Zij vragen het kabinet te onderbouwen in welke mate op dit punt dan ook daadwerkelijk sprake is van een Europees probleem. Waaruit is gebleken dat er een aanbodprobleem is als het gaat om financiering voor het Europese mkb? Is hier geen sprake van een specifiek Nederlands probleem waar in Nederland – bijvoorbeeld door het terugdringen van marktmacht van banken – een oplossing voor gevonden dient te worden, zo vragen zij.

De leden van de GroenLinks-fractie lezen dat de Europese inzet ten aanzien van duurzame financiering weliswaar losstaat van de specifieke onder het kapitaalmarktunie-actieplan vallende punten, maar ook dat laatstgenoemde in samenhang gezien moet worden met duurzame financiering. Deze leden vragen daarom welke elementen van de kapitaalmarktunievoorstellen specifiek van invloed zijn op de bevordering van duurzame financiering, en op welke wijze.

De leden van de GroenLinks-fractie vragen naar het Europese krachtenveld op het punt van het stimuleren van investeringen in eigen vermogen van het mkb via het prudentiële raamwerk voor banken.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de SP

De leden van de SP-fractie hebben met zorgen kennisgenomen van het nieuwe actieplan kapitaalmarktunie. Zij vinden dat er een ernstige tunnelvisie is ontstaan over de mogelijkheden van de kapitaalmarktenunie zonder kritisch naar nadelen te kijken en die in kaart te brengen. Erkent de Minister dit, zo vragen de leden. Kan de Minister aangeven welke lessen zijn getrokken uit de financiële crisis en de eurocrisis?

De leden van de SP-fractie vragen de Minister of hij kan onderbouwen waarom geïntegreerde Europese kapitaalmarkten kunnen zorgen voor duurzame versterking van de reële economie. De reële economie heeft tot nu toe schade heeft ondervonden van deze kapitaalmarkten. De leden vragen de Minister of een kapitaalmarktunie asymmetrische economische schokken kan opvangen en zo ja hoe precies. Deze leden vragen de Minister wie de efficiënte allocatie van kapitaal het beste kan regelen in tijden van crisis. De leden vragen de Minister hoe hij in tijden van crisis het winstoogmerk van de efficiënte allocatie van kapitaal wil organiseren. De leden vragen de Minister welk onderliggend offer hij vraagt van de lidstaten om deze accumulatie door de efficiënte allocatie van kapitaal gestalte te doen geven. Voorts vragen deze leden de Minister voor wie deze kapitaalmarkt een verdienmodel is. De leden verwachten serieus antwoord op deze vragen.

De leden van de SP-fractie maken zich ernstige zorgen over de drie doelstellingen van dit nieuwe actieplan. De leden vragen de Minister wat een «echte» interne markt is. Is de interne markt nu niet «echt» dan? De leden vragen de Minister wat een markt tot een «echte» markt maakt. De leden vragen de Minister wie er bij doelstelling 1 – de verbetering van de proportionaliteit van de beursregels – nu gaan verdienen aan de versoepeling van beursregels. Is het de inzet is van Nederland is om financiële instellingen meer te laten verdienen? De leden vragen de Minister wat hij onder doelstelling 2 onder begrijpelijke producten verstaat. De leden maken zich ernstige zorgen over het gebrek aan vertrouwen in financiële markten en hun producten gezien de vele frauduleuze schandalen die plaatsvinden tot op de dag van vandaag. Hoe gaat de Minister dit vertrouwen terugwinnen voor zijn burgers met een onveilige en niet duurzame kapitaalmarkt? De leden vragen de Minister onder doelstelling 3 of een Europees toezichtkader niet zal leiden tot soevereiniteitsoverdracht. De leden vragen de Minister of gezien de vele gevallen van belastingontwijking in Nederland van grote multinationals de lokale autoriteiten niet eerst versterkt dienen te worden.

De leden van de SP-fractie vragen de Minister of de essentie van dit voorstel simpelweg een accumulerend verdienmodel is voor de Nederlandse financiële sector. De leden vragen de Minister of de essentie van dit voorstel gedragen wordt door de Nederlandse burger die nauwelijks vertrouwen heeft in financiële markten.

De leden van de SP-fractie hebben vernomen dat het kabinet kritisch staat tegenover het stimuleren van investeringen in eigen vermogen van het mkb via het prudentiële raamwerk voor banken. Het kabinet staat daarentegen wel open voor verbetering van het kader voor (synthetische) securitisaties ter bevordering van deze markt. De leden kunnen dit niet rijmen met elkaar. De leden vragen de Minister dit te onderbouwen. De leden vragen de Minister te bewijzen hoe securitisaties bijdragen aan een veilige en duurzame kapitaalmarkt.

II Reactie van de Minister van Financiën

Naar boven