2020D43605 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken heeft enkele vragen en opmerkingen over de brief van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 21 september 2020 inzake de staps-gewijze verbetering en vernieuwing van de Basisregistratie Personen (BRP) (Kamerstuk 27 859, nr. 146).

De voorzitter van de commissie, Ziengs

De adjunct-griffier van de commissie, Hendrickx

Inleiding

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief d.d. 21 september 2020 inzake «Stand van zaken Basisregistratie per-sonen (BRP). Graag willen zij de Staatssecretaris daarover een aantal vragen stellen. In de brief van 4 november 2019 (TK 27 859, nr. 143) staat aan het slot dat in het voorjaar van 2020 de Kamer zal worden geïnformeerd over invulling en voortgang van de gewijzigde aanpak met betrekking tot de BRP. Is de brief van 21 september jl. de beloofde brief? Zo ja, wat is de reden dat deze informatie pas in september naar de Kamer is gestuurd, zo vragen de leden van de VVD-fractie.

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris van BZK. Zij zijn het eens met de staats-secretaris, dat nooit uit het oog mag worden verloren dat het uiteindelijk altijd gaat over mensen. In dit verband vragen deze leden, op welke wijze dat tot uiting komt in het beleid. Zij verwijzen naar de omschrijving van belang-hebbenden: «Vertegenwoordigers van bijhouders en gebruikers van de BRP, waaronder VNG, de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken (NVVB), Belastingdienst, UWV, DUO, CBS, SVB, ministeries van Justitie en Veiligheid en Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Ook de beheerder van de centrale voorzieningen voor de BRP, RvIG, is nauw betrokken». Pas op blz. 4, aan het eind van voetnoot 9 komen deze leden burgers voor het eerst tegen, niet als deelnemer aan de werkgroepen of de programmaraad, maar als allerlaatste in het rijtje: «Maar bijvoorbeeld ook belangenbehartigers van burgers.» De leden van de CDA-fractie vragen de Staatssecretaris, op welke wijze het belang van burgers beter in het beleid verankerd kan worden.

De leden van de SP-fractie hebben de informatie van het kabinet met betrek-king tot de Basisregistratie Personen gelezen en hebben hierover nog enkele vragen.

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben onder dankzegging kennisgeno-men van de brief inzake de stand van zaken Basisregistratie Personen (BRP).

1. Ontwikkelagenda BRP

Nadat de operatie BRP is stopgezet, is eind 2019 besloten om versneld aan de slag te gaan met de doorontwikkeling van de huidige BRP. Daartoe is de ontwikkelagenda BRP opgesteld, die uit een aantal onderdelen bestaat. De leden van de VVD-fractie vragen zich af wat het tijdpad van deze agenda is. Staat er een bepaalde periode voor deze agenda? De leden van de VVD-fractie vernemen graag van de Staatssecretaris wat de verschillen zijn tussen de operatie BRP en de Ontwikkelagenda BRP. Voorts vragen zij naar de tech-nische realisatie (ICT-aspecten) van de doorontwikkeling in kleine stappen. Hoe wordt geborgd dat de ICT-aspecten goed worden meegenomen? Hoe is de betrokkenheid van het BIT bij de doorontwikkeling van de huidige BRP? Welke kosten zijn gemoeid met de Ontwikkelagenda BRP? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de Staatssecretaris.

De leden van de CDA-fractie constateren, dat het uitbreiden van de mogelijk-heden tot het bijhouden van gegevens niet-ingezetenen hoog op de Ontwik-kelagenda BRP staat. Deze leden vragen, wellicht ten overvloede, of de Re-gistratie Niet-Ingezetenen wel op orde is voor de Tweede Kamerverkiezingen in maart 2021.

De leden van de CDA-fractie vragen, wat de stand van zaken is met betrek-king tot het inrichten van een gezaghebbend centraal meldpunt waar burgers / geregistreerden terecht kunnen voor het melden en oplossen van problemen met de basisregistraties, zoals gevraagd bij de Kamerbreed aangenomen motie-Van der Molen/Middendorp (TK 26 643, nr. 630). Op 16 oktober jl. beantwoordde de Staatssecretaris schriftelijke vragen van de leden Van der Molen en Middendorp over het bericht «Nog steeds doodverklaard: verwis-selingsfout van drie jaar terug blijft Fred Marree achtervolgen». De staats-secretaris antwoordde, dat hij bij het opzetten van het meldpunt nadrukkelijk de ervaringen en verwachtingen van burgers betrekt en de ervaringen die zijn opgedaan met het Centraal Meldpunt Identiteitsfraude, dat ook wordt beheerd door de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens. De leden van de CDA-fractie vragen, of de voorbereidingen inmiddels zo ver gevorderd zijn, dat de ver-wachting van de Staatssecretaris uitkomt, dat het meldpunt begin 2021 van start kan gaan.

De leden van de SP-fractie begrijpen dat er verbeteringen nodig zijn aan het BRP. Zij vragen naar de mogelijkheid voor daklozen om zich in te schrijven op een briefadres, omdat deze vaak tegen veel problemen aanlopen als zij juist uit de problemen willen komen omdat zij zich niet kunnen inschrijven.

Verder vragen de leden van de SP-fractie naar de geschatte kosten en tijdlijn van deze plannen, zeker gezien de eerdere veranderingen aan de BRP, die de ingeschatte kosten en tijd ernstig overschreden. Hoe wordt dat met deze plannen voorkomen?

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen welke mogelijkheden er zijn tot verbetering van de regelgeving voor naamswijziging. Wanneer een verzoek tot achternaamswijziging van een minderjarige, bijvoorbeeld doordat de gezags-situatie onduidelijk was, is afgewezen, is het namelijk niet mogelijk een herhaald verzoek te doen, op het moment dat het gezag wel goed is geregeld, anders dan op basis van psychische hinder. Een hardheidsclausule die het mogelijk maakt een afgewezen verzoek te heroverwegen zou in voorkomende situaties uitkomst kunnen bieden. De wetgeving rondom naamswijziging voorziet momenteel niet in een hardheidsclausule, om een afgewezen verzoek te heroverwegen als er sprake is van bijzondere omstandigheden. Is de regering bereid om hierin bij wet te voorzien?

2. Activiteiten en geplande wijzigingen 2020–2021

Beoogde wijzigingen in wet- en regelgeving

Het is de leden van de VVD-fractie opgevallen dat in de hiervoor genoemde brief van 4 november 2019 staat dat in het voorjaar van 2020 een wetsvoorstel tot aanpassing van de Wet BRP wordt ingediend, waarin wordt geregeld dat ook niet-ingezetenen levenloos geboren kinderen in de BRP kunnen inschrijven. In de brief van 21 september jl. staat dat dit wetsvoorstel binnenkort wordt ingediend. Wat is de reden dat dit wetsvoorstel nog niet is ingediend, zo vragen de leden van de VVD-fractie.

Voorts is het de leden van de VVD-fractie opgevallen dat in de brief van 21 september jl. wordt gesteld dat er wordt gewerkt aan een wetswijziging om een oplossing te geven voor gevallen waarin een nieuwe bewoner last heeft van de registratie van de oude bewoner. Zij merken op dat zij over deze problematiek eerder schriftelijke vragen hebben gesteld. Wanneer kan de Kamer die wetswijziging tegemoet zien? In de brief van 4 november 2019 werd namelijk al melding gemaakt van een wijziging van de Wet BRP die hierop betrekking heeft. Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de Staatssecretaris.

De leden van de ChristenUnie-fractie zijn verheugd dat de Kamer binnenkort een wetsvoorstel kan verwachten waarin onder andere een uitbreiding van de mogelijkheid tot het registreren van levenloos geboren kinderen wordt gere-geld, voor mensen die bij de geboorte van hun kind in het buitenland woonden. Op welke termijn verwacht het kabinet dit wetsvoorstel in te dienen?

Naar aanleiding van de beantwoording van vragen van de ChristenUnie-fractie (Aanhangsel Handelingen TK 2019–2020, nr. 2889), onderzoekt het kabinet ook de mogelijkheid juridische drempels weg te nemen voor ouders die problemen ervaren wanneer zij een bij, of kort na, de geboorte overleden kind willen registeren. Kan het kabinet aangeven hoe het met dit onderzoek staat? Is het mogelijk dit bij voornoemde wetswijziging te betrekken?

Project Verstrekken gegevens uit BRP onder regie van de burger

In de brief lezen de leden van de VVD-fractie ook over het «Project Verstrek-ken gegevens uit de BRP onder regie van burger». Hoe wordt het aange-nomen amendement Middendorp en Verhoeven over de online-identiteit bij het wetsvoorstel digitale overheid (TK 34 972, nr. 20), zodra dit wetsvoorstel in de Eerste Kamer is aangenomen, betrokken bij dit project? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de Staatssecretaris.

De leden van de CDA-fractie onderstrepen het belang van het project Ver-strekken gegevens uit BRP onder regie van de burger. Deze leden vragen, of inmiddels de eerste benodigde wijzigingen «onder de motorkap» zijn uitge-voerd. Deze leden lezen, dat het nog niet duidelijk is in hoeverre er aanpas-sing van wet- en regelgeving voor nodig is, zodat burgers gebruik kunnen gaan maken van deze voorziening. Bedoelt de Staatssecretaris dat hij de Kamer voor het einde van 2020 laat weten, welke aanpassingen van wet- en regelgeving precies nodig zijn en op welke termijn deze gerealiseerd kunnen worden?

Naar boven