Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 juni 2020
Per brief d.d. 28 maart 2018 heeft de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties mij
verzocht om een reactie op een brief van een inwoner van Bonaire (d.d. 31 december
2017), de heer Van de D. Hij bepleitte het ondernemen van actie om verbetering aan
te brengen in het welzijn van economisch achtergestelde groepen. Hij stelde dat het
lokale bestuur meer oog moet hebben voor de burger, stabiliteit en vooruitgang van
het eiland, en dat Nederland meer mag doen om Bonaire met de armoede-problematiek,
dat een eilandelijke taak is, vooruit te helpen.
Ik onderschrijf het belang dat de heer Van de D. hecht aan het nemen van concrete
acties om de leefomstandigheden te verbeteren. In het Bestuursakkoord Bonaire 2018–2022
is aandacht voor de uitvoeringskracht en prioritaire thema’s waaronder die in het
sociaal domein. Met het Bestuursakkoord zijn er meerjarige afspraken gemaakt wat de
continuïteit bij de uitvoering van de plannen ten goede komt. Daarnaast heeft het
kabinet in juni 2019 het ijkpunt sociaal minimum vastgesteld wat de positie van kwetsbare
groepen moet verbeteren. Armoede is een probleem op Bonaire, Saba en Sint Eustatius
en het kabinet pakt dit met gerichte maatregelen aan. Sommige maatregelen kunnen snel
genomen worden, terwijl andere meer tijd in beslag zullen nemen. Waar het armoedebestrijding
betreft ligt er een gedeelde verantwoordelijkheid, want ook voor de besturen van Bonaire,
Saba en Sint Eustatius ligt een opgave.
Op 20 december 2018 heeft de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties mij verzocht
om een reactie op een bericht van Fundashon Ban Boneiru Bèk van
20 november 2018 over problemen met het verkrijgen van een geldig rijbewijs in Frankrijk
in verband met het niet accepteren van een Bonairiaans rijbewijs. Wellicht ten overvloede
meld ik u dat deze vraag strikt genomen onder de verantwoordelijkheid van de Minister
van Infrastructuur en Waterstaat valt.
Het openbaar lichaam Bonaire heeft de aanvrager geholpen met het verkrijgen van een
nieuw Bonairiaans rijbewijs. Dit rijbewijs wordt echter niet door Frankrijk erkend.
Nederland heeft er indertijd voor gekozen om de EU-wetgeving en EU-afspraken voor
de rijbewijzen en de onderlinge erkenning van rijbewijzen niet van toepassing te laten
zijn in de buiten Europa gelegen staatsrechtelijke onderdelen. Bonaire valt staatsrechtelijk
weliswaar onder Nederland, maar de onderlinge erkenning van de rijbewijzen is beperkt
tot het Europese deel van het koninkrijk. Het Bonairiaanse rijbewijs valt dus onder
geen enkele afspraak binnen de EU. Het klopt dus, dat het niet mogelijk is om een
in Bonaire afgegeven rijbewijs in Frankrijk om te zetten in een Frans rijbewijs.
De vaste commissie voor Koninkrijksrelaties heeft mij per brief van 7 september 2016
en per brief van 31 oktober 2017 verzocht om een reactie op de correspondentie van
de Democratic Party Sint Eustatius inzake artikel 18.2 WolBES en de aanstelling van
ambtenaren bij het openbaar lichaam Sint Eustatius. Sinds het ontvangen van de brieven
is de situatie op Sint Eustatius sterk veranderd. Vanwege het verstreken momentum
van de vragen van de heer Sneek is beantwoording vanuit de huidige situatie niet ter
zake doende. Desalniettemin wordt er met de inwerkingtreding van de Tijdelijke wet
taakverwaarlozing getracht de problemen die de heer Sneek in zijn brief aankaart duurzaam
op te lossen.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops