2020D26347 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken heeft enkele vragen en opmerkingen over de brief van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 9 juni 2020 (Kamerstuk 35 165, nr. 22) houdende het ontwerpbesluit tot wijziging van het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming in verband met de invoering van een elektronisch vervangend briefstembewijs.

De voorzitter van de commissie, Ziengs

De adjunct-griffier van de commissie, Hendrickx

VVD

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het ontwerpbesluit tot wijziging van het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming in verband met de invoering van een elektronisch vervangend briefstembewijs. Vooruitlopend op een wijziging van de Kieswet wordt voorgesteld het mogelijk te maken kiezers buiten Nederland, op hun verzoek, per e-mail een vervangend briefstembewijs toe te sturen, als het eerste briefstembewijs verloren is gegaan dan wel is zoekgeraakt. Graag willen zij de Minister daarover een paar vragen stellen.

Allereerst merken de leden van de VVD-fractie op dat zij het een goede zaak vinden dat er weer een stap wordt gezet met als doel het voor Nederlanders in het buitenland gemakkelijker te maken hun stem uit te brengen. Wel moet worden voorkomen dat er meer dan één keer kan worden gestemd, maar dat geldt in feite ook al voor de situatie waarin het vervangende briefstembewijs per post wordt ver-stuurd. De leden van de VVD-fractie vragen de Minister daar op in te gaan. Waarom wordt het eerste briefstembewijs niet per e-mail naar de kiezers in het buitenland verstuurd? Wordt dat overwogen? Zo neen, waarom niet? Hoe moet het verzoek om een vervangend briefstem-bewijs per e-mail te ontvangen, worden gedaan? Moet dat per post worden gedaan of kan dat ook per e-mail? Graag krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de Minister op deze vragen.

D66

De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het Ontwerpbesluit tot wijziging van het Tijdelijk experimenten-besluit stembiljetten en centrale stemopneming en willen de Minister nog enkele vragen voorleggen.

De leden van de D66-fractie zijn verheugd dat de Minister stappen maakt met het digitaliseren van het stemproces voor kiezers in het buitenland. Deze leden hebben in het recente gevoerde «schriftelijk overleg democratie, kiesrecht en desinformatie» reeds aandacht gevraagd voor het versturen van het gewone briefstembewijs via de digitale weg. De Minister voorzag toen een risico dat kiezers zouden gaan dubbelstemmen. Zijn er minder rigoureuze maatregelen te nemen om dubbelstemmen te voorkomen dan slechts met een digitaal vervangend briefstembewijs te werken? Ofwel welke maatregelen kan de Minister nemen om het gewone briefstembewijs digitaal te versturen en het risico op dubbelstemmen te mitigeren? Deze leden vragen de Minister daarnaast wat een digitaal vervangend briefstembewijs oplost in het kader van dubbelstemmen? Bestaat er überhaupt geen risico op dubbelstemmen met een digitaal vervangend briefstembewijs? Kan de Minister beide procedures, het gewone en het vervangende briefstembewijs via de digitale weg versturen, stap voor stap beschrijven en aangeven waar in het proces risico’s bestaan met dubbelstemmen?

De leden van de D66-fractie kunnen zich zo voorstellen dat de wereld-wijde covid-crisis ook weerslag heeft op de internationale postbe-zorging en daarmee op de bezorging van stemmen uit het buitenland. Deze leden vragen de Minister te onderzoeken wat de vertragingen zijn in de internationale postbezorging als gevolg van de covid-crisis en wat de gevolgen daarvan kunnen zijn op de komende parlements-verkiezingen. Heeft de Minister reeds een beeld van de situatie en de mogelijke gevolgen? Zo ja, kunnen die bevindingen met de Kamer worden gedeeld? Gaat de Minister maatregelen nemen om stemmen vanuit het buitenland, ondanks de gevolgen van covid-crisis op de internationale postbezorging, toch zo normaal mogelijk te laten verlopen?

SP

De leden van de fractie van de SP lezen dat de Minister voornemens is het mogelijk te maken dat er geëxperimenteerd wordt met een digitaal stembewijs, op dit moment voor kiezers in het buitenland. De Minister stelt daarbij dat zij het niet kunnen uitoefenen van het kiesrecht zwaarder vindt wegen dan het relatief kleine risico dat door digitale verzending van het vervangend briefstembewijs een kiezer zou kunnen proberen meerdere keren een stem uit te brengen. Is het risico op stemfraude alleen acceptabel voor kiezers in het buitenland? Zo ja, vindt u dat zelf een acceptabel onderscheid en waarom? Zo nee, waarom richt dit experiment zich dan alleen op kiezers in het buitenland? Tot op welke dag kunnen deze vervangende bewijzen via e-mail verstuurd worden? Is de Minister het met de leden van de fractie van de SP eens dat ook veel mensen die niet in het buitenland wonen op de verkiezingsdag zelf erachter komen dat ze geen stembewijs meer hebben en het ook voor hen een waardevolle aanvulling kan zijn een stembewijs via e-mail te ontvangen? Zo ja, waarom wordt er onderscheid gemaakt tussen kiezers in het buitenland en het stemrecht van mensen die niet in het buitenland wonen? Waarom accepteert de Minister een risico op stemfraude terwijl het verkiezingsproces daar juist uitermate ongeschikt voor is en het aantal mensen die nu niet kunnen stemmen beperkt is?

Naar boven