2020D21017 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN

De vaste commissie voor Defensie heeft een verslag, houdende een aantal vragen, voorgelegd aan de Minister van Defensie over het wetsvoorstel Slotwet Ministerie van Defensie 2019 (Kamerstuk 35 470 X, nr. 3).

De voorzitter van de commissie, Aukje de Vries

De griffier van de commissie, De Lange

Nr

Vraag

   

1

Kunt u aangeven welke mutaties volgens de Algemene Rekenkamer (AR) niet zijn gemeld in de brief van 16 december 2019 (Beleidsmatige mutaties na Najaarsnota 2019, Kamerstuk 35 400 X, nr. 48), terwijl dit eigenlijk wel had gemoeten? Waarom zijn deze mutaties niet gemeld?

2

Hoe reflecteert u op de grote onderrealisatie in 2019? Was deze onderrealisatie niet geheel of gedeeltelijk te verwachten? Zo ja, waarom heeft u dan toch voorstellen aan de Kamer voorgelegd voor het verhogen van de budgetten?

3

Is het voor u een uitgangspunt dat geld dat aan uw begroting voor een bepaald jaar wordt toegevoegd ook in dat begrotingsjaar in verplichtingen omgezet dient te worden? Zo nee, hoe kan de Kamer dan nog goed toetsen aan met welk oogmerk u geld aan de begroting toevoegt?

4

Hangt de onderrealisatie op uw begroting geheel of gedeeltelijk samen met de tekortkomingen die de AR constateert bij het inkoopbeheer van Defensie?

5

Bent u, naast de invoering van het Defensiematerieelbegrotingsfonds, voornemens stappen te zetten om te zorgen dat er bij het volgende begrotingsjaar geen of nauwelijks sprake is van onderrealisatie? Zo ja, welke?

6

Zou de inzet van een marineschip voor een nieuwe missie volgens u ten koste gaan van de eerste hoofdtaak en NAVO-verplichtingen rond reactiemachten en gereedgestelde eenheden?

7

Waarom kan enhanced Forward Presence (eFP) in Litouwen wel doorgaan, terwijl elders missies worden afgeschaald? Wat is het verschil en zijn er lessen te trekken uit eFP voor de doorgang van missies elders?

8

Is het haalbaar om de komende jaren een grotere missie (zoals in Mali) uit te voeren, gezien de aanhoudende problemen met gereedheid en verplichtingen in het kader van de eerste hoofdtaak?

9

Kunt u aangeven welk deel van de genoemde € 37 miljoen aan verplichtingen minder is gerealiseerd met betrekking tot geneeskundige systemen? Welke soorten systemen betreft dit, en houdt de onderrealisatie verband met tekorten door de Coronacrisis?

10

Heeft de onderrealisatie ten aanzien van geneeskundige systemen gevolgen voor de gezondheidszorg bij Defensie? Zo ja, welke?

11

Houdt de onderrealisatie van € 18,9 miljoen met betrekking tot de instandhouding van het vastgoed verband met het gebrek aan inzicht dat u heeft in uw vastgoedportefeuille, zoals de AR dit jaar wederom concludeert? Zo nee, wat is dan de oorzaak?

Naar boven