Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 februari 2020
Hierbij stuur ik u een afschrift van twee brieven van gedeputeerde staten (hierna
GS) van de provincie Noord-Holland aan provinciale staten (hierna PS)1. De eerste brief is van 5 december 2019 en informeert PS over de hogere uitstoot
van stof vanuit de sinterkoelers van Tata Steel en daarmee aan deze stof gebonden
zware metalen, waaronder lood. De tweede brief is van 15 januari 2020 en geeft een
reconstructie van het proces rond de sinterkoelers en gaat in op te nemen vervolgstappen
vanuit GS. Ik kom hiermee tegemoet aan de toezegging aan het lid Kröger, gedaan tijdens
het Algemeen Overleg Externe Veiligheid van 5 december 2019.
In de brief van 5 december 2019 geven GS aan welke maatregelen zij en Tata Steel nemen
naar aanleiding van de, hoger dan in de vergunning opgenomen, uitstoot vanuit de sinterkoelers.
Tata Steel zal een nieuwe filterinstallatie plaatsen om de uitstoot terug te brengen.
Daarnaast onderzoekt de provincie of te achterhalen is hoe het heeft kunnen gebeuren
dat deze situatie niet eerder is opgemerkt.
In de brief van 15 van januari 2020 is het proces en de informatievoorziening rondom
de ontstane situatie bij de sinterkoelers gereconstrueerd. Naar aanleiding hiervan
wordt door GS een aantal voorlopige conclusies getrokken over het proces. Daarnaast
worden vanuit GS een aantal vervolgacties geïnitieerd:
-
– Het verbeteren van de informatievoorziening tussen de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied
(hierna OD NZKG) en GS, de OD NZKG en de ambtelijke organisatie en tussen GS en PS;
-
– Een programmatische aanpak voor Tata Steel door GS en de OD NZKG waarin prioriteiten
opgesteld worden over de inzet richting Tata Steel. Een belangrijk uitgangspunt hierbij
is een gezonde leefomgeving. PS wordt naar verwachting in het eerste kwartaal van
2020 nader over deze aanpak geïnformeerd;
-
– Een verbetering van de samenwerking tussen de provincie Noord-Holland en de omgevingsdiensten
binnen de provincie door een verduidelijking van de wijze waarop invulling aan het
mandaat moet worden gegeven, bijvoorbeeld via een Nota uitvoering en handhaving;
-
– Het versterken van de organisatie van zowel de vier omgevingsdiensten als van de eigen
provinciale organisatie door samen met de omgevingsdiensten het werken bij een omgevingsdienst
aantrekkelijk te maken en een verdere gezamenlijke professionalisering van het opdrachtgeverschap;
-
– Het volledig en vroegtijdig informeren van de omgeving en partners en met hen afstemmen
en het op orde brengen van de digitale informatievoorziening.
Inmiddels is de OD NZKG gestart met een onderzoek waarbij vergunningen van fabrieken
nauwgezet worden vergeleken met de daadwerkelijke situatie. Dit onderzoek vindt plaats
naast het onderzoek van de Randstedelijke Rekenkamer (op verzoek van PS) naar de uitvoering
en kwaliteit van VTH-taken bij Tata Steel en Harsco en het RIVM-onderzoek naar de
gezondheid in de IJmond. De uitkomsten zullen gebruikt worden ter verbetering van
het stelsel van VTH in de provincie Noord-Holland met als uiteindelijke doel een verbetering
van de kwaliteit van de leefomgeving in de provincie Noord-Holland.
Ik blijf in gesprek met de provincie om mij te laten informeren over de voortgang
van de onderzoeken. Ook zal ik bij het opstellen van de uitvoeringagenda naar aanleiding
van het onlangs naar de Kamer gestuurde Berenschot onderzoek2 deze casus naar voren brengen.
De Minister voor Milieu en Wonen, S. van Veldhoven-van der Meer