2019D39966 LIJST VAN VRAGEN

De vaste commissie voor Defensie heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Staatssecretaris van Defensie over de Personeelsrapportage over midden 2019 (Kamerstuk 35 300 X, nr. 4).

De voorzitter van de commissie, Aukje de Vries

De griffier van de commissie, De Lange

Nr

Vraag

1

Hoe gaat u Defensiepersoneel met een islamitische achtergrond promoten en tegelijkertijd de veiligheid garanderen van militairen en hulpbehoevenden die, de met de islam strijdige, Nederlandse normen en waarden omarmen?

2

Herinnert u zich nog de deserteurs met een islamitische achtergrond die vanwege hun geloofsovertuiging weigerden uitgezonden te worden naar islamitische «schurkenstaten»? Hoe gaat u Defensiepersoneel met een islamitische achtergrond binnen Defensie promoten en tegelijkertijd de operationele continuïteit van Defensie garanderen?

3

Kunt u een limitatief overzicht geven van de maatregelen die Defensie heeft genomen om defensiepersoneel met een islamitische achtergrond binnen Defensie te promoten (zoals o.a. het serveren van het halalvoeding en/of het actief werven van recruiters met een islamitische achtergrond)? Zo nee, waarom niet?

4

Kunt u een bron geven voor de stelling dat diversiteit bijdraagt aan de kwaliteit? Kunt u hierbij gebruik maken van een bron die aansluit op de defensiepraktijk en niet gefinancierd en/of ondersteund wordt door (rechts)personen en overige entiteiten die baat hebben bij diversiteit (zoals o.a. de Europese Unie, de Verenigde Naties en de omvolkingsinitiatieven van George Soros)? Zo nee, waarom niet?

5

Kunt u aangeven wat u onder diversiteit verstaat? Kunt u aangeven welke persoonskenmerken (zoals o.a. godsdienst, geslacht, etniciteit, politieke overtuiging, geaardheid, IQ) wel en niet van belang zijn voor het diversiteitsbeleid? Zo nee, waarom niet?

6

Verstaat u onder diversiteit ook dat PVV-stemmers eindelijk eens deel uit gaan maken van de ambtelijke top van het Ministerie van Defensie? Zo nee, waarom niet en hoe verhoudt zich dit met het feit dat PVV-stemmers wel volop vertegenwoordigd zijn bij militairen en veteranen?

7

Kunt u aangeven welke persoonskenmerken onder- en oververtegenwoordigd zijn binnen Defensie? Zo nee, waarom niet?

8

Kunt u aangeven op welke wijze gemeten en bijgehouden wordt of mensen met bepaalde persoonskenmerken onder- of oververtegenwoordigd zijn binnen de Defensie? Zo nee, waarom niet?

9

Welke streefcijfers gelden op basis van het diversiteitsbeleid voor de verschillende persoonskenmerken? Kunt u ook aangeven welke streefcijfers in het verleden golden en of deze al dan niet zijn behaald? Zo nee, waarom niet?

10

Hoe wordt in het werving- en selectieproces vastgesteld of sollicitanten onder- of oververtegenwoordigde persoonskenmerken bezitten? Worden sollicitanten gevraagd, getest of anderszins onderzocht op persoonlijkheidskenmerken die positief of negatief meewegen? Zo nee, waarom niet?

11

Kunt u aangeven of Defensie samenwerkt en/of contacten onderhoudt met (rechts)personen en overige entiteiten in verband met diversiteit (zoals o.a. het geldverslindende Stichting Giving Back, Stichting Multicultureel Netwerk Defensie en de Europese Unie)? Kunt u daarbij ook aangeven wie deze (rechts)personen en entiteiten zijn, waaruit de samenwerking en/of contact bestaat, welke kosten (zoals bijv. donaties en subsidies) hiermee gemoeid zijn en welke stappen zijn genomen? Zo nee, waarom niet?

12

Kunt u aangeven welke gevolgen het diversiteitsbeleid heeft voor de inkleding van gedrags- en tuchtnormen. Kunt u aangeven of militairen die zich verzetten tegen uw diversiteitsbeleid bestraft worden? Kunt u daarbij ook aangeven of militairen al reeds bestraft zijn vanwege opmerkingen tegen uw diversiteitsbeleid? Zo nee, waarom niet?

13

Kunt u aangeven waarom het ziekteverzuim nauwelijks is verbeterd? Kunt u aangeven hoe dit zich verhoudt met uw belofte dat het Defensiepersoneel op één staat? Zo nee, waarom niet?

14

Kunt u aangeven waarom de werkbeleving van het burgerpersoneel positiever is dan de werkbeleving van het militair personeel? Komt dit doordat het burgerpersoneel een betere rechtspositie en een sterkere cao-onderhandelingspositie heeft dan het militair personeel? Prevaleert de zorgplicht voor het burgerpersoneel boven de bijzondere zorgplicht voor het militair personeel? Zo nee, waarom niet?

15

Kunt u begrijpen dat bij Defensiepersoneel het vermoeden bestaat dat de werkbelevingsbeoordeling niet strookt met de werkelijkheid doordat de IGK en de BNR-enquête een veel negatiever beeld laten zien? Kunt u aangeven hoe de werkbelevingsbeoordeling tot stand is gekomen en in welke mate deze afwijkt met de beoordelings- en onderzoeksmethodes van de IGK en BNR-enquête? Zo nee, waarom niet?

16

Herinnert u zich nog vraag 10 en 11 van de lijst van vragen over de Personeelsrapportage 2018 over de werkbeleving en het ziekteverzuim van defensieslachtoffers en het defensiepersoneel van de marinierskazerne Doorn? Bent u bereid deze vragen nu wel van een gedegen, hetzij geanonimiseerd, antwoord te voorzien? Zo nee, waarom niet en hoe verhoudt zich dit met uw belofte tot meer openheid?

17

Kunt u per statistiek en statistisch onderdeel aangeven waaruit de schommelingen tussen midden 2019 en 2018 bestaan en welke oorzaken hieraan ten grondslag lagen? Zo nee, waarom niet en hoe verhoudt zich dit met uw belofte tot meer openheid?

18

Kunt u aangeven hoe vaak ziekteverzuim verband houdt met (mogelijk) onveilig materiaal en onveilige arbeidsomstandigheden? Kunt u aangeven waaruit het ziekteverzuim bestaat, welke oorzaken (mogelijk) hieraan ten grondslag lagen en welke stappen zijn genomen? Zo nee, waarom niet?

19

Hoe beoordeelt u het feit dat de militaire vulling naar verwachting in 2020 op gemiddeld 80,5–81% uitkomt, ruim onder de door Defensie gestelde norm van 90%, en slechts in geringe mate hoger dan de vulling per medio 2019 (80,3%)? Wat zijn de prognoses voor de vulling voor de langere termijn en wanneer denkt u aan de norm van 90% te gaan voldoen, mede in het licht van de uitspraken van de inmiddels oud-commandant Landstrijdkrachten dat het wegwerken van personeelstekorten nog zeker zes jaar zal duren (https://www.nu.nl/binnenland/5983482/commandant-landmacht-wegwerken-personeelstekort-kost-nog-zeker-6-jaar.html)?

20

Wanneer verwacht u op zijn vroegst weer aan de norm van 90% militaire vulling te kunnen voldoen?

21

Waarom wordt voor militair personeel een norm van 90% vulling gehanteerd en voor burgerpersoneel een norm van 100%?

22

Wat is de reden dat de voor 2020 verwachte vulling voor het burgerpersoneel slechts 98,5% bedraagt, terwijl die midden 2019 nog 101,8% bedroeg?

23

Waarom wordt er een gelijke trend voor vulling van burgerpersoneel verwacht, terwijl de verwachte vulling in 2020 (98,5%) lager is dan de vulling (101,8%)? Is er dan geen sprake van een dalende trend?

24

Kunt u een overzicht geven van het aantal onvervulde vacatures per krijgsmachtonderdeel en in het ambtelijk apparaat, zowel in absolute aantallen als uitgedrukt als percentage van de formatie?

25

Wat zijn de reële verwachtingen voor de ontwikkeling van de militaire vulling na 2020? Kunt u dat concretiseren met onderdelen en aantallen?

26

Welk bedrag is in 2020 begroot om uitvoering te geven aan het beleidsplan diversiteit en inclusiviteit?

27

Waarom wijkt de omvang van het personeelsbestand in de begroting (memorie van toelichting, p. 98) af van de omvang in de personeelsrapportage?

28

Welke verwachting heeft u voor de ontwikkeling van de militaire vulling in de jaren na 2020?

29

Kunt u alle vragen -ongeacht welke reden dan ook om dit niet te doen (zoals bijv. samenhang)- apart beantwoorden, hetzij geanonimiseerd, en wel op zodanige wijze dat niet verwezen wordt naar andere antwoorden en Kamerstukken? Zo nee, waarom niet?

Naar boven