Niet-dossierstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | 2019D34691 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | 2019D34691 |
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister voor Rechtsbescherming over de brief van 13 juni 2019 over de recente ontwikkelingen op het gebied van screening en de Verklaring Omtrent het Gedrag (Kamerstuk 35 000 VI, nr. 121).
De voorzitter van de commissie, Van Meenen
De adjunct-griffier van de commissie, Verouden
Inleiding
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief over de recente ontwikkelingen op het gebied van screening en de VOG.
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van brief over de recente ontwikkelingen op het gebied van screening en de VOG. Naar aanleiding van de brief hebben deze leden nog enkele vragen.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de brief over de recente ontwikkelingen op het gebied van screening en de VOG. Zij hebben nog een paar vragen.
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de brief over de recente ontwikkelingen op het gebied van screening en de VOG. Deze leden hebben daarover nog enkele vragen.
De VOG en Europese bronnen
De leden van de CDA-fractie moedigen het aan dat dat een samenwerking is aangegaan met België en Luxemburg om justitiële informatie uit te wisselen in het kader van een aanvraag van een VOG voor werkgelegenheid. Deze leden vragen u in hoeverre een dergelijke samenwerking is of wordt aangegaan met Duitsland?
Ook vragen de leden van de CDA-fractie welke gevolgen de Brexit al heeft voor wat betreft het aanvragen van een VOG. Hoe gaat de screening eruit zien van personen uit het Verenigd Koninkrijk wanneer zij een VOG aanvragen? Zijn hierover afspraken gemaakt met het Verenigd Koninkrijk ten aanzien van justitiële informatie-uitwisseling? Is daarbij relevant of er een Brexit-deal komt met het Verenigd Koninkrijk?
Dark-number
De leden van de D66-fractie lezen dat er een relatief kleine groep jongeren bestaat die uit angst voor een weigering geen VOG aanvraagt. Zij zijn het met de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)en u eens dat het ongewenst is dat er ook jongeren zijn zonder justitiële antecedenten die geen VOG durven aanvragen. Kunt u toelichten en met concrete voorstellen inkleuren op welke wijze u met de Minister van OCW de kennis van de VOG-screening onder mbo-studenten wil verhogen? Kunt u voorts uiteenzetten hoe die concrete voorstellen ervoor gaan zorgen dat de angst van «VOG-aanvraagmijders» kleiner wordt?
De leden van de SP-fractie vragen hoe u denkt het probleem van de «VOG-aanvraagmijders» op te gaan lossen en, in het verlengde hiervan, wat hierbij uw concrete doelstellingen zijn?
Overig
De leden van de VVD-fractie grijpen de gelegenheid graag aan om een vraag te stellen naar aanleiding van de motie-Van Wijngaarden/Groothuizen over de VOG (Kamerstuk 35 080, nr. 19). U heeft de Kamer naar aanleiding van deze motie toegezegd nader te onderzoeken welke aanvullende maatregelen u kan nemen om personen te faciliteren bij hun vraag of ze naar verwachting een VOG voor een specifiek profiel kunnen krijgen (Kamerstuk 35 080, nr. 22). Bent u al begonnen met dat onderzoek? Aan welke aanvullende maatregelen denkt u? Kunt u vast een tipje van de sluier oplichten?
De leden van de D66-fractie delen uw mening dat de vermelding van de precieze werkzaamheden bij een VOG-aanvraag belangrijk is. Het publiek belang is erbij gebaat dat op basis van relevante justitiële antecedenten door de overheid als betrouwbare derde een afweging wordt gemaakt of iemand om kan gaan met kwetsbare mensen of gevoelige gegevens. Uit de media is echter gebleken dat elk bedrijf een aanvraag kan doen uit naam van elk ander bedrijf. Zij vragen daarvoor een gemeentelijk tarief, maken gebruik van het goedkopere digitale proces bij het Rijk en laten de VOG-aanvrager zelf de functie en het screeningsprofiel opgeven. De leden van de D66-fractie zijn van mening dat dit verdienmodel het publiek belang van de VOG erodeert en derhalve ongewenst is, te meer het aantal VOG-aanvragen groot is: 1,2 miljoen het afgelopen jaar. Hoe beoordeelt u een bedrijf dat via haar website vraagt aan de sollicitant om het screeningsprofiel, de functie en eventuele toelichting zelf in te vullen en daar vervolgens aan verdient? Kunt u uiteenzetten hoe het hiervoor beschreven verdienmodel zich verhoudt tot het publiek belang dat met het VOG-systeem gediend is? Waarom vindt u «het niet bezwaarlijk» dat deze diensten bestaan? Bent u tot slot bereid na te denken over oplossingen om het publiek belang van het aanvragen van een VOG niet langer te laten eroderen? Aan welke oplossingen denkt u?
De leden van de SP-fractie vragen hoelang een VOG-aanvraag gemiddeld duurt. Verschilt dit per gemeente? Zo ja, waarom? Zijn er wachttijden? Zo ja, waarom? Is de huidige procedure voor verbetering vatbaar om drempels voor bijvoorbeeld mbo-studenten weg te nemen? Wat zijn de mogelijkheden om de huidige procedure te vereenvoudigen, te versnellen en of goedkoper te maken? Wordt dit ook bekeken?
De leden van de SP-fractie lezen dat het toepassingsgebruik van de VOG is uitgebreid, met name door de continue screening in de kinderopvang en de taxibranche. In welke branches bestaat deze doorlopende screening? Hoe werkt die doorlopende screening? Hoe ingewikkeld is die screening en hoe kostbaar en arbeidsintensief is deze? Kan deze doorlopende screening uitgebreid worden naar andere branches en zou dat wenselijk zijn? Zo nee, waarom niet?
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/nds-tk-2019D34691.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.