Niet-dossierstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | 2019D21520 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | 2019D21520 |
De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de Minister voor Medische Zorg en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het ARK-rapport bij het Jaarverslag Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 2018 (Kamerstuk 35 200 XVI, nr. 2).
De voorzitter van de commissie, Lodders
De adjunct-griffier van de commissie, Clemens
Nr |
Vraag |
1 |
Hoe gaat u – conform het advies van de Algemene Rekenkamer – zorgkantoren beter informeren zodat ze kunnen sturen op kwaliteitsverbetering of doelmatige besteding van de extra middelen? |
2 |
Welke maatregelen gaat u nemen om de Kamer beter te informeren over de geleverde prestaties van het Centraal Administratie Kantoor (CAK) en het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ)? Kunt u uw antwoord toelichten? |
3 |
Kunt u de toename van het aantal fte's (4.424 in 2017 en 4.642 in 2018) nader specifiëren? |
4 |
In tabel 1 is te zien dat het aantal fte’s binnen het Ministerie van VWS jaarlijks met zo’n 200 fte toeneemt, wat is daarvan de verklaring? Wat zijn de verwachtingen voor de komende jaren met betrekking tot de ontwikkeling van het aantal fte’s binnen het Ministerie van VWS? |
5 |
Bij welke subsidieregelingen in artikel 1 is geen staatssteuntoets uitgevoerd? |
6 |
Bij welke subsidieregelingen en projectsubsidies in artikel 4 zijn geen staatssteuntoetsen uitgevoerd? |
7 |
Kunt u specificeren op welke subsidieregeling, projectsubsidies en instellingssubsidies van begrotingsartikel 5 geen of geen adequate staatssteuntoets is uitgevoerd? |
8 |
Kunt u specificeren op welke subsidieregeling, projectsubsidies en instellingssubsidies van begrotingsartikel 6 geen of geen adequate staatssteuntoets is uitgevoerd? |
9 |
Welke verbeteringen worden ondernomen, naast de aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer, om ervoor te zorgen dat met betrekking tot het subsidiebeheer in 2019 niet voor het vierde jaar op rij een (ernstige) tekortkoming wordt geconstateerd? |
10 |
Welke stappen heeft u sinds het verantwoordingsonderzoek 2017 gezet om de «ernstige onvolkomenheid» ten aanzien van het subsidiebeheer om te zetten naar een «onvolkomenheid»? Welke additionele stappen zijn nodig? Waarom lukt het in uw ogen maar niet om het subsidiebeheer naar behoren te laten verlopen? Hoe beoordeelt u het feit dat het subsidiebeheer al vele jaren lang, volgens de Algemene Rekenkamer, niet op orde is? Wat betekent dit voor de doelmatigheid van subsidies? |
11 |
Bij 9 van de in totaal 130 instellingssubsidies is het niet helemaal gelukt om de staatssteuntoets in 2018 af te ronden. Kunt u aangeven wanneer deze staatssteuntoets voor al deze 9 instellingssubsidies afzonderlijk is uitgevoerd? |
12 |
Bij 8 van de 34 subsidieregelingen is het niet gelukt om de staatssteuntoets in 2018 af te ronden. Kunt u aangeven wanneer deze staatssteuntoets voor al deze 8 instellingssubsidies afzonderlijk is uitgevoerd? |
13 |
Waarom wordt de Directie Financieel-Economische Zaken verantwoordelijk voor het selecteren van de instellingen waarvan de controleverklaring moet worden gereviewd in plaats van de Auditdienst Rijk? |
14 |
In 2017 heeft u € 120,4 miljoen aam het Zorgverzekeringskantoor (ZVK) in Caribisch Nederland verstrekt. Ruim 50% is rechtmatig besteed. Kunt u aangegeven waaraan dit besteed is? Kunt u specificeren waaraan de mogelijk onrechtmatige bestedingen uitgegeven zijn? |
15 |
Wat wordt ondernomen naar aanleiding van het advies van de Algemene Rekenkamer om het incidentenmanagement te verbeteren? |
16 |
Welke effecten op het aantal extra fte voor verpleeghuiszorg worden verwacht als de efficiencyopdracht wordt behaald? |
17 |
Wanneer verwacht u de benchmark in gebruik te kunnen nemen waarmee prestaties van verpleeghuizen kunnen worden vergeleken op het terrein van kosten en kwaliteit van zorg? |
18 |
«De Minister van VWS heeft aangegeven dat de zorgkantoren bij de zorginkoop ook moeten letten op de uitvoering van deze efficiencyopdracht.» Welke additionele beleidsmogelijkheden, anders dan het zorgkantoren erop wijzen dat hierop gelet moet worden, ziet u hier voor uzelf weggelegd? |
19 |
In hoeverre valt er toch iets te zeggen op de vraag in hoeverre de extra middelen voor reguliere bekostiging van verpleeghuiszorg (€ 100 miljoen in 2017 en € 435 miljoen in 2018) hebben geleid tot betere verpleeghuiszorg in het algemeen en betere verpleeghuiszorg voor dementiepatiënten in het bijzonder? |
20 |
83% van de cliënten zou het eigen verpleeghuis aanbevelen. Hoeveel respondenten hebben meegewerkt aan dit onderzoek? Waren al deze respondenten bekwaam om een goed oordeel te vellen over het verpleeghuis waar zij verbleven? |
21 |
Wordt de cliënttevredenheid gemeten aan de hand van een gesloten «ja of nee» vraag? |
22 |
Waarom wordt het personeelsbestand niet aangeleverd op locatieniveau? |
23 |
Hoe stimuleert u het verzamelen, evalueren en delen van ervaringen met technologische toepassingen in de verpleeghuissector? Hoe gaat u de sector verbinden aan het aandachtspunt «leren en verbeteren» van het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg? |
24 |
Waarom zijn bij de € 435 miljoen extra voor verpleeghuizen geen voorwaarden voor bekostiging afgesproken? |
25 |
Waarom heeft u geen voorwaarden verbonden aan de extra middelen (€ 45 miljoen) die in 2018 gegeven zijn aan verpleeghuizen voor het aantrekken van extra personeel? |
26 |
Gaat u uitzoeken of bestuurders van verpleeghuizen de ontvangen extra middelen op een juiste manier hebben uitgegeven, dus aan personeel en niet aan andere zaken? Zo neen, waarom niet? |
27 |
Wat gaat het kabinet doen om ervoor te zorgen dat er voor de jaren 2019–2021 goed inzicht ontstaat in hoeverre de extra middelen voor verpleeghuiszorg leiden tot merkbaar betere verpleeghuiszorg voor bewoners? |
28 |
Kunt u onder elkaar zetten welke opties u ziet om verpleeghuizen van 40 duizend fte te voorzien? |
29 |
Wat gebeurt er als zorgkantoren of verpleeghuizen zich niet houden aan de afspraken over de besteding van het kwaliteitsbudget? |
30 |
Hoe hoog is de uitstroom van medewerkers in de sector Verpleging, Verzorging en Thuiszorg (VVT)? |
31 |
Hoeveel personeel moet er tot 2040 in de verpleeghuizen door vergrijzing en los van het kwaliteitsbudget bijkomen? |
32 |
Staat de 85%–15%-afspraak in het kader van het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg voor u ter discussie? |
33 |
Kunt u de geleverde prestaties van het CAK in 2018 uiteenzetten? |
34 |
Kunt u de prestaties van het CIZ in 2018 nader toelichten? |
35 |
Wat is de oorzaak voor het ontbreken van de adequate staatssteuntoets voor de genoemde € 39 miljoen aan subsidie? |
36 |
Waarom is er bij het jaarverslag geen samenvattend rapport met duiding van de cijfers uit de Staat van Volksgezondheid en Zorg (Staat V&Z) gevoegd? |
37 |
Hoe verhoudt de VWS Monitor zich tot beleidsdoelen en kabinetsprioriteiten? |
38 |
Waarom wordt in het jaarverslag niet teruggekomen op het doel dat de wachttijden in de GGZ binnen een jaar terug moesten zijn op de afgesproken termijnen? Kan hier alsnog inzicht in worden gegeven? |
39 |
Bedoelt u tussen de regels door aan te geven bereid te zijn de 85%–15% afspraak voortijdig te versoepelen als de kwaliteitsinformatie en de benchmark beschikbaar zijn en de zorgkantoren rechtstreeks op kwaliteit en doelmatigheid kunnen sturen? |
40 |
Welke drie qua financieel belang grootste subsidieregelingen die nog niet volledig zijn getoetst gaat u versneld toetsen? |
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/nds-tk-2019D21520.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.