Niet-dossierstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | 2019D15472 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | 2019D15472 |
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het Rapport afstemming zittingscapaciteit strafzaken (Kamerstuk 29 279, nr. 496).
De voorzitter van de commissie, Van Meenen
De griffier van de commissie, Hessing-Puts
Nr |
Vraag |
1 |
Hoe kan – in het licht van de verwachting dat de rechtspraak meer slagkracht krijgt door nieuw aangestelde rechters – volledig voldaan worden aan de behoefte op grond van het aantal zaken dat door het openbaar ministerie (OM) wordt aangeleverd? Wordt die extra capaciteit niet volledig gebruikt door de toegenomen eisen van de professionele standaarden? Kan worden aangegeven welk deel van de zaken nog steeds niet behandeld zal worden? |
2 |
In hoeverre biedt de voorgestelde uitbreiding van de capaciteit bij de rechtbanken ruimte voor het opvangen van de investeringen in de politie en het OM die er juist op gericht zijn het aantal opgeloste misdrijven en overtredingen te laten toenemen? Hoe is bij een toename van het aantal zaken financieel en beleidsmatig geregeld hoe hiermee omgegaan moet worden? |
3 |
Waarom is het niet mogelijk de reden van niet-ontvankelijkheidverklaring te noteren? Is het niet belangrijk dat duidelijk is welk deel van de zaken niet meer inhoudelijk wordt beoordeeld of geseponeerd door het verstrijken van de termijn of door een lange procedure? Moet dit niet zoveel mogelijk voorkomen worden? |
4 |
Vinden er ook sepots plaats bij oude strafzaken (misdrijven)? Zo ja, wat wordt eraan gedaan om dit te voorkomen? |
5 |
Is bij de berekening van de benodigde rechters en officieren van justitie ook rekening gehouden met de toegenomen zaakzwaarte van OM-zaken? Op welke wijze? |
6 |
Hoe wort gehandeld in de fase voordat een wetsvoorstel in consultatie komt om meer mogelijkheden te bieden voor onderlinge bijstand? Zijn er nu al zulke mogelijkheden? Hoe wordt in de tussentijd gehandeld, zolang dit wetsvoorstel nog niet van kracht is? |
7 |
Wat wordt concreet gedaan om te bereiken dat de verhinderdata van advocaten goed geregistreerd worden, zodat hierdoor geen belemmeringen ontstaan voor de goede voortgang van rechtszaken? Welke taak ziet u hier voor zichzelf weggelegd? |
8 |
Wat zijn de concrete voornemens aan de verkorting van de termijnen te werken voor de doorlooptijd van relatief eenvoudige verzetzaken of ligt deze taak volledig bij de gerechten? |
9 |
Wanneer wordt invulling gegeven aan de aanbevelingen uit het onderzoek? |
10 |
Op welke manier wordt invulling gegeven aan de aanbevelingen uit het onderzoek? |
11 |
Is uit de analyse naar voren gekomen dat het OM kampt met een gebrek aan financiering? Zo ja, op welk gebied of welk onderwerp is het gebrek aan financiering het meest nijpend? Hoeveel geld zou nodig zijn om dit gebrek op te lossen? |
12 |
In hoeverre kan het Parket Centrale Verwerking Openbaar Ministerie (CVOM) op uniforme wijze (straf)zaken aanbrengen bij de afzonderlijke gerechten of gelden hier afspraken per rechtbank voor? Indien dit per rechtbank verschilt, waarom is dat dan zo? |
13 |
Bestaan er landelijk (streef)normen als het gaat om voorraadvorming, zowel in de verschillende stadia van het strafproces (nog te beoordelen, te appointeren, reeds gepland) als ten aanzien van de verschillende spelers (met name het OM en de rechtbank)? |
14 |
Is de verwachting dat ook in 2019 strafzaken geseponeerd moeten worden vanwege de ouderdom? |
15 |
Wat wordt bedoeld met «strafzaken van geringe aard» in relatie tot vervolging staken vanwege ouderdom? |
16 |
Is het seponeren of niet vervolgen vanwege ouderdom van de zaak afhankelijk van de zittingscapaciteit van een rechtbank? Ontstaat daarmee niet een vorm van rechtsongelijkheid over het land? |
17 |
Bestaan er wettelijke barrières of verhinderingen die het moeilijk of onmogelijk maken dat rechters uit de ene rechtbank elders in het land bij een andere rechtbank bijstand verlenen? |
18 |
Bestaan er in het huidige systeem van financiering van de Rechtspraak barrières of verhindering die het moeilijk of onmogelijk maken dat rechters uit de ene rechtbank elders in het land bij een andere rechtbank bijstand verlenen? Indien een rechter wordt ingezet buiten zijn standplaats, waar daalt de financiering voor het verrichte werk dan neer? |
19 |
Hoe ontwikkelt naar verwachting in de jaren 2019 en 2020 de totale voorraad van het Functioneel Parket (FP) zich? Kunt u dit weergeven in een tabel, uitgesplitst naar de drie categorieën voorraad, ook uitgesplitst per concentratierechtbank waar het FP de zaken afdoet? |
20 |
Welke rechtbanken en parketten zullen in de jaren 2019 en 2020 een lagere bezetting aan respectievelijk rechters en officieren van justitie hebben dan de formatie hen toestaat? Kunt u voor deze rechtbanken en parketten deze informatie in een tabel weergeven? |
21 |
Waar was de ontoereikende zittingscapaciteit bij de rechtspraak het meest nijpend volgens het CVOM? |
22 |
Welke problemen ten aanzien van voorraadvorming, al dan niet administratief van aard, bracht de invoering van de professionele standaarden met zich mee? |
23 |
Welke problemen ten aanzien van voorraadvorming, al dan niet administratief van aard, bracht de herziening van de gerechtelijke kaart met zich mee? |
24 |
Wat is het aantal manuren, in ieder geval geschat, dat nodig is de aanwezige FP-voorraad weg te werken? |
25 |
Waardoor was er een gebrek aan capaciteit bij de kabinetten rechter-commissaris? |
26 |
Kan het groeiend belang van forensisch bewijs, het aantal getuigen en deskundigen op zitting en het aantal verzetsprocedures tegen strafbeschikkingen kwantitatief worden aangetoond per jaar, van de jaren 2014 tot en met 2018? |
27 |
Waarom wordt het verplaatsen van zaken naar een arrondissement bij tijdelijk gebrek aan zittingscapaciteit bemoeilijkt als gevolg van de herziening van de gerechtelijke kaart in 2013? |
28 |
Wat staat er in die convenanten, nadat het OM en de Rechtspraak hebben onderhandeld over de beschikbare zittingscapaciteit? |
29 |
Waarom wordt er onderhandeld over de beschikbare zittingscapaciteit? |
30 |
Waarom was er bij twee gerechten sprake van overcapaciteit? |
31 |
Waarom heeft maar één van de twee gerechten overcapaciteit ingezet om de tekorten bij een andere rechtbank te compenseren? |
32 |
Wat heeft het andere gerecht gedaan met de overcapaciteit? |
33 |
Hadden beiden gerechten kunnen zien aankomen dat grote strafzaken van het Landelijk Parket (LP) en het FP niet meer aanhangig gemaakt konden worden bij hen? |
34 |
Waarom is het aantal mega-uren in 2018 met 20% toegenomen ten opzichte van 2017? |
35 |
Waaruit bestaat de planningsproblematiek van reguliere meervoudige zittingen (MK) nu de MK-capaciteit door de toename van mega-uren is toegenomen? |
36 |
Wat zijn de redenen dat de verschillende rechtbanken voorgeschreven zaaksmixen dwingend afspreken? |
37 |
Welke drie rechtbanken konden in 2018 min of meer volledig aan de vraag van het OM voldoen? |
38 |
Wat zijn de redenen dat het aantal eindvonnissen in 2018 achterblijft bij het aantal zittingsbehandelingen? |
39 |
Hoe komt het dat er wel een behandeling is ter zitting, maar er geen eindvonnis komt? |
40 |
Waarom heeft het OM in 2018 1% minder enkelvoudige zittingen (EK) afgesproken? |
41 |
Welke andere indicatoren zijn te bedenken om te kunnen meten of de beschikbare zittingscapaciteit voldoende aansluit bij de benodigde zittingscapaciteit? |
42 |
Wat zijn de redenen dat de doorlooptijd van instroom bij het OM naar eindvonnis bij een rechtbank bij MK-zaken van 2015 tot 2018 met ruim 40 dagen is toegenomen? |
43 |
Wat zijn de redenen dat de doorlooptijd van instroom bij het OM naar eindvonnis bij een rechtbank bij EK-zaken een positieve trend laten zien? |
44 |
Hoe komt het dat de doorlooptijd van overtredings- en misdrijfzaken bij het CVOM een versnelling laat zien? |
45 |
Welke meetbare effecten hebben de komst van «Verkeerstorens» als samenwerkingsverband van het OM en de rechtbank veroorzaakt bij het optimaal op elkaar afstemmen van het zaaksaanbod en het zittingsaanbod? |
46 |
Wanneer wordt verwacht dat het tijdelijke tekort aan inzetbare rechters door de invoering van de professionele standaarden in 2016/2017 is opgelost? |
47 |
Waarom krijgt het OM de zittingen niet of onvoldoende gevuld? |
48 |
Waarom lukt het niet goed de zaaksmixen tussen de rechtbank en het OM overeen te komen? |
49 |
Welke oplossingen zijn denkbaar het zaaks- en zittingsaanbod veel beter op elkaar aan te laten sluiten en gedurende het jaar sneller aan te passen? |
50 |
Hoe wordt op korte termijn gezorgd dat in het geval het OM bij zaken die niet binnen een jaar kunnen worden aangebracht ervoor kiest deze via een andere weg af te doen, deze werkwijze niet zal leiden tot onterechte straffen zoals eerder aan het licht is gekomen, gelet op het feit dat de zittingscapaciteit op korte termijn nog niet zal verbeteren? |
51 |
Welke oplossing of aanbeveling zal ervoor zorgen dat de negatieve financiële prikkel, te weten dat gelet op het verschil van opbrengst van een kantonzaak en een politierechterzaak bij capaciteitsgebrek voorrang wordt gegeven aan politierechterzaken boven kantonzaken, wordt weggehaald zodat kantonzaken evenredig worden behandeld als politierechterzaken? |
52 |
Hoe kan het dat de complexiteit van zaken op zitting groter wordt als eenvoudiger politierechterzaken langs andere weg worden afgedaan, nu zaken elkaar in beginsel onderling niet beïnvloeden? |
53 |
Moet de zin «de eenvoudige zaken worden niet op zitting gebracht, waardoor de complexiteit van de zaken die op zitting staan groter wordt» begrepen worden als «het aantal complexe zaken dat op zitting staat wordt groter, omdat eenvoudige zaken niet op zitting worden gebracht»? |
54 |
Waarom is de opbrengst voor een politierechterzaak hoger dan de opbrengst voor een kantonzaak? |
55 |
Wat is de administratieve rompslomp die kwam kijken met het overhevelen van rechtercapaciteit? |
56 |
Als oorzaak van het tekort aan zittingscapaciteit bij de Rechtspraak wordt onder andere genoemd dat eenvoudigere zaken worden afgedaan via OM-strafbeschikking, maar het afdoen van eenvoudige zaken zorgt er toch niet voor dat er in absolute aantallen meer ingewikkelde zaken zijn? Als de eenvoudige zaken niet via OM-strafbeschikking zouden worden afgedaan, dan zou het tekort aan zittingscapaciteit toch nog veel groter zijn, omdat in dat geval niet meer alleen de relatief ingewikkeldere zaken op zitting zouden komen? |
57 |
Kan van 2014 tot en met 2018 een percentage genoemd worden van (mega)zaken die lastig gepland konden worden vanwege drukke agenda’s van advocaten? |
58 |
Welke drie rechtbanken en parketten kunnen in 2019 nog steeds niet aan de vraag voldoen? |
59 |
Hoe wordt rekening gehouden met de werkdruk en het overwerk van zittende rechters bij het opleiden en begeleiden van rechters in opleiding? |
60 |
Hoe wordt de aanbeveling vormgegeven dat er mogelijkheden worden geïntroduceerd voor het verlenen van onderlinge bijstand binnen de kaders van de Wet op de rechterlijke organisatie waarbij rekening moet worden gehouden met het belang van toegankelijke rechtspraak? |
61 |
Wat is de stand van zaken van de aanpassing van de Wet op de rechterlijke organisatie waarin de mogelijkheden onderlinge bijstand te verlenen zullen worden vereenvoudigd? Is dat wetsvoorstel al naar de Tweede Kamer gestuurd? Zo ja, wat is de naam en Kamerstuknummer van het wetsvoorstel? Zo nee, wanneer zal dat gebeuren? |
62 |
Wat is uw reactie op alle oplossingen en aanbevelingen die worden gegeven in het rapport? |
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/nds-tk-2019D15472.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.