2018D54660

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 november 2018

De vaste commissie Volksgezondheid, Welzijn en Sport vraagt mij een reactie te geven op de brief van de Regenboog Apotheken, waarin wordt gesteld dat ik onjuiste informatie met u heb gedeeld. Dit zou zijn gebeurd in de beantwoording van Kamervragen van de leden Kooiman (SP) en Sazias (50Plus)1. In de betreffende kwestie gaat het over het al dan niet hebben plaatsgevonden van onderzoek naar de rationaliteit van taperingstrips door zorgverzekeraar Zilveren Kruis.

Zoals in de beantwoording in de Kamervragen aangegeven, heb ik destijds verwezen naar een reactie van zorgverzekeraar Zilveren Kruis, namelijk «zij geven aan dat zij grondig onderzoek hebben gedaan naar de vraag of de medicatie in taperingstrips kan worden geschaard onder de noemer van rationele farmacotherapie»2.

Ik heb Zilveren Kruis naar aanleiding van uw verzoek gevraagd om een reactie. Zij stellen het volgende: «Zilveren Kruis heeft ten aanzien van de taperingstrips een formeel standpunt ingenomen, nadat zij haar onderzoek naar taperingstrips had afgerond (per 1 mei 2017). Het onderzoek heeft, zo stelt Zilveren Kruis het volgende ingehouden. Zilveren Kruis heeft de door de bereider van taperingstrips aangedragen literatuur zorgvuldig bestudeerd. Dat is uiteraard de plicht van de zorgverzekeraar, omdat «aangedragen bewijs» moet worden beoordeeld. Vervolgens stelt Zilveren Kruis dat zij – geheel onverplicht – nog een beperkt, maar zorgvuldig, veldonderzoek heeft gedaan, waarbij zij binnen het netwerk van de adviserend apotheker, maar ook daar buiten, navraag hebben gedaan bij behandelaars ten aanzien van hun visie op taperingstrips.»

Ditzelfde wordt ook gesteld in de brief van zorgverzekeraar Zilveren Kruis, die als bijlage door de Regenboog Apotheken aan u is gestuurd. Zilveren Kruis heeft mij bevestigd dat hun informatie in mijn eerdere communicatie aan de kamer correct is weergegeven.

Ik zie dan ook geen reden om aanvullende maatregelen te nemen.

De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen II 2017/18, nr. 1437

X Noot
2

Aanhangsel Handelingen II 2017/18, nr. 1437

Naar boven