2017D21513 LIJST VAN VRAGEN

De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft een aantal vragen voorgelegd aan de ministers van Buitenlandse Zaken en van Veiligheid en Justitie over de brief van 5 juli 2017 inzake Besluit vervolgingsmechanisme MH17 (Kamerstuk 33 997, nr. 98).

De fungerend voorzitter van de commissie, Omtzigt

De griffier van de commissie, Van Toor

Nr.

Vraag

1

Wat is de precieze betekenis en werking van het eerder door de landen van het Joint Investigation Team (JIT) overeengekomen non-disclosure overeenkomst?

2

Houdt de non-disclosure overeenkomst ook de mogelijkheid in dat een land informatie buiten het proces kan houden?

3

Wordt er ook met Rusland een afspraak gemaakt over het horen van verdachten met de Russische nationaliteit? En over uitlevering en strafoverneming?

4

Kunt u aangeven hoe de vijf JIT-landen dachten over het opzetten van een internationaal tribunaal?

5

Bij een internationaal tribunaal zijn er mogelijkheden om Rusland te vragen Russische verdachten over te dragen. Deze mogelijkheden lijken er nu niet te zijn. Waarom is dan toch gekozen voor nationale vervolging in Nederland?

6

Is Oekraine verplicht om de straf van een persoon die in absentia definitief en onherroepelijk is veroordeeld, ten uitvoer te leggen in Oekraine?

7

Deelt het kabinet de opvatting dat Rusland internationaalrechtelijk verplicht is tot meewerken aan het proces, op basis van de burgerluchtvaartverdragen, het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en andere verdragen?. Ofwel dat Rusland verplicht is mee te werken aan de berechting, bijvoorbeeld in de vorm waartoe met Oekraine is overeengekomen: deelname in proces via teleconferentie en uitzitten straf aldaar?

8

Zijn de EU, of EU-lidstaten, of andere bondgenoten bereid om Nederland te steunen in het verkrijgen van de medewerking van Rusland als blijkt dat Rusland aan uitleverings- of medewerkingsverzoeken geen gehoor geeft?

9

Is Nederland bereid, om in navolging van oa de VS, een Magnitsky wet in te voeren, waarbij personen (inclusief officials) op een sanctielijst komen indien zij niet meewerken aan het opsporen en berechten van de verdachten van het neerhalen van MH17?

10

Als uit het strafrechtelijk onderzoek blijkt dat Russische militairen of andere staatsactoren mogelijk betrokken zijn bij de levering dan wel lancering van de BUK en dat Rusland hier geen onderzoek naar heeft ingesteld en sancties heeft gesteld, is Nederland dan bereid hiervoor een zaak tegen Rusland aan te spannen bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) of andere internationale juridische procedures te onderzoeken?

11

Heeft het maken van de overeenkomst met Oekraïne tot gevolg dat Nederland afziet van het instellen van een procedure tegen Oekraïne voor het nalaten het luchtruim te sluiten, of wordt deze mogelijkheid nog onderzocht?

12

Bij de keuze van het kabinet voor strafvervolging in Nederland wordt het belang van de positie van nabestaanden benadrukt, waaronder het spreekrecht, als de mogelijkheid zich te voegen in het strafproces. Kunt u uiteenzetten welke rechten nabestaanden hebben als zij zich voegen in het strafproces? Krijgen zij daarbij ook toegang tot het strafdossier?

13

In zowel het strafrechtelijk als het civielrechtelijk traject (ECHR, class action in Australië versus Malaysian) is de informatiepositie van nabestaanden van belang. Kunnen zij aanspraak maken op documenten van de staat die relevant (kunnen) zijn voor de bewijsvoering, waaronder bijvoorbeeld het document van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) van 8 april 2014 (zie rapport van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CTIVD) nr. 43, pag. 29, zowel het verzoek als het rapport), of het memo van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) van 7 maart 2014 (OVV-rapport, pag. 201 en 255)? Ben u bereid deze documenten aan de nabestaanden en de Kamer te doen toekomen?

14

In de rechtszaken kan ook de informatiepositie van luchtvaartmaatschappijen aan de orde komen. Kunt u de Tweede Kamer een afschrift doen toekomen van de afspraken die in 2013 met luchtvaartmaatschappijen zijn gemaakt over het doen uitgaan van meldingen en waarschuwingen betreffende luchtvaartveiligheid waarover u het parlement op 22 februari 2016 informeerde (Kamerstuk 33 997, nr. 71)?

15

Heeft de Nederlandse staat op enigerlei wijze bemoeienis (gehad) met de zogeheten vaststellingsovereenkomsten die Malaysian Airlines met nabestaanden sloot?

16

Bestaan er juridische adviezen of memo’s – departementaal of van de Landsadvocaat – inzake die vaststellingsovereenkomsten tussen Malyasian airlines en de nabestaanden?

17

Is er – formeel of informeel – contact geweest met partijen die betrokken waren bij de onderhandelingen over de vaststellingsoverenkomsten tussen Malaysian Airlines en de nabestaanden?

18

Heeft Rusland het rechtshulpverzoek inmiddels uitgevoerd (vraag 2 van Kamerstuk 33 997, nr. 2)?

19

Klopt het dat de JIT-overeenkomst loopt tot 1 januari 2018? Zal dit worden verlengd?

20

Voor een internationale vervolging was een statuut voor een tribunaal grotendeels uitgewerkt. Kan de Tweede Kamer dit grotendeels uitgewerkte statuut inzien?

21

Wat zouden de kosten zijn geweest van een bij multilateraal verdrag op te richten tribunaal? Zijn er vergelijkingen te trekken met reeds bestaande tribunalen?

22

Welke rol en betekenis heeft het Associatieverdrag met Oekraïne in het kader van de vervolging van verdachten van het neerhalen van vlucht MH17?

23

Kent het Associatieverdrag met Oekraïne bepalingen over het Internationaal Strafhof die relevant zijn in het kader van de vervolging van verdachten van het neerhalen van vlucht MH17? Zo ja, welke? Waarom zijn deze relevant?

24

Is het mogelijk om buitenlandse rechters toe te voegen bij de Nederlandse rechtbank waarvoor de vervolging zal plaatsvinden? Zo ja, op grond waarvan? Zo nee, waarom niet?

25

Is het mogelijk Russische betrokkenheid te garanderen, conform de suggesties daartoe van de heer Wladimiroff tijdens het rondetafelgesprek in de Tweede Kamer van 26 januari 2016 (Kamerstuk 33 997, nr. 68)?

26

Hoe worden de Nederlandse mogelijkheden van veroordeling bij verstek in internationaal oogpunt gewaardeerd? Wat is de mening van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens over veroordelingen bij verstek?

27

Waarom is niet bekend of het vooronderzoek (preliminary examination) van het Internationaal Strafhof mede ziet op het neerhalen van vlucht MH17? Kan de regering dat navragen bij het Internationaal Strafhof?

28

Is het mogelijk dat het Internationaal Strafhof overgaat tot vervolging van verdachten van het neerhalen van vlucht MH17?

29

Wat is de stand van zaken betreffende het aanvullende rechtshulpverzoek aan Rusland van maart 2017? Is het juist dat Rusland dit rechtshulpverzoek met voorrang zal behandelen? Wat houdt dat in?

30

Is het mogelijk op grond van de Wet Internationale Misdrijven een levenslange gevangenisstraf op te leggen? Zo ja, voor welke delicten is dit mogelijk?

31

Op welke termijn verwacht de regering dat het bilaterale verdrag tussen Nederland en Oekraïne met de noodzakelijke goedkeurings- en uitvoeringswetgeving bij de Kamer zal worden voorgelegd?

32

Is de verwachting dat de Wet internationale misdrijven aangepast moet worden om de vervolging en berechting in Nederland te kunnen doen plaatsvinden? Zo ja welke onderdelen zou dat betreffen en zijn er nog andere wetten die mogelijk gewijzigd moeten worden?

33

Wat betekent het voor de vervolging door Nederland als verdachten met de Oekraïense of Russische nationaliteit die in hun eigen land verblijven, niet kunnen worden uitgeleverd? Hoe groot wordt de kans geacht dat verdachten zich vrijwillig naar Nederland begeven om hier terecht te staan?

34

Hoe verhoudt de stand van het strafrechtelijk onderzoek zich tot de gemaakte keuze om de vervolging en berechting in en door Nederland te laten plaatsvinden?

35

Op welke wijze wordt voorzien van internationale rugdekking door EU en VN voor de gekozen route en de uitkomsten daarvan?

36

Wat vraagt de gemaakte keuze van Nederland als het gaat om capaciteit bij het OM en Team internationale misdrijven, voorzieningen en andere middelen? Per wanneer moet daarin worden voorzien?

37

In welke fase bevindt zich het strafrechtelijk onderzoek? Klopt het dat zich ondanks een oproep en mediacampagne in Oost Oekraïne nog steeds onvoldoende getuigen hebben gemeld, de Russen onderzoek blijven bemoeilijken met onnavolgbare Russische software met radargegevens en onderzoekers lastig toegang krijgen tot gegevens van de Oekraïense geheime dienst?

38

Welke verwachting heeft de regering bij het gezamenlijk de grieving nations en andere relevante internationale organisaties benaderen voor politieke en/of financiële steun?

39

Welke functionarissen zouden onderdeel kunnen uitmaken van het internationale team dat als klankbordgroep wordt overwogen voor het Nederlands OM?

40

Welke mogelijkheden ziet de regering bij de overweging om ruime mogelijkheden te creëren voor ook buitenlandse nabestaanden om alle delen van een proces te volgen?

41

Welke verwachtingen heeft de Nederlandse regering en hebben de JIT-landen van de opstelling van Rusland gedurende de vervolging en berechting? Zijn er inmiddels afspraken gemaakt met de Russen of is de regering voornemens afspraken te maken met de Russen over houding van Rusland en medewerking van Rusland gedurende de vervolging en berechting van mogelijk Russische onderdanen?

42

Is bij de keuze voor Nederland ook door de Nederlandse regering met de JIT-landen gesproken over maatregelen om de uitstekende internationale reputatie van het Nederlandse rechtssysteem te beschermen en verdedigen tegen mogelijke acties van Rusland om de vervolging en berechting in een kwaad daglicht te stellen dan wel te ondermijnen? Zo ja, welke maatregelen heeft Nederland daarbij samen met de JIT-landen paraat?

43

Op welke termijn wordt verwacht dat de vervolging zou kunnen aanvangen? Is het streven nog steeds 2018?

44

Aan welke internationale elementen denkt de regering bij de overweging om binnen het bestaande juridische kader internationale elementen toe te voegen aan de vervolging en berechting in Nederland?

45

Wat heeft de Minister president tijdens de G20-top in Hamburg exact met president Poetin besproken over MH17? Kwam de vervolging, berechting en de uitlevering van Russische verdachten aan de orde? Is er ook gesproken over het verhoor van getuigen en deskundigen uit Rusland? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat is hierover gecommuniceerd en wat was de reactie van de Russische president?

46

Kunt u een uitputtend overzicht geven van de voor- en nadelen van nationale vervolging?

47

Kunt u een uitputtend overzicht geven van de voor- en nadelen van internationale vervolging?

48

Kan nader toegelicht worden waarom het OM eraan hecht dat reeds is gekozen voor de wijze van vervolging en berechting?

49

Artikel 1b van het verdrag tussen Nederland en Oekraïne geeft als definitie van het misdrijf:

«b. «misdrijf»: elk misdrijf dat verband houdt met het neerhalen van vlucht MH17 van Malaysia Airlines op 17 juli 2014;».

Betekent dit dat Nederland ook kan verzoeken om de mensen te vervolgen voor openhouden van het luchtruim van Oekraine, terwijl klip en klaar is dat dat een onveilig luchtruim was (zie OVV-rapport).

50

Indien Nederland de luchtverkeersleiders die vlucht MH17 boven Oekraine begeleid hebben, wil horen, kan zij dat dan krachtens dit verdrag afdwingen?

51

Indien Nederland de geluidsbanden van de luchtverkeersleiding in Oekraine met de opnames van de luchtverkeersleiders met de MH17, zou willen vorderen, kan zij dat dan middels dit verdrag doen?

52

Bij welke rechtbank in Nederland zullen de vervolging en berechting worden ondergebracht en heeft deze rechtbank daarvoor voldoende ruimte, faciliteiten en medewerkers?

53

Wie draagt de kosten van de nationale vervolging en berechting in en door Nederland?

54

In uw brief van 24 oktober omschrijft u het keuze moment als volgt: «zodra het strafrechtelijk onderzoek dat toelaat». Kunt u aangeven waarom dat nu het geval is?

55

Kunt u aangeven waarom de fase waarin (citaat) «het OM helderheid nodig heeft over het juridisch kader waarin vervolging zal plaatsvinden» nu is aangebroken?

56

Waarom is nationale vervolging in en door Nederland volgens de regering een betere optie dan de oprichting van een internationaal tribunaal op basis van een uitspraak van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties?

57

Waarom is nationale vervolging in en door Nederland volgens de regering een betere optie dan de oprichting van een internationaal tribunaal op basis van een multilateraal verdrag?

58

Waarom is nationale vervolging in en door Nederland volgens de regering een betere optie dan vervolging door het Internationaal Strafhof?

59

Wat zijn de inspanningen geweest, na het Russische veto, om alsnog voor een internationale variant voor vervolging te kiezen? Waarom zijn deze inspanningen niet geslaagd? Wat stond daaraan in de weg?

60

Was er unanimiteit bij de JIT-landen voor nationale vervolging door Nederland? Zo nee, waarom niet?

61

Hoe heeft Rusland gereageerd op het nieuws dat Nederland gaat berechten?

62

Kunt u nader ingaan op de financiële steun van de JIT-landen voor de vervolging en berechting in Nederland? Wie financiert welk deel en om wat voor bedragen gaat het naar schatting?

63

Is Oekraïne gevraagd om maatregelen te nemen zodat het juridisch mogelijk wordt om verdachten met de Oekraïense nationaliteit uit te leveren aan Nederland? Zo nee, waarom niet?

64

Klopt het dat over de uitlevering van verdachten nu geen afspraken zijn gemaakt in het bilaterale verdrag met Oekraïne? Zo ja, was dit in juridisch-technische zin wel mogelijk geweest?

65

Op welke wijze is getracht om met Rusland een bilateraal verdrag af te sluiten ten aanzien van het verhoor van getuigen en deskundigen uit Rusland en de vervolging, berechting en uitlevering van mogelijke Russische verdachten?

66

Het kabinet refereert in de brief aan afspraken in het verdrag met Oekraïne over politieke en financiële steun van de JIT-landen. Waaruit bestaat de financiële steun en hoe zal die worden besteed?

67

Het kabinet schrijft in de brief: «De JIT-landen hebben voor het bepalen van hun voorkeur de daarvoor geëigende nationale procedures doorlopen». Wat was in Nederland de daarvoor geëigende procedure en hoe en wanneer is die doorlopen?

68

Zijn in het bilateraal verdrag ook bepalingen opgenomen over welke advocaten buitenlandse verdachten mogen bijstaan?. Zo ja, welke zijn dat; Zo niet, welke regels gelden er dan in de voorgenomen procedure?

69

Het kabinet refereert in de brief aan een afspraak tussen de JIT-landen om «gezamenlijk de grieving nations en andere relevante internationale organisaties te benaderen voor politieke/of financiële steun». Kunt u nader aangeven hoe u de invulling daarvan voor u ziet? Voor welk doel denkt u eventuele financiële steun te gebruiken?

70

Kunt u precies aangeven welke concrete juridische belemmeringen aan een internationale vervolging in de weg stonden en waarom deze niet met, bijvoorbeeld, bi- en/of multilaterale verdragsrechtelijke afspraken kunnen worden ondervangen?

71

Om welke redenen heeft het Nederlandse Openbaar Ministerie zijn voorkeur uitgesproken voor de nationale variant?

72

Wanneer heeft de Nederlandse regering de JIT-landen verzocht hun voorkeur kenbaar te maken voor de nationale of de internationale variant?

73

Om welke redenen hebben de JIT-landen hun voorkeur uitgesproken voor de nationale variant? Op welk moment hebben zij deze voorkeur uitgesproken? Hadden zij daarvóór een andere voorkeur? Zo ja, wat heeft hen van mening doen veranderen?

74

Kunt u uitgebreid motiveren op welke wijze de nationale vervolging zal zijn ingebed in internationale samenwerking? Ligt hier een schriftelijke afspraak aan ten grondslag? Zo ja, kan de Tweede Kamer die afspraak inzien? Zo nee, hoe is de inbedding dan verzekerd?

75

Wat wordt bedoeld met de «noodzakelijke voorbereidingen» die in gang worden gezet nu is gekozen voor vervolging en berechting in Nederland?

76

Kan de Tweede Kamer de Memoranda of Understanding (MOU’s) inzien die zijn ondertekend door de JIT-landen?

77

Bestaat de internationale samenwerking, waarin de nationale vervolging zal zijn ingebed, enkel uit de JIT-landen of uit meerdere landen?

78

Hoe is verzekerd dat de internationale samenwerking, waarin de nationale vervolging zal zijn ingebed, de komende jaren zal blijven bestaan? Bestaat de kans dat de belangen van de verschillende landen uiteen zullen lopen, waardoor de internationale samenwerking wordt verzwakt?

79

Welke internationale elementen worden toegevoegd binnen het bestaande juridische kader aan de vervolging en berechting in Nederland? Als voorbeeld wordt een internationale klankbordgroep genoemd, maar welke andere opties staan u voor ogen?

80

Wat wordt bedoeld met een «klankbordgroep»? Wie nemen zitting in deze klankbordgroep? Welke taak zal de klankbordgroep hebben? Hoe is dit vastgelegd?

81

Wat is de juridische status van het internationale team dat als klankbordgroep dient voor Nederland?

82

Zijn er uitzonderingen mogelijk op het grondwettelijk verbod van Oekraïne en Rusland om onderdanen uit te leveren? Wordt daarover gesproken met beide landen?

83

U verwijst in de passage over het Nederlandse rechtssysteem naar mogelijkheden voor spreekrecht van nabestaanden en de mogelijkheid voor Nederlandse nabestaanden om het proces van dichtbij te volgen. Komen die mogelijkheden er ook voor nabestaanden uit andere landen en zo ja, wie draagt de kosten van reis en verblijf?

84

Kunt u aangeven hoeveel verdachten op dit moment in beeld zijn?

85

Hoe verhoudt artikel 61 van de Russische Grondwet zich tot artikelen 27 en 46 van het Weens Verdragenverdrag?

86

Hoe verhoudt artikel 25 van de Oekraïense Grondwet zich tot artikelen 27 en 46 van het Weens Verdragenverdrag?

87

Wanneer zal het strafrechtelijk onderzoek naar verwachting worden afgerond?

Naar boven