2011D40320

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 augustus 2011

Graag informeer ik u over de inzet die is gepleegd om de in de EU gevestigde en actieve Oilinvest groep in staat te stellen haar activiteiten voort te zetten. De uiteindelijke aandeelhouders van de Oilinvest groep waren Libische staatsentiteiten (Libyan Foreign Bank, Libyan Investment Authority en National Oil Corporation), waarvan de tegoeden en bezittingen door de EU zijn bevroren.

Op grond van artikel 6bis van EU-verordening 204/2011 geldt dat de algemene verplichting tot bevriezing van de tegoeden en bezittingen van dergelijke Libische staatsentiteiten geen beletsel vormt voor de bedrijven waarin dergelijke entiteiten een belang hebben om wettig zaken te blijven doen, voor zover daardoor geen middelen of tegoeden ter beschikking komen van dergelijke entiteiten. Om in de praktijk onder de uitzondering van artikel 6bis te vallen, dienen deze bedrijven wel aantoonbaar gewaarborgd te hebben dat aan die voorwaarde is voldaan.

De activiteiten van de Oilinvest groep in Europa zijn aanzienlijk. De groep geeft werk aan naar schatting 15 000 personen in Nederland, Duitsland, Italië, Spanje, Cyprus en Zwitserland, bezit drie olieraffinaderijen en exploiteert naar schatting 2 700 tankstations. Aangezien het hoofdkantoor van de Oilinvest groep zich in Nederland bevindt, heeft de Oilinvest groep over de invulling van artikel 6bis intensief overleg gevoerd met het ministerie van Financiën.

De besprekingen met het ministerie van Financiën hebben ertoe geleid dat de Oilinvest groep compliance maatregelen heeft ondertekend en geïmplementeerd die moeten waarborgen dat de Oilinvest groep strikt aan de voorwaarde van artikel 6bis voldoet:

  • De band met de Libische aandeelhouders is doorgeknipt. De aandelen van de holding van de Oilinvest groep in Europa, Oilinvest Netherlands BV, zijn voor 94,9% gecertificeerd en worden gehouden door een Nederlandse stichting (Stichting Administratiekantoor Oilinvest). Deze stichting beheert deze aandelen en zal de stemrechten en andere rechten verbonden aan deze aandelen uitoefenen.

  • Het bestuur van de stichting bestaat uit bestuurders voorgedragen uit het bestuur van de moedermaatschappij van de Oilinvest Netherlands en onafhankelijke bestuurders. De onafhankelijke bestuurders (de heren Docters van Leeuwen, Klopper en Waaijer) zijn na consultatie met en met instemming van het Ministerie van Financiën benoemd. Elk bestuurslid heeft een vetorecht ten aanzien van besluiten die naar zijn oordeel zouden kunnen afdoen aan de naleving van het sanctieregime. Een bestuurder van enige onderneming in de Oilinvest groep die tekortschiet in de naleving van sanctieregelingen met betrekking tot Libië, kan door het bestuur van de stichting worden geschorst en uiteindelijk ontslagen. Bij de besluitvorming ter zake hebben de onafhankelijke bestuurders van de stichting een doorslaggevende stem.

  • In elk land waarin de Oilinvest groep actief is wordt een nationaal sanctie compliance comité opgezet, samengesteld uit managers van de Oilinvest groep en een onafhankelijke expert, benoemd in consultatie met de nationale autoriteiten. Dit comité zal alle relevante betalingen en transacties van de groepsmaatschappijen in dat land vooraf beoordelen. Voor de goedkeuring van een betaling of transactie is in ieder geval de instemming van de onafhankelijke expert vereist. Het comité zal op eenzelfde wijze vooraf goedkeuring moeten geven aan nieuwe handelsrelaties van de Oilinvest groep. Oilinvest Netherlands BV zal bovendien een sanctie compliance comité opzetten dat toeziet op het adequaat functioneren van de voorgestelde compliance maatregelen in de Oilinvest groep. In het comité van Oilinvest Netherlands BV is inmiddels, in consultatie met en met instemming van het Ministerie van Financiën, een onafhankelijke expert benoemd.

  • De accountant van de Oilinvest groep heeft in aanvulling op zijn certificerende taak de opdracht gekregen om vanuit een onafhankelijke positie de naleving van de compliance maatregelen te controleren en daarover te rapporteren aan, onder meer, het bestuur van de stichting en de betrokken nationale autoriteiten.

Deze maatregelen zijn afgestemd met de betrokken EU-lidstaten en andere strategische partners. Ik ben verheugd met de benoeming van de heren Docters van Leeuwen, Klopper en Waaijer als onafhankelijke bestuurders. Zij kunnen bogen op de kennis en ervaring die noodzakelijk is om deze rol met verve te vervullen.

Ik ben van mening dat de bovengenoemde maatregelen op een effectieve en proportionele wijze de risico’s adresseren die verband houden met de listing door de EU en de VN van de (indirecte) aandeelhouders van de Oilinvest groep, door te waarborgen dat door de bedrijfsvoering van de Oilinvest groep geen middelen of tegoeden in handen komen van personen of entiteiten die onder het sanctieregime van EU-verordening 204/2011 vallen. Uiteraard laten deze maatregelen onverlet dat Oilinvest volledig verantwoordelijk blijft voor de strikte naleving van de sancties op Libië.

Deze maatregelen houden betekenis tijdens en onmiddellijk na een eventuele machtsovername in Libië. Om ook in een transitieperiode een beheerste bedrijfsvoering te kunnen waarborgen, is voorzien dat de Stichting Administratiekantoor Oilinvest kan blijven functioneren tot maximaal een jaar nadat het sanctieregime is beëindigd of niet meer relevant is voor de Oilinvest groep.

De minister van Financiën,

J. C. de Jager

Naar boven