Vragen van het lid Van der Plas (BBB) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het WOO-verzoek Garnalenvergunningverlening (ingezonden 19 december 2025).

Vraag 1

Bent u bekend met het Woo-besluit van 7 augustus 2025 waaruit blijkt dat Rijkswaterstaat Noord-Nederland (RWS-NN) vertrouwelijke conceptdocumenten, waaronder de Passende Beoordeling (PB) garnalenvisserij, heeft gedeeld met externe partijen zoals de Waddenacademie en de Waddenvereniging?

Vraag 2

Kunt u bevestigen dat RWS-NN de Passende Beoordeling van de garnalenvisserij informeel heeft ontvangen van (destijds) het Ministerie van Landbouw, Natuur en Visserij (LNV) en deze vervolgens heeft gedeeld met de Waddenacademie en natuurorganisaties? Zo ja, op grond van welke bevoegdheid is dit gebeurd?

Vraag 3

Acht u het wenselijk en rechtmatig dat een agentschap onder uw ministerie zonder mandaat stukken van een ander ministerie (destijds LNV) deelt en gebruikt om vergunningverlening te beïnvloeden?

Vraag 4

Hoe beoordeelt u het feit dat RWS-NN vragen aan de Waddenacademie heeft opgesteld in overleg met natuurorganisaties, die vervolgens worden gebruikt in procedures tegen het vergunningsbeleid van de Minister van (destijds) LNV?

Vraag 5

Hoe beoordeelt u dat RWS-NN actief een review bij de Waddenacademie heeft uitgevraagd, waarbij vragen deels in overleg met natuurorganisaties zijn geformuleerd en gericht waren op het onderbouwen van negatieve aannames over de garnalenvisserij?

Vraag 6

Kunt u uitleggen waarom Rijkswaterstaat, die formeel slechts procesmanager is bij beheerplannen, actief beleid beïnvloedt op terreinen die behoren tot de verantwoordelijkheid van de Minister van LNV, en daarbij zelfs «munitie levert» aan partijen die het beleid van de Minister van LNV aanvechten?

Vraag 7

Hoe beoordeelt u dat de review van de Waddenacademie gebaseerd was op een eerdere, nooit gepubliceerde versie van de Passende Beoordeling? Acht u dit zorgvuldig en juridisch houdbaar?

Vraag 8

Kunt u toelichten waarom er geen bezwaar is gemaakt tegen het feit dat een niet-openbaar document (de Passende Beoordeling) informeel is gedeeld en gebruikt in een review en juridische procedures?

Vraag 9

Gelet op de conclusie van de Waddenacademie dat toepassing van het voorzorgsbeginsel betekent dat garnalenvisserij niet kan worden vergund zolang er wetenschappelijke onzekerheden bestaan: deelt u de zorg dat deze interpretatie ertoe leidt dat in Natura 2000-gebieden in de praktijk nauwelijks nog vergunningen kunnen worden verleend, aangezien er altijd wetenschappelijke onzekerheden bestaan?

Vraag 10

Hoe verhoudt de door RWS-NN destijds voorgestelde beperkte vergunningsduur van een tot drie jaar zich tot het beleid van de Minister van LNV om vergunningen voor langere perioden (zes jaar) te verlenen? Is er overleg geweest om deze tegenstrijdige visies te harmoniseren?

Vraag 11

Hoe waarborgt u dat interne verschillen van inzicht tussen Rijkswaterstaat en de Minister van LNV niet leiden tot juridische zwakte en onduidelijkheid in beleid, waardoor natuurorganisaties gemakkelijker procedures kunnen winnen?

Vraag 12

Erkent u dat deze handelwijze het vertrouwen in de overheid schaadt en vissersgezinnen in grote onzekerheid heeft gebracht, doordat hierdoor de vergunningverlening jaren vertraging opliep?

Vraag 13

Bent u bereid een onafhankelijk onderzoek te laten instellen naar de rol van RWS-NN in dit dossier, specifiek naar de vraag of Rijkswaterstaat buiten haar mandaat is getreden en hoe de samenwerking met natuurorganisaties is verlopen?

Vraag 14

Kunt u bevestigen dat uw ministerie de Passende Beoordeling informeel heeft gedeeld met RWS-NN, en hoe beoordeelt u dat deze vervolgens is gebruikt om vergunningverlening te frustreren en juridische procedures te voeden?

Vraag 15

Deelt u de analyse dat de door de Waddenacademie gehanteerde interpretatie van het voorzorgsbeginsel dusdanig streng is dat feitelijk geen enkele activiteit in Natura 2000-gebieden meer kan worden vergund? Zo nee, waarom niet?

Vraag 16

Hoe beoordeelt u de constatering dat natuurorganisaties deze review en door Rijkswaterstaat aangeleverde notities inzetten om rechtszaken te voeren tegen het beleid van u als Minister van Infrastructuur en Waterstaat?

Vraag 17

Wat zegt dit volgens u over de onafhankelijkheid van de Waddenacademie?

Vraag 18

Wat zegt dit volgens u over de rol van Rijkswaterstaat?

Vraag 19

Erkent u dat deze werkwijze bijdraagt aan rechtsonzekerheid en wantrouwen bij vissers, die het gevoel hebben dat beleid gebaseerd wordt op politieke voorkeuren in plaats van objectieve wetenschap?

Vraag 20

Bent u bereid om, mede op basis van het recente onderzoek van Wageningen University & Research waarin eerdere aannames worden weerlegd, de huidige en voorgenomen beperkingen voor de garnalenvisserij te herzien en vissers waar nodig te compenseren, omdat zij hierdoor onnodig lang in onzekerheid hebben gezeten?

Vraag 21

Hoe verklaart u dat twee onderdelen van de rijksoverheid (RWS-NN en het Ministerie van LNV) elkaar in dit dossier tegenwerken, met vissers als direct slachtoffer?

Vraag 22

Bent u bereid de Kamer te informeren hoe wordt voorkomen dat in de toekomst opnieuw «wetenschap op bestelling» wordt georganiseerd door overheidsorganisaties of in samenwerking met natuurorganisaties?

Vraag 23

Bent u bereid om, gelet op de ernst van deze gang van zaken, de directeur-generaal van Rijkswaterstaat uit te nodigen voor een hoorzitting in de Tweede Kamer om publiekelijk verantwoording af te leggen over het delen van vertrouwelijke documenten met externe partijen en het beïnvloeden van wetenschappelijke beoordelingen, alsmede de samenwerking met natuurorganisaties bij het formuleren van juridische argumenten tegen het beleid van de rijksoverheid zelf?

Vraag 24

Kunt u al deze vragen afzonderlijk van elkaar beantwoorden?

Naar boven