Vragen van de leden Paternotte, Van der Werf (beiden D66) en Boswijk (CDA) aan de Minister van Defensie over het samen met de Denen direct investeren in de Oekraïense defensie-industrie (ingezonden 20 maart 2025).

Vraag 1

Klopt het dat Canada, Noorwegen en IJsland via het Deense mechanisme gezamenlijk een coalitie vormen die investeert in de Oekraïense defensie-industrie?

Vraag 2

Welke pogingen zijn er ondernomen om als Nederland deel te nemen aan het Deense mechanisme van investeren in de Oekraïense defensie-industrie en waarom heeft het kabinet er uiteindelijk voor gekozen om niet deel te nemen aan het Deense mechanisme?

Vraag 3

Op welke manier verschilt het Deense mechanisme precies van de Nederlandse manier van investeren in de Oekraïense defensie-industrie?

Vraag 4

Heeft Nederland inmiddels wel zelf geïnvesteerd in de Oekraïense defensie-industrie? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Kunt u aangeven hoe u uitvoering geeft aan de motie Paternotte/Boswijk? (Kamerstuk 28 676, nr. 475)

Vraag 6

Hoeveel contracten zijn tot op heden afgesloten voor directe Nederlandse investeringen in de Oekraïense defensie-industrie? Hoeveel geld is hier precies mee gemoeid?

Vraag 7

Hoeveel contracten verwacht het kabinet nog dit jaar te sluiten met de Oekraïense defensie-industrie voor Nederlandse investeringen aldaar? Hoeveel geld is hiervoor gereserveerd?

Vraag 8

Op welke manier waarborgt de door dit kabinet gekozen investeringsstrategie in de Oekraïense defensie-industrie dat deze aansluit bij de behoeften van Oekraïne?

Vraag 9

Hoeveel financieringsbehoefte is er op dit moment nog bij de Oekraïense defensie-industrie?

Vraag 10

Hoeveel contracten heeft Denemarken reeds gesloten met de Oekraïense defensie-industrie en hoeveel geld was daarmee gemoeid?

Vraag 11

Kunt u deze vragen elk afzonderlijk beantwoorden voorafgaand aan het Commissiedebat over de NAVO ministeriële op 26 maart aanstaande?

Naar boven