Vragen van het lid Veltman (VVD) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht dat laadpalen langs de snelwegen worden verwijderd (ingezonden 27 september 2024).

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Laadpalen langs snelwegen verdwijnen bij bosjes: «Dat lijkt mij haaks staan op de ambities»»?1

Vraag 2

Deelt u de mening dat door de toepassing van de regeling, ondernemers weerhouden worden om laadpalen neer te zetten, terwijl zij dat juist wel willen?

Vraag 3

Deelt u ook de opvatting dat zo juist niet aan de ambities kan worden voldaan voor het stapsgewijs vervangen van het aanbod van fossiele brandstoffen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 4

Hoe verhoudt deze gedwongen terughoudende opstelling zich naar uw mening tot wat in het regeerprogramma is opgenomen over laadinfrastructuur en elektrisch rijden?

Vraag 5

Hoe verhoudt deze gedwongen terughoudende opstelling zich naar uw mening tot de verplichtingen die Europa stelt rondom de uitrol van een netwerk van laadpalen en het tempo dat daarbij gehaald moet worden?

Vraag 6

Deelt u de mening dat ondernemers die een brandstoffenpunt exploiteren op een verzorgingsplaats langs de rijkswegen ook perspectief moet worden geboden om te kunnen meeontwikkelen naar de markt met emissievrije energiebronnen?

Vraag 7

Deelt u de opvatting dat zij om die reden ook zelf laadpalen moeten mogen aanbieden, om zo de automobilist in zijn behoefte te voorzien?

Vraag 8

Zo nee, waarom niet?

Vraag 9

Zo ja, hoe beoordeelt u dat de beleidsregel, die er zelf van spreekt dat «in zoverre een moratorium» is ontstaan op de uitrol van nieuwe laadpalen, de ondernemers die naast fossiele brandstof graag laadpalen aan hun klanten willen aanbieden, het ondernemen onmogelijk maakt?

Vraag 10

Bent u het ermee eens dat het opheffen van het moratorium op het plaatsen van snellaadpunten, de ondernemers die verzorgingsplaatsen aan de snelwegen exploiteren in staat stelt om een businesscase op te stellen waarmee zij de transitie kunnen maken van het aanbod van fossiele brandstoffen naar het aanbod van emissievrije energiebronnen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 11

Erkent u dat de vergunningen die ook vóór 22 december 2023 zijn afgegeven, maar door bezwaar- en beroepsprocedures nog niet onherroepelijk zijn of waren, een ongewenst effect hebben voor de ondernemers die verzorgingsplaatsen exploiteren, omdat zij uiteindelijk niet tot uitrol van die laadpalen komen?

Vraag 12

Deelt u de opvatting dat dit negatief uitwerkt op de ambities om voldoende laadpalen langs snelwegen te realiseren?

Vraag 13

Bent u bereid om de beleidsregel in te trekken en het moratorium op plaatsing van nieuwe laadpalen te beëindigen?

Vraag 14

Deelt u de mening dat met uw doel om bij herverdeling van de snellaadrechten de nieuwe snellaadexploitant zoveel mogelijk exclusief recht te geven, waarmee deze ondernemers meer zekerheid wordt geboden en de uitrol van laadinfrastructuur kan worden versneld, voor de huidige exploitanten van verzorgingsplaatsen juist minder zekerheid wordt geboden en zij worden opgezadeld met een slechtere businesscase en de transitie naar nieuwe energiebronnen mogelijk helemaal niet kunnen maken?

Vraag 15

Hebt u onderzocht of bent u bereid om te onderzoeken in hoeverre de bestaande exploitanten een samenwerking met het ministerie willen aangaan voor de uitrol van laadpalen en zo willen bijdragen aan het versnellen daarvan? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 16

Bent u in dat verband ook bereid om het gesprek met de sector aan te gaan om op een andere wijze invulling te geven aan de toekomstvisie op verzorgingsplaatsen, met het doel om verduurzaming van het wagenpark juist te stimuleren en de ondernemers die hierin een rol willen spelen en al verzorgingsplaatsen exploiteren, perspectief te bieden?

Vraag 17

Kunt u deze vragen beantwoorden vóór het commissiedebat Duurzaam vervoer op 17 oktober a.s.?

Naar boven