Vragen van de leden Chakor en Gabriels (beiden GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht «Advies aangescherpt: speel niet in zeeschuim, maar strandganger weet van niets» (ingezonden 25 juli 2024).

Vraag 1

Kent u het bericht «Advies aangescherpt: speel niet in zeeschuim, maar strandganger weet van niets.»?1

Vraag 2

Waarom heeft de overheid het advies over zeeschuim aangescherpt zonder daar ruchtbaarheid aan te geven? En hoe verhoudt dit aangepaste advies zich tot de eerdere communicatie dat er geen sprake is van een aanscherping van beleid?

Vraag 3

Bent u zich ervan bewust dat het advies alleen op de website zwemwater.nl staat en pas recent op de zwemwater-app is toegevoegd? Wat is uw reactie op de kritiek dat deze informatie niet breed genoeg wordt gedeeld en dat de bereikbaarheid van de doelgroep hierdoor beperkt is?

Vraag 4

Waarom is er besloten om geen waarschuwingsborden bij strandopgangen te plaatsen, ondanks dat dit wel overwogen is in het landelijk zwemwateroverleg? Welke overheden zijn verantwoordelijk voor dit besluit?

Vraag 5

Kunt u de argumenten uiteenzetten die tijdens de besluitvorming zijn ingebracht tegen het plaatsen van dergelijke borden? Wat is het nut van een waarschuwing of gezondheidsadvies als het niet wordt gecommuniceerd?

Vraag 6

Hoe verklaart u het verschil in aanpak tussen waarschuwingsborden bij zwemplassen met hoge PFAS-concentraties en het ontbreken van dergelijke borden bij stranden met zeeschuim? Zijn er specifieke redenen waarom de aanpak voor stranden afwijkt van die voor zwemplassen?

Vraag 7

Kunt u expliciet uitsluiten dat economische motieven, zoals mogelijke negatieve gevolgen voor het toerisme, hebben meegespeeld in het besluit om geen waarschuwingsborden bij stranden te plaatsen?

Vraag 8

Welke stappen gaat u ondernemen om ervoor te zorgen dat strandbezoekers beter op de hoogte zijn van de risico’s van zeeschuim en de aangepaste adviezen?

Vraag 9

Overweegt u in de toekomst alsnog het plaatsen van waarschuwingsborden of andere communicatiemiddelen om een breder publiek te bereiken? Zo nee, waarom niet?

Vraag 10

Waarom is de concentratie PFAS in zeeschuim hoger en waarom is zeeschuim risicovoller dan zeewater? Is dit in het algemeen zo of zijn er bijzondere omstandigheden?

Vraag 11

Wordt dit ooit beter of blijft zeeschuim nu tot in de eeuwigheid vervuild met deze niet-afbreekbare stof?

Vraag 12

Wat zijn de belangrijkste bronnen voor de PFAS-vervuiling van het zeeschuim en hoe gaat u deze aanpakken?

Vraag 13

Was de hoge concentratie PFAS in zeeschuim een verrassing die toevallig is ontdekt, of was dit een bekend gegeven? Zijn er andere, bij het publiek onbekende, situaties waarbij men onbewust in contact kan komen met hoge concentraties PFAS? Zo ja, welke? Zo ja, moet dit niet gecommuniceerd worden?

Vraag 14

Kunt u deze vragen beantwoorden voor het komende commissiedebat Leefomgeving?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van Kent (SP), ingezonden 25 juli 2024 (vraagnummer 2024Z12185) en het lid Kostić (PvdD), ingezonden 25 juli 2024 (vraagnummer 2024Z12191)


X Noot
1

NOS, 24 juli 2024, «Advies aangescherpt: speel niet in zeeschuim, maar strandganger weet van niets»

Naar boven