Vragen van de leden Van der Plas en Pierik (beiden BBB) aan de Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur over een toezegging die namens de Minister gedaan is tijdens de behandeling van een verzoek om voorlopige voorziening gisteren in Den Haag (ingezonden 25 juli 2024).

Vraag 1

Is de Minister op de hoogte van de toezegging die namens de Minister gedaan is tijdens de behandeling van het verzoek om een voorlopige voorziening inzake de huis- en hobbydierenlijst, waardoor van handhaving van het fokverbod wordt afgezien gedurende de looptijd van het bezwaar en zes weken daarna voor de eigenaren die de voorlopige voorziening aangevraagd hebben voor acht verschillende diersoorten?1

Vraag 2

Kan de Minister in het licht van die toezegging afzien van handhaving van het fokverbod voor alle diersoorten die niet op de huis- en hobbydierenlijst staan en voor alle eigenaren tot zes weken na de uitspraak in de bodemprocedure over de huis- en hobbydierlijst, zodat niet een enorme overbelasting van de rechtbank ontstaat als alle eigenaren de komende tijd een dergelijke voorlopige voorziening individueel gaan aanvragen?


X Noot
1

College van Beroep voor het bedrijfsleven, 18 juli 2024, ECLI:NL:CBB:2024:508

Naar boven