Vragen van het lid Hirsch (GroenLinks-PvdA) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het bericht «Buitenlandse Zaken waarschuwde voor humanitaire gevolgen stop steun UNRWA» (ingezonden 4 juni 2024).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Buitenlandse Zaken waarschuwde voor humanitaire gevolgen stop steun UNRWA» van het NRC van 29 mei?1

Vraag 2

Klopt het dat de Minister van Buitenlandse Zaken het eens was met de in een memo van 2 februari gedane constateringen dat het opschorten van steun aan UNRWA zou leiden tot «regionale destabilisatie», risico’s «voor de veiligheid van Israël», en «aanzienlijk menselijk leed»? Zo nee, wat klopt er niet?

Vraag 3

Hoe is het kabinet desondanks tot de beslissing gekomen enkele dagen daarvoor, op 27 januari, om de steun aan UNRWA op te schorten, terwijl ten minste één lid van het kabinet vond dat dit grote humanitaire en geopolitieke gevolgen zou hebben? Welke belangen wogen zwaarder dan «regionale destabilisatie» en «aanzienlijk menselijk leed»?

Vraag 4

Tussen welke bewindspersonen vond overleg plaats over de beslissing van 27 januari? Is er overleg geweest tussen de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking alvorens dit besluit te nemen? Was er een verschil in mening tussen de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking?

Vraag 5

Is het mogelijk om deze vragen afzonderlijk te beantwoorden en dit te doen vóór het debat over humanitaire hulp op 19 juni 2024?


X Noot
1

NRC, 29 mei 2024, «Buitenlandse Zaken waarschuwde voor humanitaire gevolgen stop steun UNRWA» («Buitenlandse Zaken waarschuwde voor humanitaire gevolgen stop steun UNRWA» – NRC)

Naar boven