Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de verlaagde GLB premies (ingezonden 5 december 2023).

Vraag 1

Heeft uw ministerie in mei 2023 na de aanvraag Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB)/het invullen van de Gecombineerde opgave een raming gemaakt van de benodigde budgetten? Was deze raming ook hoger dan de beschikbare budgetten indien dit is gebeurd? Zo niet, waarom niet?

Vraag 2

Wijken de definitieve aanvragen van 30 november 2023 (erg) af van de eerste aanvraag van mei 2023? Zo ja, wat is hiervan de oorzaak en was dit onvoorzienbaar? Zo nee, waarom is er niet eerder over een korting gecommuniceerd?

Vraag 3

Waarom gaat u pas nu op zoek gaat naar aanvulling van de bedragen bij de Europese Unie (EU) en heeft u dit niet eerder gedaan?

Vraag 4

Hoe draagt de verlaging van de GLB bij aan het verdienmodel van de Nederlandse boer en wat is het effect van de verlaging op het verdienvermogen van een gemiddeld agrarisch gezinsbedrijf?

Vraag 5

Had de verlaging naar uw mening voorkomen moeten worden?

Vraag 6

Is er zicht op verhoging van de GLB-bedragen buiten de reeds aangekondigde verhogingen op uw eerdere verlaging?

Vraag 7

Wanneer komt er hierover duidelijkheid en had dit niet vooraf gemoeten?

Vraag 8

Hoe verhoudt zich de verlaging van de GLB-bedragen ten opzichte van artikel 20 van de Grondwet met betrekking tot bestaanszekerheid?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van der Plas (BBB), ingezonden 4 december 2023 (vraagnummer 2023Z19633), van het lid Grinwis (ChristenUnie), ingezonden 5 december 2023 (vraagnummer 2023Z19670) en van het lid Vedder (CDA), ingezonden 5 december 2023 (vraagnummer 2023Z19687).

Naar boven