Vragen van de leden Kwint (SP) en Omtzigt (Omtzigt) aan de Minister voor Rechtsbescherming
en de Staatssecretaris voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport over tekortschietende
feitenonderzoeken in de jeugdbescherming (ingezonden 11 september 2023).
Vraag 1
Hoe verklaart u dat ondanks jarenlange inspanningen de verbeterplannen voor waarheidsvinding
in de jeugdzorg nauwelijks geleid hebben tot daadwerkelijke verbeteringen?1
Vraag 2
Op welke manier gaat u er zelf voor zorgen dat de broodnodige verbeteringen op het
gebied van het feitenonderzoek, en de rechtspositie van ouders en kinderen alsnog
doorgang gaan vinden?
Vraag 3
Op welke manier heeft het kabinet geprobeerd bij te sturen gedurende de looptijd van
het verbeterplan feitenonderzoek? Op welke momenten heeft u vinger aan de pols gehouden
of ingegrepen? Hoe heeft u invulling gegeven aan uw systeemverantwoordelijkheid op
dit specifieke punt?
Vraag 4
Deelt u de analyse van de onderzoekers dat 21 verbeterpunten die niet geprioriteerd
worden leiden tot een onuitvoerbaar verbeterplan voor een sector die toch al overbelast
is? Heeft u kenbaar gemaakt welke verbeterpunten met prioriteit moesten worden opgepakt?
Vraag 5
Zijn er bredere lessen te trekken uit de bevinding van de onderzoekers dat regionale
samenwerking onvoldoende is opgepakt en dat verschillen tussen organisaties ertoe
leiden dat verbeteringen onvoldoende van de grond komen? Deelt u onze conclusie dat
meer centrale regie hier soelaas zou moeten bieden?
Vraag 6
Hoe is het mogelijk dat zelfs een betrekkelijk eenvoudig te nemen maatregel, zoals
ouders en kinderen door middel van een waaier informeren over de basisvoorwaarden
van een feitenonderzoek door een groot deel van de organisaties en regio’s niet is
opgepakt? Dat zou toch de absolute ondergrens moeten zijn?
Vraag 7
Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat elke rechter rekening gaat houden met de beschikbaarheid
van de gezinsvoogd bij het inplannen van een zitting? Waarom is dit nog altijd niet
de staande praktijk?
Vraag 8
Hoe kan het dat uit gesprekken met de sector drie duidelijke urgente verbeterpunten
naar voren komen, terwijl gewerkt werd aan 21 verbeterpunten? Op welke manier gaat
u alsnog met deze drie zaken aan de slag? Hoe wordt de Kamer op de hoogte gehouden
van de voortgang?
Vraag 9
Op welke manier wordt de rechtspositie van ouders en kinderen nu concreet verbeterd?
Wanneer zien ouders dat ze in de rechtszaal een gelijkwaardiger positie hebben dan
nu het geval is? En dat waarheidsvinding in plaats van de opgeleverde feitenonderzoeken
als gegeven beschouwen een grotere rol krijgt?
Vraag 10
Wilt u de vragen uit het schriftelijk overleg van 22 juni 2022 van het lid Omtzigt
opnieuw beantwoorden?
Vraag 11
Kunt u een analyse geven dat iedereen ziet dat het feitenonderzoek niet op orde is,
tot en met de Inspectie toe, die vorig jaar welgeteld nul onderzoeken zonder fouten
vond en iedereen toch gewoon op dezelfde voet doorgaat?
Vraag 12
Kunt u aangeven of de Raad voor de Kinderbescherming (Rvdk) en de gecertificeerde
instellingen (GI's) aan feitenonderzoek doen conform artikel 3.3 van de Jeugdwet?
Kunt u dit zeer precies onderbouwen?
Vraag 13
Indien het antwoord op de vorige vraag niet onomwonden ja is, wat gaat u dan doen
om ervoor te zorgen dat het wel gebeurt?
Vraag 14
Hoeveel kinderen zijn volgens u onterecht uit huis geplaatst omdat het feitenonderoek
niet deugde?
Vraag 15
Wat is uw reactie op de conclusie: «We stellen vast dat een koppeling tussen de uitvoering
van het Actieplan en het doelbereik niet te maken valt. Het is onmogelijk om binnen
dit onderzoek uitspraken te doen over causale relaties, laat staan de relatie tussen
uitgevoerde acties en de kwaliteit van feitenonderzoek. Niet alleen wordt in het Actieplan
geen koppeling gemaakt van de acties met beoogde, concrete en meetbare effectdoelen,
ook zijn de acties zodanig en breed gekozen dat maar beperkt doelbereik ten aanzien
van de kwaliteit van feitenonderzoek kan worden verwacht. Voorts zijn de acties slechts
ten dele geland in de regio’s waardoor verwachte effecten. achterblijven. Een andere
reden is dat naast het Actieplan ook andere initiatieven en gewenste uitvoeringspraktijken
zijn ingezet die gericht zijn op kwaliteitselementen die met het Actieplan zijn nagestreefd.»?
Vraag 16
Kunt u deze vragen een voor een en binnen drie weken beantwoorden?
X Noot
1Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatie Centrum, 7 september 2023, Hoe te komen
tot een verbetering van feitenonderzoek (repository.wodc.nl/handle/20.500.12832/3289).