Vragen van het lid Van der Lee (GroenLinks) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over een CBS-onderzoek naar graaiflatie (ingezonden 8 juni 2023).

Vraag 1

Bent u bekend met het NRC-artikel «Graaiflatie? Eerder het omgekeerde, meent het CBS want klanten worden ontzien»1 en het onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) waarnaar wordt verwezen?2

Vraag 2

Deelt u de mening dat graaiflatie, of winstgedreven inflatie, een empirisch fenomeen is dat moet blijken uit geobserveerde stijgingen van afzetprijzen en stijgingen van kostprijzen?

Vraag 3

Deelt u de opvatting dat enquêtes methodologische nadelen kennen? Bijvoorbeeld dat respondenten wenselijke antwoorden geven?

Vraag 4

Deelt u de mening dat enquêtes geen bewijs kunnen leveren of er wel of geen sprake is van graaiflatie?

Vraag 5

Waarom kiest het CBS voor een andere formulering van de vraag «In hoeverre kunt u kostenstijgingen doorberekenen in uw prijzen/tarieven aan uw klanten/afnemers?» dan in vorige onderzoeken? Zou het voor consistentie van het onderzoek niet beter zijn dezelfde vragen te hanteren?

Vraag 6

Deelt u de opvatting dat de nieuwe vraagstelling sturend is, namelijk: «Wat is de belangrijkste reden dat uw bedrijf kostenstijgingen niet of niet volledig kan doorberekenen aan uw klanten/afnemers?»

Vraag 7

Bent u het ermee eens dat de bovenstaande vraag eigenlijk twee vragen bevat? Deelt u de opvatting dat het methodologisch zuiverder is om twee losse vragen te stellen? Bent u het ermee eens dat ondernemers die de kosten volledig doorberekenen of geen kostenstijging ervaren hierdoor gestuurd worden in de richting dat zij kosten niet hebben doorberekend, omdat ze moeten aangeven wat de motivatie is om dit niet te doen?

Vraag 8

Bent u bereid het CBS of een andere instantie te vragen om aanvullend onderzoek te doen, met een andere methodologie?

Naar boven