Vragen van het lid Van Strien (VVD) aan de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur
en Wetenschap over het artikel «Hoe beoordeel je of een kunstinstelling voldoende
divers is» (ingezonden 10 mei 2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Hoe beoordeel je of een kunstinstelling voldoende divers
is»1 en het aan u verzonden «Advies aanvraag- en beoordelingsproces BIS 2025–2028»2?
Vraag 2
Herkent u zich in het beeld dat hier geschetst wordt, namelijk dat er spanning ontstaat
(«dat roept vragen op») wanneer de toetsing voor het toekennen van subsidie mede gebaseerd
wordt op de mate van implementatie van de codes, namelijk de Governance Code Cultuur,
de Fair Practice Code en de Code Diversiteit & Inclusie?
Vraag 3
Kunt u zich vinden in de duiding van het NRC dat voornamelijk de naleving op het gebied
van duurzaamheid en de drie codes strenger wordt in het advies voor de nieuwe BIS-periode?
Zo ja, hoe verhoudt dit zich tot de breed aangenomen motie van het lid Van Strien3, die juist oproept om innovatie, ondernemerschap en maatschappelijke impact mee te
wegen?
Vraag 4
Vindt u dat de vergaande focus op voornamelijk de drie gedragscodes in lijn is met
uw breder ingestoken adviesvraag?
Vraag 5
Is dit in lijn met uw adviesaanvraag in december waarin u vroeg om advies over hoe
gemeten kan worden dat de drie codes (…) «volledig zijn geïncorporeerd» waarop getoetst
kan worden bij de beoordeling van aanvragen? Was dit de uitwerking die u beoogde?
Vraag 6
Hoe apprecieert u het voorstel van de Raad voor Cultuur dat de mate van implementatie
van de drie codes invloed heeft op de beoordeling voor alle vier de subsidiecriteria?
Vindt u dit een wenselijke gang van zaken?
Vraag 7
Op welke wijze vindt u dat het centraal stellen van de codes, specifiek de code diversiteit
en inclusie, invloed moet hebben op de artistieke inhoudelijk kwaliteit?
Vraag 8
Hoe waardeer u de impliciete aanname van de Raad voor Cultuur dat diversiteit een
vereiste is voor artistieke kwaliteit? Betekent dat volgens u ook dat een mono-cultureel
gezelschap nooit goede kunst kan maken?
Vraag 9
Deelt u de mening dat de artistieke missie van een instelling leidend moet blijven,
en deze creatieve vrijheid niet ingeperkt mag worden door de code Diversiteit & Inclusie?
Vraag 10
Deelt u de mening dat cultureel ondernemerschap niet hetzelfde is als «bedrijfsmatige
gezondheid», wat door de Raad voor Cultuur wordt geïnterpreteerd als een realistische
begroting en het voldoen aan de drie codes en duurzaamheidsdoelen? Zo ja, op welke
manier gaat u cultureel ondernemerschap wel borgen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 11
Vindt u dat cultureel ondernemerschap ook verantwoordelijkheid voor het genereren
van eigen inkomsten betekent, ook als een instelling deels gesubsidieerd wordt? Zo
ja, hoe laat u dit terugkomen in de nieuwe BIS?
Vraag 12
Vindt u dat huidige BIS-instellingen allemaal al voldoende doen op het gebied van
cultureel ondernemerschap? Zo nee, wat gaan de nieuwe BIS-voorwaarden uit het advies
daar voor verandering inbrengen?
Vraag 13
Hoe verwacht u dat cultureel instellingen gaan meten wat hun CO2-uitstoot in 1990 was, zoals gevraagd wordt door de Raad voor Cultuur? Wat – bijvoorbeeld
– als deze instellingen destijds nog niet bestonden?
Vraag 14
In hoeverre heeft de Raad voor Cultuur gehoor gegeven aan uw oproep om een relatief
eenvoudige aanvraagprocedure te houden dit jaar, terwijl vervolgens de drie codes
en verduurzamingseisen terugkomen bij alle voorwaarden?
Vraag 15
Hoe verhouden al deze wijzigingen zich tot hetgeen u in de Kamer heeft aangegeven,
namelijk dat het niet mogelijk was om grote wijzigingen in de BIS '25-'28 door te
voeren, zoals meer nadruk op digitalisering, innovatie, ondernemerschap en impact?