Vragen van het lid Omtzigt (Omtzigt) aan de Ministers voor Natuur en Stikstof, van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Infrastructuur en Waterstaat, van Financiën en voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en de Minister-President over de latente stikstofruimte en extern salderen (ingezonden 7 februari 2023).

Vraag 1

Herinnert u zich het verzoek bij de regeling van werkzaamheden op 17 november 2022 om een overzicht te geven van welke stikstofrechten zijn opgekocht door overheden en daaraan gelijk gestelde organisaties?

Vraag 2

Kunt u een lijst aan de Kamer doen toekomen van alle ministeries, provincies, gemeentes, staatsbedrijven (bedrijven waarin overheden gezamenlijk een meerderheidsaandeel hebben, zoals Schiphol), agentschappen en andere overheidsorganisaties die vanaf het vervallen van het Programma Aanpak Stikstof (PAS), op 29 mei 2019, bedrijven hebben opgekocht met als doel het verkrijgen van stikstofruimte? Kunt u ook de datum van aankoop aangeven en de omvang van de aankoop?

Vraag 3

Is er op enig moment contact en/of coördinatie geweest tussen de bij vraag 1 en 2 genoemde actoren met betrekking tot het opkopen van bedrijven met als doel het verkrijgen van stikstofruimte? Zo ja, kunt u deze communicatie aan de Kamer doen toekomen (inclusief data)?

Vraag 4

Bent u van mening dat het op zijn minst gezegd vreemd is dat door het opkopen van latente stikstofruimte de stikstofemissie op papier daalt, maar in werkelijkheid juist kan stijgen gezien het feit dat de totale latente stikstofruimte in de Wet natuurbescherming (Wnb)-vergunningen wordt geschat tussen de 21 procent en 40 procent (sector landbouw)?1

Vraag 5

Klopt het dat de latente stikstofruimte, de vergunde capaciteit en de feitelijk benutte capaciteit nu niet (centraal) worden geregistreerd?

Vraag 6

Klopt het dat voor de vergunde capaciteit en de feitelijk benutte capaciteit er nu veelal inschattingen worden gemaakt op basis van andere (landbouw)gegevens of op basis van opeenvolgende vergunningsbeschikkingen? Klopt het dat dit de vaststelling van de totale hoeveelheid latente stikstofruimte bemoeilijkt?2

Vraag 7

Op welke manier bent u voornemens om de vergunde capaciteit en de feitelijk benutte capaciteit (centraal) te registreren?

. Op welke manier bent u voornemens de latente stikstofruimte in kaart te brengen?

Vraag 9

Zou de latente stikstofruimte, op voorwaarde dat de vergunde capaciteit en de feitelijk benutte capaciteit centraal worden geregistreerd, in kaart kunnen worden gebracht door het verschil te bepalen tussen het aantal dieren (op basis van de Landbouwtelling) en de vergunde ruimte? Zou het verschil kunnen worden bepaald tussen de vergunde ruimte en feitelijk benutte ruimte of het verschil tussen de vergunde ruimte en feitelijk gerealiseerde ruimte? Kunt u een toelichting geven?

Vraag 10

Herinnert u zich, gelet op het gegeven dat bij extern salderen 30 procent van de feitelijk gerealiseerde capaciteit wordt afgeroomd om een feitelijke stijging van de depositie te beperken, dat u in antwoorden op Kamervragen over of en hoe de afgeroomde stikstofruimte in kaart wordt gebracht schrijft:

«Afgeroomde stikstofruimte wordt niet in beeld gebracht. Dit is ook geen verplichting die volgt uit de Wsn. Bij extern salderen kan de initiatiefnemer 70% van de stikstofruimte inzetten voor nieuwe activiteiten. Het afromings-percentage van 30% is bedoeld om het risico op feitelijke depositiestijging op stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden, als gevolg van ingebruikname van latente ruimte, zo veel mogelijk te beperken.»?3

Vraag 11

Bent u voornemens de afgeroomde stikstofruimte in kaart te brengen? Zo ja, hoe?

Vraag 12

Zou een verhoging van het afromingspercentage kunnen bijdragen aan het sneller legaliseren van PAS-melders (op voorwaarde dat de afgeroomde stikstofruimte wordt opgeslagen in een stikstofbank)? Kunt u een toelichting geven?

Vraag 13

Heeft u kennisgenomen van de column «en toen mocht de boer toch blijven»?4

Vraag 14

Zijn er de afgelopen jaren boerderijen opgekocht of zijn er vergunning geweigerd op basis van het oude AERIUS-model, die in het nieuwe model niet zouden worden geweigerd of niet zouden worden opgekocht? Zo ja, om hoeveel vergunningen gaat het dan?

Vraag 15

Kunt u een kaartbeeld maken en aangeven waar het model leidt tot een berekend stikstofverschil van meer dan 10 mol per hectare per jaar?

Vraag 16

Is het AERIUS-model juridisch houdbaar voor vergunningverlening nu duidelijk is dat een verschillende berekeningsmethodiek leidt tot andere uitkomsten voor het wel of niet verlenen van vergunningen?

Vraag 17

Klopt het dat in het nieuwe model er een afkapgrens is van 25 kilometer, zodat op plekken die verder dan 25 kilometer van een Natura 2000-gebied zijn verwijderd vergunningen met onbeperkte stikstofuitstoot kunnen worden afgegeven?

Vraag 18

Kunt u deze vragen voor het plenaire debat over het NPLG en de stikstofproblematiek in week acht (afzonderlijk) beantwoorden?


X Noot
1

SWECO, 22 september 2022, «Beschouwing op de omvang van latente ruimte in Wnb-toestemmingen» (https://open.overheid.nl/repository/ronl-7738c57ba417693cfe030ae83ee93b2ea419a165/1/pdf/bijlage-4-rapport-latente-ruimte-in-vergunningen.pdf)

X Noot
2

SWECO, 22 september 2022, «Beschouwing op de omvang van latente ruimte in Wnb-toestemmingen» (https://open.overheid.nl/repository/ronl-7738c57ba417693cfe030ae83ee93b2ea419a165/1/pdf/bijlage-4-rapport-latente-ruimte-in-vergunningen.pdf)

X Noot
3

Aanhangsel van de Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 2305

X Noot
4

NRC, 4 februari 2023, «En toen mocht de boer toch blijven» (https://www.nrc.nl/nieuws/2023/02/04/en-toen-mocht-de-boer-toch-blijven-a4156168)

Naar boven