Vragen van de leden Hagen en Tjeerd de Groot (beiden D66) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de Ministers van Infrastructuur en Waterstaat en voor Natuur en Stikstof over nieuwe risicogrenzen voor PFAS in oppervlaktewater (ingezonden 13 september 2022).

Vraag 1

Bent u bekend met de nieuwe risicogrenzen voor PFAS in oppervlaktewater zoals vastgesteld door het RIVM?1

Vraag 2

Klopt het dat de risicogrenzen voor PFOA en PFOS tussen de 90–160 keer lager liggen dan de nu geldende normen voor zoet en zout water?

Vraag 3

Klopt het dat de nieuwe PFOA-risicogrenzen voor het oppervlaktewater 0,3 ng/l bedragen?

Vraag 4

Wat betekenen deze nieuwe risicogrenzen voor de Nederlandse inzet in de Kaderrichtlijn Water?

Vraag 5

Welke vervolgstappen gaat u zetten nu de risicogrenzen voor PFOA, PFOS en GenX zo sterk zijn aangescherpt?

Vraag 6

Klopt het dat bij het besluit om alsnog over te gaan tot ontpoldering van de Hedwigepolder onderzoeken naar de PFAS-concentratie in oppervlaktewater een rol hebben gespeeld?

Vraag 7

Klopt het dat uit dit onderzoek van het oppervlaktewater van de Hedwigepolder bleek dat de concentratie PFOA 11 ng/l betrof?

Vraag 8

Klopt het dat de gemeten PFAS-waardes in het oppervlaktewater uit de onderzoeken in de Hedwigpolder niet voldoen aan de nieuwe risicogrenzen zoals vastgesteld door het RIVM?

Vraag 9

Welke consequenties heeft dit voor de natuur en de veiligheid in en om de Westerschelde en de Hedwigepolder?

Vraag 10

Bent u het eens met de stelling dat het doel van de ontpoldering van de Hedwigepolder is om kwalitatief hoogwaardige natuur te creëren? Staat de PFAS-concentratie (kijkende naar de nieuwe risicogrenzen) dit in de weg?

Vraag 11

Welke consequenties heeft dit voor uw besluit om alsnog over te gaan tot ontpoldering van de Hedwigepolder?


X Noot
1

RIVM, 8 september 2022, Nieuwe risicogrenzen voor PFAS in oppervlaktewater | RIVM

Naar boven