Vragen van de leden Idsinga (VVD) en Inge van Dijk (CDA) aan de Staatssecretaris van Financiën over het bericht «Weer hersteloperatie fiscus» door onterechte heffing op letselschade» (ingezonden 15 april 2022).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Weer hersteloperatie fiscus» door onterechte heffing op letselschade»?1

Vraag 2

Kunt u uitgebreid reageren op de mogelijke gevolgen van het arrest van de Hoge Raad van 25 maart jongstleden?

Vraag 3

Kunt u beschrijven wat tot op heden het beleid is ten aanzien van letselschadevergoedingen vanwege arbeidsongevallen in relatie tot de loon- en inkomstenbelasting?

Vraag 4

In hoeverre verschilt het beleid als de letselschadevergoeding voortvloeit uit een arbeidsovereenkomst of een andere rechtspositionele regeling?

Vraag 5

Ben u het eens met de conclusie in het bericht dat de uitspraak van 25 maart een nadere invulling is van oorspronkelijke arrest uit 1983 en nadrukkelijk geen nieuwe jurisprudentie is? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Klopt het dat er verschillende rechtsgevolgen zijn van nieuwe jurisprudentie ten opzichte van een nadere uitleg van een oud arrest in relatie tot het recht op teruggave van belasting?

Vraag 7

Kunt u aangeven of het arrest ervoor zorgt dat burgers met een letselschadevergoeding die is uitgekeerd in 2017 of later, vanaf heden succesvol een verzoek kunnen doen om ambtshalve vermindering om daarmee de ingehouden loonbelasting terug te krijgen?

Vraag 8

Hoe groot zou de financiele impact kunnen zijn indien er sinds 2017 compensatie zou moeten plaatsvinden van burgers die dergelijke schadevergoedingen hebben ontvangen?

Vraag 9

Geeft het arrest van 25 maart aanleiding tot wijziging van het fiscale beleid rondom dergelijke schadevergoedingen? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Vraag 10

Kunt u de vragen afzonderlijk beantwoorden?


X Noot
1

Het Financieele Dagblad, 14 april 2022

Naar boven