Vragen van het lid Tjeerd de Groot (D66) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
over het bericht ««Foute» soja in duurzaam veevoer» (ingezonden 29 november 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht ««Foute» soja in duurzaam veevoer»?1
Vraag 2
Klopt het dat het volume soja met Round Table on Responsible Soy (RTRS)-credits dat
wordt gebruikt in de Nederlandse veehouderij bijvoorbeeld op bedrijven wordt geproduceerd
waar bos al eerder is gekapt en waar toch certificaten voor worden uitgegeven die
als credits worden verhandeld? Zo ja, hoe reflecteert u op dit gegeven?
Vraag 3
Deelt u de mening dat het tegengaan van ontbossing van het grootste belang is in de
aanpak van de wereldwijde klimaatverandering en het tegengaan van biodiversiteitsverlies?
Deelt u tevens de mening dat Nederland als de grootste soja-importeur van de Europese
Unie hierbij een belangrijke rol te spelen heeft? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Deelt u de mening dat consumenten en andere ketenpartijen ervan uit moeten kunnen
gaan dat als zij producten consumeren waar keurmerken op staan die garanderen dat
deze producten niet bijdragen aan ontbossing, zij ervan uit moeten kunnen gaan dat
dit zo is?
Vraag 5
Deelt u de mening dat RTRS-credits deze garantie onvoldoende bieden, omdat het niet
gaat om fysieke ontbossingsvrije soja maar om een creditsysteem?
Vraag 6
Klopt het dat 60% van de soja die in Nederland als veevoer wordt gebruikt, is afgedekt
met RTRS-credits, maar dat het overige deel van het volume alleen voldoet aan de richtlijn
van de Fédération Européenne des Fabricants d'Aliments Composés (FEFAC) die door de
sector zelf is opgesteld, waarbij legale ontbossing is toegestaan en ook vernietiging
van bijvoorbeeld de savannes van de Cerrado niet is uitgesloten? Zo ja, hoe reflecteert
u hierop?
Vraag 7
Kunt u de verschillen in de voorwaarden voor FEFAC en RTRS nog eens nader uiteenzetten?
Vraag 8
Deelt u de mening dat Nederland en Nederlandse (veevoer)bedrijven op dit moment onvoldoende
doen om de wereldwijde ontbossing door sojaproductie tegen te gaan? Zo ja, welke stappen
gaat u zetten om als Nederland wel voldoende actie te ondernemen?
Vraag 9
Klopt het dat 80% van de soja die naar Europa wordt verscheept bestemd is voor veevoer
en dat in 2018 23% van geïmporteerde soja uit de savannes van de Cerrado kwam?
Vraag 10
Deelt u de mening dat deze berichtgeving de nut en noodzaak verder benadrukt van een
transitie naar een kringlooplandbouw waarin er geen soja meer uit ontboste gebieden
hoeft te worden gehaald voor het veevoer in Nederland? Bent u bereid naar aanleiding
van deze berichtgeving het concept van kringlooplandbouw nogmaals te agenderen in
Europa?
Vraag 11
Bent u van mening dat de garantie voor consumenten dat ze ontbossingsvrij consumeren
straks voldoende is afgedekt met het voorstel van de Europese Commissie waarin het
verplicht wordt voor bedrijven om aan te tonen dat de producten waarmee zij handelen
niet zijn geproduceerd op land dat is ontbost na 31 december 2020?
Vraag 12
Deelt u de mening dat actie om te zorgen dat Nederland niet bijdraagt aan de wereldwijde
ontbossing eigenlijk niet kan wachten tot de implementatie van de nieuwe Europese
richtlijn? Zo ja, welke stappen gaat u op de korte termijn nemen om de ontbossing
tegen te gaan?
Vraag 13
Erkent u dat in de Europese verordening niet alle natuurgebieden worden beschermd?
Zo ja, wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat bijvoorbeeld bossavannes ook beschermd
worden tegen ontbossing en consumenten daardoor kunnen vertrouwen op een duurzaamheidskeurmerk?
Vraag 14
Bent u van mening dat banken, pensioenfondsen en andere financiële instellingen ook
een rol te spelen hebben in het garanderen dat hun investeringen niet bijdragen aan
de wereldwijde ontbossing? Zo ja, bent u bereid deze aanvulling op de bestaande plannen
te agenderen in Europa? Zo nee, waarom niet?
Vraag 15
Kunt u deze vragen elk afzonderlijk en zo spoedig mogelijk beantwoorden?
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van der Plas
(BBB), ingezonden 26 november 2021 (vraagnummer 2021Z21734).