Vragen van de leden Sneller (D66) en Ephraim (Groep Van Haga) aan de Minister van Financiën over de benoeming van het Nederlandse lid van de Europese Rekenkamer (ingezonden 10 november 2021).

Vraag 1

Bent u bekend met het ontslag van de heer Brenninkmeijer als lid van de Europese Rekenkamer?1

Vraag 2

Kunt u nader uiteenzetten waarom de heer Brenninkmeijer voor afloop van zijn zesjarige termijn ontslag heeft genomen?

Vraag 3

Wat zijn de criteria op basis waarvan het nieuwe Nederlandse lid van de Europese Rekenkamer zal worden benoemd?

Vraag 4

Deelt u de mening dat de Europese Rekenkamer een belangrijke democratische institutie is, zoals vermeld in de aangenomen motie-Sneller/Den Boer?2 Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Hoe bent u van plan het benoemingsproces in lijn te brengen met deze motie, die uitspreekt dat de Kamer hier een sterkere rol in dient te hebben?

Vraag 6

Bent u van plan de benoemingsprocedure in lijn te brengen met de praktijk zoals in Oostenrijk, waarbij een parlementaire commissie – de «Hauptausschuss» – inspraak heeft en akkoord moet geven op de voorstellen van de regering?3

Vraag 7

Bent u van plan om ten behoeve van deze benoemingsprocedure lessen te trekken uit de ervaringen uit Ierland waarbij het huidige lid van de Europese Rekenkamer is gekozen na een competitieve en deels openbare procedure?

Vraag 8

Deelt u de mening dat het bij gewichtige benoemingen, zoals benoemingen voor de Europese Rekenkamer, belangrijk is om de Tweede Kamer te horen? Zo ja, op welke manier gaat u dat vormgeven? Zo nee, waarom niet?

Vraag 9

Op welke manier worden andere relevante partijen, zoals de Algemene Rekenkamer, betrokken bij de benoeming van het nieuwe lid van de Europese Rekenkamer?

Vraag 10

Kunt u toezeggen dat de Kamer actief wordt betrokken bij de benoeming van een nieuw lid, gezien het feit dat u zelf al aangaf dat er een wezenlijk verschil zit tussen een benoeming en herbenoeming? Zo nee, waarom niet?4


X Noot
1

Ontslagbrief dhr. Brenninkmeijer, 3 juni 2021 (https://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-9592-2021-INIT/en/pdf)

X Noot
2

Kamerstuk 35 300 VII, nr. 25

X Noot
4

Kamerstuk 21501-07, nr. 1620, p. 12

Naar boven