Vragen van de leden Bouchallikh en Westerveld (beiden GroenLinks) aan de Staatssecretarissen van Infrastructuur en Waterstaat en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de ontoegankelijkheid van het openbaar vervoer voor mensen met een beperking (ingezonden 28 oktober 2021).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van de artikelen «Mindervalide reizigers hebben last van kapotte liften: «Dan maar weer naar huis»»1 en «Met de rolstoel de trein in? In Cuijk en Boxmeer heb je dan een probleem»2?

Vraag 2

Kunt u toelichten welke concrete stappen er nu genomen worden om het openbaar vervoer toegankelijker te maken?

Vraag 3

Deelt u de mening dat het openbaar vervoer te allen tijde toegankelijk moet zijn voor mensen met een beperking? Zo ja, waarom is dit bij kleine stations zoals Boxmeer en Cuijk niet het geval?

Vraag 4

Kunt u rapporteren over de voortgang van de motie van het lid Van der Graaf c.s. over toegankelijkheid van het vervoer als basisvoorziening (Kamerstuk 24 170, nr. 213)? Tegen welke knelpunten loopt u aan bij het uitvoeren van deze motie?

Vraag 5

Kunt u de ov-bedrijven oproepen om machinisten of ander personeel te verzoeken reizigers in een rolstoel te allen tijde te assisteren bij het betreden of verlaten van het voertuig, ongeacht of dit invloed heeft op vertraging in de dienstregeling? Zo ja, hoe gaat u controleren of er gehoor wordt gegeven aan deze oproep? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Wat vindt u ervan dat mensen met een beperking die gebruikmaken van een rolstoel of scootmobiel altijd in het tussenstuk van de trein moeten zitten?

Vraag 7

Kunt u in kaart brengen op welke stations in Nederland mensen die gebruikmaken van een rolstoel niet zelfstandig de trein kunnen betreden of verlaten door de breedte van de spleet tussen het perron en de trein? Zo ja, kunt u van deze stations een plan opstellen hoe deze zo snel mogelijk rolstoeltoegankelijk worden? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Kunt u een andere oplossing aandragen aan deze gedupeerde reizigers als de liften of andere voorzieningen niet werken waar zij afhankelijk van zijn? Zo ja, zou dit dan kunnen in de vorm van aanvullend openbaar vervoer? Zo nee, waarom niet?

Vraag 9

Hoe worden ervaringsdeskundigen betrokken bij het signaleren en oplossen van problemen rondom toegankelijkheid in het openbaar vervoer? Welke stappen kunt u zetten om de vertegenwoordiging van ervaringsdeskundigen te verbeteren?

Vraag 10

Kunt u in kaart brengen hoeveel liften er op stations in Nederland vaker kampen met storingen? Kunt u in gesprek gaan met onderhoudsbedrijven om te zien wat zij nodig hebben om toekomstige storingen te voorkomen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 11

Kunt u de gemeentelijke vervoersbedrijven oproepen om informatie over defecte liften en andere voorzieningen voor mensen met een beperking nauwkeuriger te actualiseren om toekomstige teleurstellingen te voorkomen? Zo ja, op welke termijn kan men verwachten dat deze informatie op een actuele en nauwkeurige wijze gedeeld wordt? Zo nee, waarom niet?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid De Hoop (PvdA), ingezonden 25 oktober 2021 (vraagnummer 2021Z18526).


X Noot
1

NH Nieuws, 24 oktober 2021 (Mindervalide reizigers hebben last van kapotte liften: «Dan maar weer naar huis» – NH Nieuws)

X Noot
2

Brabants Dagblad, 19 oktober 2021 (Met de rolstoel de trein in? In Cuijk en Boxmeer heb je dan een probleem | Brabant | bd.nl)

Naar boven