Vragen van het lid Stoffer (SGP) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de stand van zaken met betrekking tot de (vaststelling van de) NOW (ingezonden 10 september 2021).

Vraag 1

Kunt u een actueel overzicht geven van de aanvragen, voorschotten, en dergelijke van de Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) en daarbij in ieder geval een actueel overzicht meenemen van de tabellen 1, 2 en 3 uit Kamerbrief 35 420, nr. 278?

Vraag 2

Herkent u de signalen van veel (midden- en kleinbedrijf (MKB)) ondernemers over de relatief hoge kosten voor accountantsverklaringen voor de NOW-steun, die soms een groot deel van de te ontvangen NOW-steun bedragen?

Vraag 3

Klopt het dat de accountantsverklaring voor de NOW-steun in principe over de basale vraag gaat wat de hoogte van de omzet en loonkosten over een specifieke periode in twee verschillende boekjaren is, en dat deze variabelen corresponderen met de gegevens in de reguliere belasting over de toegevoegde waarde (btw)-aangifte en loonopgave, die veelal door dezelfde accountant van een ondernemer verzorgd wordt?

Vraag 4

Kunt u aangeven wat de gemiddelde kosten voor accountantsverklaringen in het kader van de NOW-vaststelling zijn, en kunt u daarbij ook inzicht geven in de opbouw van de kosten?

Vraag 5

Heeft u een verklaring voor het feit dat de kosten voor accountantsverklaringen voor de NOW-steun relatief gezien veel hoger lijken dan andere accountantskosten van ondernemers, bijvoorbeeld voor btw-aangiften en loonopgaven?

Vraag 6

Hoe kunnen de kosten voor accountantsverklaringen voor de NOW-steun verlaagd worden, bijvoorbeeld door de werkzaamheden beter aan te laten sluiten bij de reguliere werkzaamheden van (huis)accountants die al gedaan worden voor ondernemers, met als doel de kosten voor ondernemers te verlagen?

Vraag 7

Herinnert u zich uw antwoord op schriftelijke vragen1 waarin u heeft aangegeven dat het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) bij de vaststelling van de loonsom ruimte heeft om de uitbetaling van bonussen, overuren, etc. uit de loonsom te filteren? En herkent u de signalen van ondernemers waarbij dit maatwerk niet geboden wordt, en waarbij ook in bezwaar niet tegemoet gekomen wordt aan de bezwaren van ondernemers, bijvoorbeeld doordat het UWV incidentele beloningen niet altijd uit de loonsom filtert?

Vraag 8

Welke ruimte heeft het UWV om in bezwaarprocedures maatwerk toe te passen bij het filteren van incidentele beloningen uit de loonsom, en bent u bereid deze ruimte te vergroten?

Vraag 9

Hoe lang duren bezwaarprocedures in het kader van NOW-steun gemiddeld en hoe kan de periode verder verkort worden?

Vraag 10

Kunt u deze vragen zo snel mogelijk, maar in ieder geval voor het debat over het steunpakket, beantwoorden?


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 2349, vraag en antwoord 8

Naar boven