Vragen van de leden Pouw-Verweij (JA21) en Van der Staaij (SGP) aan de Ministers van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Justitie en Veiligheid over de verkoop van
zelfmoordpoeder (ingezonden 28 juli 2021).
Vraag 1
Kunt u aangeven, nu het bekend is geworden dat een man uit Eindhoven zogenoemd zelfmoordpoeder
heeft verkocht aan mogelijk honderden mensen, van wie mogelijk zeker zes mensen zijn
overleden, waarom er niets is ondernomen tegen de verkoop van dodelijk poeder op Marktplaats,
daar waar dit middel drie jaar geleden al voor slechts 20 euro te koop was, terwijl
u in september 2018 al beloofde de verkoop van dergelijke stoffen zoveel mogelijk
te zullen beperken?1
Vraag 2
Hoe kijkt u terug op uw besluit uit 2018, na een gesprek met nabestaanden, om niet
tot een vergunning- of ontheffingsplicht voor twee zelfmoordmiddelen te komen, omdat
u de namen van de middelen niet in de wettekst wilde noemen. Bent u bereid om dit
besluit te heroverwegen?2
Vraag 3
Bent u het ermee eens dat het een onwenselijke situatie is dat pas tot vervolging
kan worden overgegaan wanneer er niet alleen een zelfdodingsmiddel is verkocht, maar
daarna ook een zelfdoding heeft plaatsgevonden?
Vraag 4
Bent u alsnog bereid om de wet aan te passen, zodat er een verbod komt op de immorele
verkoop van dodelijke poeders die zelfdoding faciliteren, omdat naar verluidt minimaal
zes doden het op zijn minst de moeite waard maakt om de praktische bezwaren niet op
voorhand als argument aan te voeren om daarvan af te zien?3
Vraag 5
Wat vindt u van het aanzienlijke verschil dat er ligt tussen de duur van een gevangenisstraf
voor hulp bij zelfdoding (3 jaar) in vergelijking tot de gevangenisstraf die staat
voor poging tot doodslag (10 jaar) of poging tot moord (20 jaar)?
Vraag 6
Acht u «hulp bij zelfdoding» een reële beoordeling van het opsturen van middelen met
als doel iemand van het leven te beroven, overwegende dat iemand veroordeeld zou worden
voor poging tot doodslag of poging tot moord na het verzenden van een taart met rattengif
met als doel iemand te laten sterven?
Vraag 7
Erkent u dat het mogelijke averechtse effect van een verbod op de verkoop van zelfmoordpoeders
in geen verhouding staat tot de vrije verkoop daarvan aan mogelijk honderden mensen,
wat waarschijnlijk tot de dood van al zeker zes mensen heeft geleid?
Vraag 8
Wat doet u met signalen dat Alex S. actief betrokken lijkt te zijn bij instellingen
als de Australische Voluntary Euthanasia Party, bij Philip Nitschke, oprichter en
directeur van de pro-euthanasiegroep Exit International, en bij de Coöperatie Laatste
Wil (CLW), de organisatie die de mogelijkheden van het «zelfmoordpoeder» onthulde?4
Vraag 9
Wat doet u met cijfers van het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC),
waaruit blijkt dat jongvolwassenen met psychische problemen de weg naar de CLW weten
te vinden?
Vraag 10
Wat onderneemt u om ervoor te zorgen dat de CLW niet langer als officieuze spil kan
functioneren van illegale activiteiten, zoals handelen en dealen in zelfmoordpoeders,
die officieel buiten de organisatie om plaatsvinden?
Vraag 11
Houdt u actief zicht op online fora waarop zelfdoding wordt verheerlijkt en zelfmoordpoeders
worden aangeraden en bent u, indien u geen of onvoldoende zicht heeft op wat zich
op deze fora afspeelt, bereid het toezicht aan te scherpen?
Vraag 12
Heeft u zicht op personen zoals Alex S. die tot het netwerk van CLW kunnen worden
gerekend en die zich op online fora bezighouden met het propageren en het faciliteren
van zelfdoding?
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Bikker (ChristenUnie),
ingezonden 26 juli 2021 (vraagnummer 2021Z13994).