Vragen van de leden Maeijer en Markuszower (beiden PVV) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Minister voor Rechtsbescherming over kinderrechters die de noodklok luiden over de situatie van de jeugdzorg in Zeeland (ingezonden 26 april 2021).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Kinderrechters luiden noodklok over situatie jeugdzorg Zeeland?»1

Vraag 2

Deelt u de mening van de kinderrechters van de rechtbank Zeeland-West Brabant dat het punt is bereikt dat er geen jeugdzorgaanbieder meer is om de gedwongen hulpverlening van kwetsbare kinderen en gezinnen op zich te nemen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Zijn er kinderen en gezinnen die hierdoor nu niet de hulp (hebben) kunnen krijgen die zij nodig hebben?

Vraag 4

Hoeveel kinderen wachten er op hulp?

Vraag 5

Kunt u aangeven hoeveel medewerkers van Intervence de afgelopen maanden zijn vertrokken? Zijn deze medewerkers behouden voor de (jeugd)zorgsector?

Vraag 6

Schaamt u zich niet kapot dat nu toch blijkt dat kinderen die hulp nodig hebben te maken krijgen met lange wachtlijsten, aangezien de rechtbank zegt dat het uitblijven van gedwongen hulpverlening van kwetsbare kinderen een gevolg is van de onduidelijkheid over het voortbestaan van jeugdzorgorganisatie Intervence en u in uw brief van 17 februari jl. aangaf dat het van belang was om de zorgcontinuïteit voor de huidige en nieuwe cliënten van Intervence te garanderen?

Vraag 7

Hoe gaat u ervoor zorgdragen dat deze kinderen op korte termijn hulp krijgen? Bent u bereid de regie op u te nemen om dit probleem in de Zeeuwse jeugdzorg zo snel als mogelijk op te lossen, zo nee waarom niet?


X Noot
1

NOS nieuws, 22 april 2021, «Kinderrechters luiden noodklok over situatie jeugdzorg Zeeland?»

Naar boven