Vragen van de leden Slootweg en Peters (CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «vertraging ggz-indicaties in de Wlz door hoge aantal aanvragen». (ingezonden 19 februari 2021).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «vertraging ggz-indicaties in de Wet langdurige zorg (Wlz) door hoge aantal aanvragen»?¹

Vraag 2

Kunt u aangeven hoe het komt dat er ruim tweederde aanvragen meer zijn dan de 9.500 aanvragen die het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport vorig jaar verwachtte?

Vraag 3

Kunt u toelichten hoeveel mensen uiteindelijk ook een indicatie voor de Wlz krijgen?

Vraag 4

Kunt u aangeven wat precies wordt bedoelt met «dat er een apart beoordelingsteam» bij het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) gevormd is?

Vraag 5

Welke stappen heeft u genomen om de wachtduur voor de mensen met een aanvraag te verkorten? Bent u voornemens meer capaciteit beschikbaar te stellen aan het CIZ?

Vraag 6

Betekent dit dat overige indicatiestellingen, voor bijvoorbeeld opname in een verpleeghuis, langer op zich laten wachten?

Vraag 7

Kunt u uitleggen wat wordt bedoeld met «om ervoor te zorgen dat zorg voor cliënten wordt voortgezet, zijn er «overgangswerkwijzen» afgesproken»? Wat houden die overgangswerkwijzen in?

Vraag 8

Kunt u uiteenzetten wat de extra toename aan mensen uit de geestelijke gezondheidszorg (ggz) naar de Wlz betekent voor de financiële overheveling van Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)-middelen naar Wlz-middelen?

Vraag 9

Hoeveel uur zorg ontvangen de mensen die een positieve beoordeling hebben ontvangen op hun aanvraag, ten opzichte wat men hiervoor ontving?

---

1 Skipr, 12 februari 2021, «Vertraging ggz-indicaties in Wlz door hoge aantal aanvragen» (https://www.skipr.nl/nieuws/vertraging-ggz-indicaties-in-wlz-door-hoge-aantal-aanvragen/)