Vragen van het lid Sneller (D66) aan de Minister-President over de afgebroken vakantiereis van leden van het Koninklijk Huis naar Griekenland. (ingezonden 3 november 2020).

Vraag 1

Kent u het bericht Koning op vakantie in Griekenland: «Hij voelt de sfeer in Nederland niet goed aan»?1

Vraag 2

Wat gaat u (anders) doen om een nieuw incident zoals dit te voorkomen?

Vraag 3

Wat wist vicepremier De Jonge, die als uw vervanger optrad bij de persconferentie van 16 oktober, vóór aanvang van deze persconferentie over de (mogelijke) vakantie van de Koning? Als dit bij de voorbereiding aan de orde is geweest zoals u schrijft, waarom ontkende hij dan bekend te zijn met de reisplannen van de Koning?

Vraag 4

Was de Rijksvoorlichtingsdienst voor aanvang van de persconferentie op 16 oktober op de hoogte van de vakantie of een mogelijke vakantie van de Koning? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarom werd dit dan ontkend?

Vraag 5

Deelt u de mening dat voorlichting vanuit de overheid geen zoekplaatje voor journalisten dient te zijn?

Vraag 6

Kent u het handboek «Uitgangspunten overheidscommunicatie»?2 Zo ja, kent u ook de specifieke passage dat er niet alleen juiste en voldoende informatie moet worden verstrekt, maar ook dat het onjuist vermelden, weglaten of overaccentueren van feiten en argumenten nimmer is toegestaan?

Vraag 7

Deelt u de mening dat er, in deze specifieke casus van de vliegvakantie van de Koning naar Griekenland in de herfstvakantie, niet is gecommuniceerd volgens de handleiding? Zo ja, waarom is er niet gecommuniceerd volgens de handleiding? Zo nee, kunt u toelichten waarom u vindt dat er conform handleiding is gecommuniceerd?

Vraag 8

Kent u de voorlichting van de Raad van State ten aanzien van de ministeriële verantwoordelijkheid voor de Koning en leden van het Koninklijk Huis waarin de Raad onder andere stelt dat: «De ministers zijn niet aanspreekbaar op privégedragingen, maar zijn op grond van hun verantwoordelijkheid ingevolge artikel 42, tweede lid, iuncto artikel 68 van de Grondwet, wel gehouden aan te geven waarom het naar hun oordeel om een privégedraging gaat»?3

Vraag 9

Waarom bent u van mening dat het achterblijven van twee leden van het Koninklijk Huis, waaronder de vermoedelijke erfopvolger, in Griekenland een privézaak is, terwijl dat voor de Koning niet het geval was?

Vraag 10

Deelt u de mening dat uw keuze om niet meteen ook open te communiceren over het feit dat twee leden van het Koninklijk Huis nog enkele dagen achterbleven in Griekenland, terwijl dit wel bij u bekend was, een ongelukkige was aangezien deze nog jonge leden nu onnodig onderwerp van discussie werden? Zo nee, waarom niet?


X Noot
3

Voorlichting over de ministeriële verantwoordelijkheid voor de Koning en leden van het koninklijk huis ten aanzien van de bescherming van hun persoonlijke levenssfeer, in het bijzonder in relatie tot de inlichtingenplicht van de regering jegens de Staten-Generaal; https://www.raadvanstate.nl/@61488/w01-10-0181/

Naar boven