Vragen van het lid Alkaya (SP) aan de Minister van Financiën over gedupeerde consumenten
door wurgkredieten. (ingezonden 6 oktober 2020).
Vraag 1
Wat is uw mening over de wurgkredieten van ABN AMRO, Crédit Agricole, Santander, Vesting
Finance aan consumenten, waarbij jarenlang te hoge rentes zijn gerekend?1 Hoe verklaart u dat er nog steeds geen passende oplossingen zijn gevonden voor de
gedupeerden hiervan, zelfs niet bij ABN AMRO waar de Staat grootaandeelhouder is,
terwijl consumentenprogramma Kassa, Stichting Geldbelangen, de SP en zelfs Kifid hier
al in 2016 over aan de bel trokken?2
Vraag 2
Klopt het dat er voor een bedrag van tussen de 500 miljoen en 1 miljard euro ten onrechte
te veel rente op doorlopende kredieten is gerekend? Deelt u de mening dat gedupeerde
klanten zo spoedig mogelijk en volledig gecompenseerd dienen te worden? Zo ja, wat
vindt u er van dat financiële instellingen na een jarenlang proces nog steeds in hoger
beroep gaan tegen een uitspraak van het Kifid, waardoor compensatie vertraagd wordt?
Vraag 3
Bent u bereid om in gesprek te gaan met in ieder geval ABN AMRO, Santander, Vesting
Finance om hen op te roepen af te zien van beroep? Bent u in ieder geval bereid het
NLFI hierop aan te spreken, als grootaandeelhouder in ABN AMRO?
Vraag 4
Welke banken hebben nog meer significant hogere rentes dan de relevante referentierente
gerekend op doorlopende kredieten in de periode tussen 2007 en nu, die bovendien geen
gelijke tred hielden met de marktrente, en hoeveel consumenten zijn hierdoor gedupeerd?
Vraag 5
Hoe kan het dat dit soort misstanden jarenlang hebben kunnen voortduren zonder ingrijpen
van de toezichthouder? Hoe wordt er toezicht gehouden op rentes op doorlopende kredieten?
Vraag 6
Welke rol heeft de toezichthouder, de Autoriteit Financiële Markten (AFM), gespeeld
in de voorliggende misstanden en hoeveel fte aan personeel heeft zij sinds 2016 aan
wurgkredieten gewijd?
Vraag 7
Wanneer en op welke manier moeten banken de door hun gerekende rentes, commissies
en premies onderbouwen aan de toezichthouder? Kunt u dit toelichten? Deelt u de mening
dat in ieder geval door de financiële instelling gesignaleerd zou moeten worden bij
de toezichthouder wanneer de rentes die zij rekenen sterk afwijken van de relevante
referentierentes?
Vraag 8
Wanneer bent u geïnformeerd over specifiek deze Kifid-zaak tegen ABN AMRO? Wat heeft
u toen ondernomen om de gedupeerde zo snel mogelijk te compenseren? Was u op de hoogte
van het voornemen van de bank om in hoger beroep te gaan tegen de uitspraak afgelopen
zomer?
Vraag 9
Wat vindt u er van dat Kifid ervoor heeft gekozen om ABN AMRO de mogelijkheid te bieden
om in beroep te gaan op basis van artikel 2.2a van het reglement Commissie van Beroep
financiële dienstverlening? Deelt u de mening dat dit de schijn van partijdigheid
versterkt, omdat het de zaak verlengt en meehelpt aan een ogenschijnlijke uitputtingstactiek
door de financiële instelling?
Vraag 10
Bent u bereid ABN AMRO, dat heeft aangegeven slechts gedeeltelijk de additionele juridische
kosten van de consument te zullen vergoeden in het hoger beroep, op te roepen om deze
kosten geheel te vergoeden, zodat de consument niet de dupe wordt van fout beleid
bij Kifid?
Vraag 11
Wet vindt u ervan dat ABN AMRO heeft aangegeven slechts documenten te willen aanleveren
aan de consument die niet ouder zijn dan 10 jaar, en zich hierbij beroept op «de hiervoor
geldende wet- en regelgeving»? Klopt het dat, volgens de Wet financieel toezicht (Wft),
het gehele verloop van een financieel product reconstrueerbaar moet zijn door de financieel
dienstverlener? Zo ja, deelt u de mening dat ABN AMRO in deze zaak kosteloos alle
door de consument gevraagde documenten over zijn product moet aanleveren, ook die
ouder zijn dan 10 jaar?