Vragen van de leden Van Dam (CDA), Buitenweg (GroenLinks) en Groothuizen (D66) aan de Minister-President en de Ministers van Buitenlandse Zaken, van Justitie en Veiligheid en voor Rechtsbescherming over de brief van the European Network of Councils for the Judiciary (ENCJ) aan de voorzitter van de Europese Commissie over recente anti-Europese wetgeving in Polen (ingezonden 25 maart 2020).

Vraag 1

Bent u bekend met de brief van 21 februari 2020 van the European Network of Councils for the Judiciary (ENCJ) aan de voorzitter van de Europese Commissie over recente anti-Europese wetgeving in Polen?1

Vraag 2

Bent u bekend met het rapport van the Monitoring Committee van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa met de titel «the Functioning of Democratic Institutions in Poland» van 6 januari 2020?2

Vraag 3

Heeft u kennisgenomen van het artikel «Extraordinary Control and Public Affairs Chamber to euthanise the Supreme Court’s own resolution»?3

Vraag 4

Deelt u de diepe zorgen ten aanzien van de ontwikkeling van de rechtsstaat in Polen? Deelt u de waarneming dat het Constitutioneel Hof en de Raad voor de Rechtspraak niet langer te duiden zijn als onafhankelijke rechterlijke organen? Deelt u de zorg dat de Minister van Justitie tevens de functie van procureur-generaal van het Poolse openbaar ministerie vervult? Deelt u de mening dat de «kamer voor buitengewone controle» (zie vraag 3) net zo bedreigend is voor de Poolse rechtsstaat als de disciplinaire kamer?

Vraag 5

Heeft u kennisgenomen van de procedure waarin de Europese Commissie het Europese Hof van Justitie heeft gevraagd de disciplinaire kamer van het Poolse Hooggerechtshof tijdelijk op te schorten? Wanneer verwacht u een uitspraak van het Europese Hof van Justitie? Klopt het dat deze procedure alleen ziet op de disciplinaire kamer van het Poolse Hooggerechtshof?

Vraag 6

Deelt u de opinie dat de per 14 februari 2020 ingevoerde wetgeving die Poolse rechters verbiedt om door het Europese Hof van Justitie in Luxemburg geformuleerde criteria ten aanzien van de onafhankelijkheid van rechters zonder voorafgaande toestemming van het Constitutioneel Hof toe te passen (de zogenaamde «muilkorfwet») flagrant in strijd is met Europese wetgeving dan wel de strekking van die wetgeving?

Vraag 7

Zijn er aanwijzingen dat de Europese Commissie een inbreukprocedure start ten aanzien van deze «muilkorfwet». Zo ja, waaruit blijkt dat? Bent u bereid om in Europees verband te bevorderen dat daadwerkelijk en zo snel mogelijk alle denkbare maatregelen en procedures worden ingezet om Polen te dwingen deze wetgeving terug te trekken? Kunt u aangeven welke mogelijkheden u in Europees verband ziet om deze druk op Polen uit te oefenen, inclusief maatregelen die liggen op andere terreinen dat het juridische? Kunt u in dat kader ingaan op het Nederlandse standpunt ten aanzien van de zogeheten «conditionaliteit» in de Europese meerjarenbegroting?

Vraag 8

Bent u bereid om – waar mogelijk met andere EU-lidstaten – te onderzoeken of Nederland op basis van artikel 259 van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU) een procedure tegen Polen kan starten? Bent u bereid van die mogelijkheid gebruik te maken? Zo nee, waarom niet?


X Noot
2

Monitoring Committee Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa, 6 januari 2020, «the Functioning of Democratic Institutions in Poland», http://assembly.coe.int/nw/xml/XRef/Xref-DocDetails-en.asp?FileID=28330&lang=en

X Noot
3

Rule of Law.PL, 12 februari 2020, «Extraordinary Control and Public Affairs Chamber to euthanise the Supreme Court’s own resolution» https://ruleoflaw.pl/extraordinary-control-and-public-affairs-chamber-to-euthanise-the-supreme-courts-own-resolution/

Naar boven