Vragen van de leden Amhaouch en AgnesMulder (beiden CDA) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over het bericht «Chemelot zet vol in op energie- en chemiesnelweg» (ingezonden 21 februari 2020).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Chemelot zet vol in op energie- en chemiesnelweg»?1

Vraag 2

Deelt u de mening dat het voor de Limburgse industrie van levensbelang is dat deze ofwel wordt aangesloten op nieuwe pijpleidingen tussen Rotterdam en het Rurhgebied ofwel dat er alternatieve oplossingen worden gevonden?

Vraag 3

Deelt u de mening dat dit eveneens noodzakelijk is om te kunnen verduurzamen en het vervoer van gevaarlijke stoffen per trein te verminderen?

Vraag 4

Bent u bekend met de brieven die de provincie Limburg over deze kwestie aan de Minister-President en het kabinet heeft geschreven? Hoe is gevolg gegeven aan de oproepen in deze brieven?

Vraag 5

In hoeverre klopt het dat het kabinetsbeleid is dat energie-intensieve industrie zich zou moeten vestigen aan de kust? Wat betekent dit voor industrieterreinen die in het binnenland liggen en hun afzetmarkt eerder in het oosten dan in het westen hebben?

Vraag 6

Hoe duidt u de uitspraak van de directeur Nationale Omgevingsvisie dat «het zeer duur is en veel ruimte kost om vergelegen industrieterreinen zoals Chemelot te bekabelen voor energie van zee» en dat «we voor die gebieden voor duurzame energie andere oplossingen moeten vinden»?

Vraag 7

Bent u bereid om op korte termijn met de provincie Limburg in gesprek te gaan over de mogelijkheden hoe het industrieterrein Chemelot alsnog kan aansluiten op de energie- en chemiesnelweg vanuit zee dan wel alternatieven hiervoor in beeld te brengen?

Vraag 8

In hoeverre deelt u de stelling dat de aansluiting tussen Rotterdam en de Duitse energie- en petrochemiesector via Chemelot cruciaal is voor het verdienvermogen van Nederland en een belangrijke stap om de positie van Nederland als «gateway-to-Europe» te behouden?


X Noot
1

De Limburger, 14 februari 2020.

Naar boven