Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Grote zorgen in Kamer over interne onrust Gezondheidsraad» (ingezonden 9 januari 2020).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht «Grote zorgen in Kamer over interne onrust Gezondheidsraad»?1

Vraag 2

Hoe lang bent u al op de hoogte van de sfeer van intimidatie en een ernstig verziekte werkcultuur bij de Gezondheidsraad? Welke stappen heeft u tot nu toe ondernomen om tot een oplossing te komen?

Vraag 3

Hoe reageert u op de uitkomsten van de enquête die de FNV heeft uitgezet onder het personeel van de Gezondheidsraad dat lid is van het FNV en die door 18 medewerkers is ingevuld? Maakt u zich zorgen over het welzijn van de medewerkers die op het secretariaat van de Gezondheidsraad werkzaam zijn? Hoe reageert u op de uitkomst van de enquête dat door de veranderplannen van de leiding een verregaande vorm van polarisatie en onveiligheid is ontstaan?2

Vraag 4

Wat vindt u ervan dat er een reorganisatie plaatsvindt/heeft plaatsgevonden bij de Gezondheidsraad waar een fors deel van de medewerkers niet achter staat? Bent u nog steeds van mening dat de reorganisatie nodig is om de advisering te versnellen? Ziet u nog steeds de reorganisatie als een middel om de verziekte sfeer aan te pakken? Waar ligt volgens u de prioriteit, bij een snellere advisering of bij het behouden van/realiseren van een sociaal veilige situatie voor de medewerkers van de Gezondheidsraad? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 5

Kunt u aangeven met hoeveel personen het management in absolute en procentuele zin is gestegen door de reorganisatie? Klopt het dat het percentage management nu 30% bedraagt? Is de oplossing om te kiezen voor meer managers niet archaïsch zoals hoogleraar Weggeman van TU Eindhoven stelt?

Vraag 5

Bent u van mening dat een overleg over de personele gevolgen van de reorganisatie plaats had moeten vinden? Is voldaan aan de regels die binnen het Rijk gelden als het gaat om reorganisaties met personele gevolgen?

Vraag 6

Heeft de algemeen secretaris wel voldoende draagvlak in de organisatie gezien de gebeurtenissen? Ziet zij de Gezondheidsraad niet teveel als bedrijf waarbij adviezen als broodjes moeten worden gebakken? Is externe begeleiding nodig? Kunt u dit toelichten?

Vraag 7

Wat gaat u doen om het vertrouwen onder de medewerkers te herstellen en het vertrouwen in het instituut Gezondheidsraad te waarborgen?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van den Berg (CDA), ingezonden 8 januari 2020 (vraagnummer 2020Z00102)

Naar boven