Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister voor Rechtsbescherming over de actie #ikpiketnietmeer van 1 t/m 14 januari 2020 en het breken van deze staking (ingezonden 16 december 2019).

Vraag 1

Hoeveel sociaal advocaten hebben zich minder aangemeld voor de piketdiensten in de periode 1 t/m 14 januari 2020 dan we redelijkerwijs hadden mogen verwachten op basis van cijfers van eerdere jaren?

Vraag 2

Kunt u bevestigen dat 39% van de sociaal advocaten gaat staken? Klopt dat cijfer?

Vraag 3

Waarom kon u de Kamer eerder niet informeren over het aantal stakende advocaten?1

Vraag 4

Klopt het dat in diverse regio’s veel advocaten gaan staken en dat bijvoorbeeld in de regio Ede-Wageningen 100% staakt en dus niet deelneemt aan piketdiensten in de eerste twee weken van 2020?

Vraag 5

Wat zegt deze stakingsbereidheid in sommige regio’s over de verontwaardiging van deze beroepsgroep over het toegezegde incidentele geld waarmee u denkt de woede te hebben gesust?

Vraag 6

Klopt het bericht dat door de Raad voor Rechtsbijstand een forse beschikbaarheidsvergoeding van 1.350 euro voor drie dagen piket wordt geboden aan advocaten uit andere regio’s om het piketrooster alsnog gevuld te krijgen? Hoe zit dit precies? Wat is uw rol hierin geweest?

Vraag 7

Waarom weigert u al heel erg lang om sociaal advocaten een redelijke vergoeding te bieden en vindt u vervolgens het bieden van een forse beschikbaarheidsvergoeding een aanvaardbare oplossing voor de hinder die ondervonden wordt door een actie van sociaal advocaten die terecht actie voeren voor een redelijke vergoeding? Vindt u dat geen oneigenlijk middel om een stakingsactie de kop in te drukken?

Vraag 8

Vindt u niet dat deze extra beschikbaarheidsvergoeding beter verdeeld kan worden onder alle sociaal advocaten die al jaren verzoeken om een redelijke vergoeding?

Vraag 9

Waar komt dit geld nu opeens vandaan?

Vraag 10

Als deze bedragen nu wel beschikbaar zijn om er voor te zorgen dat advocaten beschikbaar zijn voor piketdiensten, waarom kan dat dan niet altijd geboden worden?


X Noot
1

Kamervragen 2019Z23006

Naar boven