Vragen van de leden Slootweg en Palland (beiden CDA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het rapport van de Algemene Rekenkamer «Ouderdomsregelingen ontleed» (ingezonden 14 november 2019).

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van de publicatie van de Algemene Rekenkamer «Ouderdomsregelingen ontleed»?1

Vraag 2

Wat vindt u ervan dat uit data-analyse van de Algemene Rekenkamer (AR) blijkt dat 34.000–51.000 rechthebbende huishoudens geen beroep doen op de Aanvullende Inkomensvoorziening Ouderen (AIO)?

Vraag 3

Bent u het eens met de conclusie van de AR dat u verantwoordelijk bent voor de werking van het stelsel dat een basis-oudedagsvoorziening aanbiedt aan ouderen die dit nodig hebben?

Vraag 4

Bent u het eens dat niet-gebruik van de AIO en de Overbruggingsregeling AOW (OBR) betekent dat niet alle mensen de inkomensondersteuning krijgen die zij mogelijk nodig hebben?

Vraag 5

Is dan de conclusie juist dat u verantwoordelijk bent om het niet-gebruik van deze regelingen, waardoor ouderen leven onder het bestaansminimum, tegen te gaan? Zo ja, welke maatregelen neemt u om dit niet-gebruik terug te dringen?

Vraag 6

Klopt het dat de Sociale Verzekeringsbank (SVB) het niet-gebruik van de AIO doelmatiger en doeltreffender kan aanpakken als zij over inkomensgegevens uit de polisadministratie van het UWV zou beschikken?

Vraag 7

Is de koppeling met de UWV-polisadministratie de enige wijze waarop het SVB doelmatig en doeltreffend het niet-gebruik van de AIO kan aanpakken of ziet u nog andere mogelijkheden?

Vraag 8

Kunt u aangeven wat de SVB administreert wanneer iemand bijvoorbeeld tien jaar tussen zijn 15de en 65ste niet in Nederland heeft gewoond en daardoor voor tien jaar geen AOW-rechten heeft opgebouwd?

Vraag 9

Kunt u aangeven wat de SVB administreert wanneer iemand bijvoorbeeld geboren is in een ander land dan in Nederland en op zijn 25ste zich hier vestigt en daardoor voor tien jaar geen AOW-rechten heeft opgebouwd?

Vraag 10

Klopt het dat de SVB uit de eigen administratie kan nagaan of iemand onvolledige AOW-rechten heeft opgebouwd?

Vraag 11

Zijn er redenen in de privacywetgeving die de SVB ervan weerhoudt om schriftelijk, telefonisch of anderszins contact te zoeken met iemand met onvolledige AOW-opbouw en in overleg met de persoon na te gaan of er recht is op de AIO?

Vraag 12

Kunt u zich nog herinneren dat de heer Heerma vorig jaar, 2018, tijdens de begrotingsbehandeling van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een vraag heeft gesteld over kleine zelfstandigen met een arbeidsongeschiktheidsverzekering, die in problemen zijn gekomen door de stijgende AOW- en pensioenleeftijd, de zogenoemde brandende huizen?2

Vraag 13

Herinnert u zich nog dat uw toezegging is geweest dat u over deze kwestie de Kamer in het eerste kwartaal van 2019 zou informeren? Klopt het dat deze toezegging niet gestand is gedaan?3

Vraag 14

Kunt u de Kamer voor de begrotingsbehandeling van uw ministerie in 2019 deze toezegging alsnog gestand doen? En zo niet, waarom niet?

Vraag 15

Wilt u deze vragen beantwoorden voor de begrotingsbehandeling van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in 2019?


X Noot
2

Handelingen II, vergaderjaar 2018–2019, nr. 29, item 8, blz. 4.

X Noot
3

Handelingen II, vergaderjaar 2018–2019, nr. 30, item 4, blz. 16.

Naar boven