Vragen van het lid Slootweg (CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de beschikbaarheid van respijtzorg in gemeenten (ingezonden 13 november 2019).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «Respijtzorg in Zaanstad slecht geregeld»?1

Vraag 2

Klopt het dat gemeenten in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) verantwoordelijk zijn voor de ondersteuning van mantelzorgers door middel van het treffen van algemene voorzieningen en van maatwerkvoorzieningen?

Vraag 3

Klopt het dat er gemeenten zijn, zoals Zaanstad, waarin mantelzorgondersteuning en respijtzorg niet of nauwelijks worden aangeboden aan mantelzorgers die overbelast raken? Wat vindt u daarvan?

Vraag 4

In het artikel wordt gesteld dat het nooit tot een werkbaar contract is gekomen in de lokale aanbesteding, klopt dat?

Vraag 5

Betekent het feit dat de volgende aanbesteding over drie jaar is nu echt dat mantelzorgers in de desbetreffende gemeente drie jaar moeten wachten op respijtzorg?

Vraag 6

Bent u het ermee eens dat de zorg in de avond, nacht of weekeinde zo zwaar kan zijn dat het aanbieden van dagbesteding onvoldoende ondersteuning biedt voor een mantelzorger(s)?

Vraag 7

Welke mogelijkheden heeft een mantelzorger in een dergelijke gemeente om toch toegang te krijgen tot mantelzorgondersteuning in het kader van de Wmo 2015?

Vraag 8

Welke initiatieven kan de gemeente nemen om dit concreet naar mantelzorgers recht te zetten?

Vraag 9

Krijgt u signalen dat in andere gemeenten mantelzorgondersteuning door middel van respijtzorg ook niet goed geregeld is?


X Noot
1

Noordhollands Dagblad, 6 november 2019, «Respijtzorg in Zaanstad slecht geregeld' https://www.noordhollandsdagblad.nl/cnt/dmf20191106_96513260/respijtzorg-in-zaanstad-slecht-geregeld?utm_source=google&utm_medium=organic

Naar boven