Vragen van de leden Van den Bosch en Laan-Geselschap (beiden VVD) aan de Ministers van Defensie en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het krijgen van een assistentiehond (ingezonden 17 oktober 2019).

Vraag 1

Kent u de Kamervragen over de eisen van zorgverzekeraars voor het krijgen van een assistentiehond en de antwoorden daarop van 4 september 2017?1

Vraag 2

Bent u bekend met het onderzoek door de KNGF Geleidehonden en Stichting Hulphond naar de effecten van de inzet van assistentiehonden op de gezondheid en het welzijn van veteranen en andere oud-geüniformeerden met PTSS, zoals vermeld in de antwoorden op bovengenoemde Kamervragen?

Vraag 3

Kunt u aangeven of dit onderzoek inmiddels is afgerond, daar destijds de verwachting werd uitgesproken dat eind 2017 meer bekend zou worden over de uitkomsten van deze onderzoeken en het inmiddels oktober 2019 is? Zo nee, wanneer wordt de afronding van het onderzoek verwacht?

Vraag 4

Wat is de reden van de vertraging en wanneer het onderzoek met de Kamer gedeeld wordt?

Vraag 5

In hoeverre is deelt u de mening dat er, gezien de lange wachtlijsten bij de huidige opleiders van assistentiehonden, met het onderzoek duidelijkheid komt, zodat veteranen met PTSS zo snel mogelijk de goede zorg krijgen die ze nodig hebben?

Vraag 6

Deelt u de mening dat het niet in het belang van de gezondheid en het welzijn van de veteranen met PTSS is om de keuzevrijheid te beperken tot twee opleiders van assistentiehonden, waardoor veteranen onnodig lang moeten wachten of geen wenselijke differentiatie mogelijk is ten aanzien van het opleidingstraject? Zo nee, waarom niet?


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen II, vergaderjaar 2016–2017, nr. 2627

Naar boven