Vragen van de leden Smeulders en Özütok (beiden GroenLinks) aan de Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht «Wildgroei flexmakelaars baart zzp'ers zorgen» (ingezonden 27 augustus 2019).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Wildgroei flexmakelaars baart zzp'ers zorgen»1

Vraag 2

Deelt u de zorgen van zelfstandige zonder personeel (zzp)-organisaties en praktijkexperts over de snelle groei van flexbemiddelaars op de arbeidsmarkt? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Vindt u ook dat deze flexbemiddelaars geen enkele toegevoegde waarde hebben op de arbeidsmarkt? Zo nee, wanneer zijn flexbemiddelaars wel van toegevoegde waarde? Erkent u dat er veel situaties zijn waar flexbemiddelaars enkel worden ingezet om risico’s af te wentelen en lage tarieven te kunnen rekenen?

Vraag 4

Wat gaat u doen om deze ongewenste ontwikkeling te stoppen?

Vraag 5

Kunt u reageren op de bewering in het artikel dat de rijksoverheid zelf de lelijkste partner is? Vindt u ook dat de overheid zelf het goede voorbeeld zou moeten geven?

Vraag 6

Hoe vaak werken rijksoverheid en uitvoeringsdiensten met grote flexbemiddelaars? Hoeveel heeft de rijksoverheid de afgelopen vijf jaar uitgegeven aan flexbemiddelaars? Kunt u per ministerie en uitvoeringsdienst aangeven hoeveel mensen er werken via een bemiddelaar? Waarom wordt voor deze constructie gekozen? Welke afspraken worden met deze tussenpartijen gemaakt?

Vraag 7

Bent u bereid kritisch naar uw eigen opdrachtgeverschap te kijken en dit te verbeteren? Zo ja, hoe gaat u dit oppakken? Zo nee, waarom niet?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Palland (CDA), ingezonden 27 augustus 2019 (vraagnummer 2019Z16050)

Naar boven