Vragen van het lid Van den Hul (PvdA) aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over een verdienmodel van een uitzendbureau met een wurgcontract voor docenten (ingezonden 19 juni 2019).

Vraag 1

Kent u het bericht «Leraar waarschuwt tegen «wurgcontract» van uitzendbureau»?1 Hoe beoordeelt u dat een beginnende leerkracht die zou gaan werken via een Haags arbeidsbemiddelingsbureau, moest ontdekken dat hij daardoor voorlopig bij vrijwel geen enkele basisschool in Den Haag meer terecht kan voor een vaste baan?

Vraag 2

Acht u het acceptabel dat een arbeidsbemiddelingsbureau in een contract met de schoolbesturen vastlegt dat scholen een leerkracht die binnenkomt via dit bureau, daarna een bepaalde tijd – grofweg tussen een half en een heel jaar – alleen in vaste dienst mogen nemen als er een afkoopsom van zo’n 8.000 euro wordt betaald?

Vraag 3

Vindt u het ten opzichte van de betrokken leerkrachten een zinnig excuus dat het contract verder een zaak tussen het bureau en de school is en de leerkracht op papier nergens aan vastzit, maar uiteraard wèl de gevolgen ervan ondervindt in de vorm van geringe kansen op een vaste baan?

Vraag 4

Wat betekent de komst van zulke constructies voor de aantrekkelijkheid van het lerarenberoep?


X Noot
1

«Leraar waarschuwt tegen «wurgcontract» van uitzendbureau» (https://www.aob.nl/nieuws/leraar-waarschuwt-tegen-wurgcontract-van-uitzendbureau/).

Naar boven