Vragen van de leden Van Helvert, Omtzigt (beiden CDA), Sjoerdsma (D66), Voordewind (ChristenUnie), Van der Staaij (SGP), Ploumen (PvdA), Karabulut (SP) en Van Ojik (GroenLinks) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie en Veiligheid over de oprichting van een tribunaal om IS-strijders te vervolgen (ingezonden 16 mei 2019).

Vraag 1

Heeft u met de Zweedse regering een gesprek gehad over de oprichting van een tribunaal om IS-strijders te vervolgen?1

Vraag 2

Herinnert u zich dat in het regeerakkoord staat dat Nederland zich inzet om een tribunaal op te zetten?

Vraag 3

Herinnert u zich dat de Nederlandse regering uitgesproken heeft dat IS-strijders (inclusief Nederlanders) zich hoogstwaarschijnlijk schuldig gemaakt hebben aan genocide en misdaden tegen de menselijkheid?

Vraag 4

Deelt u de mening dat het van groot belang is dat IS-strijders, die zich immers willens en wetens hebben aangesloten bij een organisatie waarvan uit haar publieke uitingen duidelijk was dat zij zich schuldig maakte aan misdaden tegen de menselijkheid en genocide, bestraft worden wegens (medeplichtigheid aan) die misdaden?

Vraag 5

Herinnert u zich dat leden van de Nederlandse delegatie in de Assemblee van de Raad van Europa voorstellen gedaan hebben om een tribunaal op te zetten?

Vraag 6

Bent u bereid om deel te nemen aan de conferentie over een internationaal tribunaal waarvoor Zweden Nederland heeft uitgenodigd?

Vraag 7

Bent u bereid om in de komende twee weken een position paper te schrijven (mogelijk samen met andere landen) waarin Nederland duidelijk maakt hoe zij IS-strijders in internationaal verband wil vervolgen?

Vraag 8

Is er in Nederland al een officier van justitie aangesteld die IS-strijder kan vervolgen voor genocide?

Vraag 9

Kunt u deze vragen een voor een en zo spoedig mogelijk beantwoorden?

Naar boven