Vragen van het lid Bruins Slot (CDA) aan de Minister van Defensie over het Algemeen
Burgerlijk Pensioenfonds dat veteranen onaanvaardbaar lang laten wachten voor keuringen
(ingezonden 14 mei 2019).
Vraag 1
Hoe beoordeelt u de kritiek van de Veteranenombudsman dat er sprake is van onaanvaardbaar
lange wachttijden bij de uitvoering van het militair invaliditeitspensioen?1
Vraag 2
Bent u op de hoogte van het feit dat het Algemeen Burgerlijk Pensioen (ABP) namens
de Staatssecretaris van Defensie bij veel veteranen heeft aangegeven dat de termijn
waarbinnen de mate van invaliditeit opnieuw wordt vastgesteld ambtshalve met een jaar
verlengd wordt?
Vraag 3
Klopt het dat veteranen die een Militair InvaliditeitsPensioen (MIP) aanvragen meestal
met psychische problematiek te maken hebben?
Vraag 4
Deelt u de mening dat het zeer onwenselijk is om kwetsbare veteranen en hun relaties
een jaar langer te laten wachten met het opnieuw vaststellen van de mate van invaliditeit
en het MIP?
Vraag 5
Bij hoeveel veteranen, die wel en niet actief dienend zijn (graag in de beantwoording
onderscheid maken tussen de beide categorieën), heeft het ABP de termijn ambtshalve
met een jaar verlengd?
Vraag 6
Hoe groot is de onderbezetting bij het ABP?
Vraag 7
Welke maatregelen heeft u inmiddels genomen om de keuringen te versnellen en meer
keuringsartsen aan te nemen?
Vraag 8
Kunt u voor de jaren 2014, 2015, 2016, 2017 en 2018 aangeven hoeveel keuringen van
niet-actief dienende veteranen er waren, hoeveel herkeuringen er waren en hoeveel
bezwaarschriften ingediend zijn?
Vraag 9
Klopt het dat het versnellen van het inkorten van de tijd voor de initiële keuringen
door de verzekeringsartsen tot onzorgvuldigheden leidt, waardoor er een toename van
bezwaarschriftprocedures plaatsvindt?
Vraag 10
Welke mogelijkheden ziet u om de ambtshalve verlengde termijn terug te draaien en
voor deze veteranen eerder hun MIP vast te stellen?
Vraag 11
Wanneer verwacht u dat de achterstanden weggewerkt zijn?
Vraag 12
Deelt u de opvatting van de Veteranenombudsman dat het om een breder en structureler
probleem gaat dan enkel een tekort aan keuringsartsen, omdat er meerdere voorbeelden
zijn van klachten van oud-militairen die te maken krijgen met onacceptabele, maandenlange
wachttijden tussen een aanvraag en een uitnodiging om naar het spreekuur te komen?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 13
Hoe verhoudt zich dit tot de Veteranenwet waarin een bijzondere zorgplicht voor veteranen
is opgenomen, die als gevolg van hun uitzending fysiek en/of psychisch gewond zijn
geraakt? Bent u van mening dat toegang tot voorzieningen als het MIP en het verkrijgen
van rechtszekerheid onderdeel van de bijzondere zorgplicht uitmaakt?
Vraag 14
Wat gaat u doen met het klemmende verzoek van de Veteranenombudsman in januari 2019
om, vanwege de urgentie, een oplossing te zoeken die recht doet aan de zorg die noodzakelijk
is? Bent u bereid vóór het Notaoverleg Veteranen van 24 juni 2019 een plan van aanpak
naar de Tweede Kamer te sturen om dit probleem zo snel mogelijk te verhelpen? Zo nee,
waarom niet?
Vraag 15
Zou u deze vragen voor het notaoverleg Veteranen van 24 juni willen beantwoorden?