Vragen van de leden Geurts (CDA) en De Groot (D66) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over kleine en middelgrote slachthuizen in Noord-Nederland (ingezonden 17 april 2019).

Vraag 1

Herinnert u zich de antwoorden op de Kamervragen van de leden Geurts (CDA) over het bericht «Vier jaar geëist tegen vleesfraudeur [...]»?1

Vraag 2

Herinnert u zich het antwoord op vraag 7 waarin wordt gesteld dat «wanneer een NVWA-dierenarts bij de levende keuring voor de slacht constateert dat een dier niet slachtwaardig is, dan wordt dit dier geëuthanaseerd en afgevoerd naar de Rendac»? Kunt u aangeven met welke controles dit wordt geborgd?

Vraag 3

Kunt u aangeven hoe wordt gegarandeerd dat «deze dieren (...) naar hun aard dan ook niet in de voedselketen terecht(komen)»?

Vraag 4

Bent u bekend met het bericht van Boerderij, waarin we lezen dat «(h)et Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit bevestigt dat bij een onderzoek is voorkomen dat zeker 30.000 kilo vlees van meerdere noordelijke slachterijen uiteindelijk op de markt is gekomen» en waarin het ministerie desgevraagd meldt dat «(a)l dat vlees is getraceerd. Er is dus niets in de keten terechtgekomen» en klopt het dat dit de reacties van uw ministerie waren?2

Vraag 5

Op welke tijdsperiode heeft het getal van 30.000 kilo betrekking?

Vraag 6

Kunt u aangeven op welke wijze u zich ervan heeft laten overtuigen dat de 30.000 kilo (afgekeurd) vlees niet voor menselijke consumptie is aangeboden?

Vraag 7

Kunt u alle documenten die hierop betrekking hebben aan de Kamer overhandigen (eventueel vertrouwelijk)?

Vraag 8

Zou het mogelijk kunnen zijn dat procedures niet goed gevolgd zijn ten aanzien van de genoemde 30.000 kg?

Vraag 9

Wat is de procedure die gevolgd wordt met dieren die ante mortem worden afgekeurd?

Vraag 10

Wat is de procedure die gevolgd moet worden met vlees dat post mortem is afgekeurd?

Vraag 11

Herinnert u zich de brief waarin u aangeeft dat «de inspecteur-generaal van de NVWA de secretaris-generaal van mijn ministerie verzocht [heeft] een onafhankelijk extern onderzoek te laten uitvoeren naar de gang van zaken rond (signalen over) de noordelijke slachthuizen en de wijze waarop de NVWA hierop heeft gereageerd»?3

Vraag 12

Op welke wijze heeft de selectie plaatsgevonden van het externe onderzoeksbureau?

Vraag 13

Op welke wijze is de onafhankelijkheid van het externe onderzoek gegarandeerd?

Vraag 14

Wie zijn betrokken geweest bij het opstellen van de onderzoeksvragen?

Vraag 15

Op welke wijze zijn de onderzoeksvragen van het externe onderzoek opgesteld?

Vraag 16

Hoe is daarbij geborgd dat dit opstellen van de vragen op onafhankelijke wijze kon plaatsvinden?

Vraag 17

Heeft het externe bureau de ruimte om zelf aanvullende vragen te stellen buiten de oorspronkelijke vraagstelling om als hiervoor aanleiding is?

Vraag 18

Klopt het dat NVWA mensen voordraagt die door het onderzoeksbureau gehoord kunnen worden? Zo ja, hoe wordt gegarandeerd dat er een onafhankelijke selectie van NVWA respondenten heeft plaatsgevonden?

Vraag 19

Wanneer denkt u dat het lopende interne onderzoek door de Interne auditdienst (IAD) van de NVWA naar mogelijke hiaten in het toezicht op de middelgrote slachthuizen is afgerond?


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 2037

X Noot
3

Brief regering, Slachthuizen in Noord-Nederland, 25 februari 2019, Kamerstuk 28 286, nr. 1040.

Naar boven