Vragen van lid Ellemeet (GroenLinks) aan de Minister voor Medische Zorg over het bericht
«Samenstelling verzekerdenpopulatie bepaalt resultaat zorgverzekeraars» (ingezonden
19 maart 2019).
Vraag 1
Kent u het artikel «Premieverschillen tussen zorgverzekeraars nemen toe»1 en het bericht «Samenstelling verzekerdenpopulatie bepaalt resultaat zorgverzekeraars?2
Vraag 2
Wat vindt u van het grote verschil in het geraamde financieel resultaat na risicoverevening
en zorginkoop tussen de verschillende verzekeraars, waarbij het grootste verschil
inmiddels is opgelopen tot 180 euro per verzekerde per jaar?
Vraag 3
Wat vindt u van de grote verschillen in het geraamde financieel resultaat na risicoverevening
en zorginkoop per verzekerde per jaar, waarbij sprake is van dezelfde inkoop maar
verschillende merken?
Vraag 4
Deelt u de mening dat een hoog vrijwillig eigen risico de solidariteit in de zorg
ondermijnt, omdat deze een financiële beloning biedt aan zorgverzekeraars voor het
aantrekken van
gezonde verzekerden?
Vraag 5
Deelt u de conclusie uit het onderzoek dat een verschil in samenstelling van de populatie
van verzekerden een grotere invloed heeft op het resultaat dan de zorginkoop? Zo ja
wat vindt u hiervan? Zo nee, waarom niet?
Vraag 6
Herkent u het beeld dat zorgverzekeraars scherper sturen op de samenstelling van hun
populatie om daarmee financiële risico’s te verminderen, zoals ook blijkt uit het
rapport van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) «Risicoselectie en risicosolidariteit
zorgverzekeringsmarkt» uit 2016?3 Zo ja, wat vindt u daarvan? Zo nee, hoe weerlegt u dat beeld?
Vraag 7
Wat vindt u van het feit dat gemeentelijke collectiviteiten bedoeld voor mensen met
een slechtere gezondheid en een kleine portemonnee deels afgestoten worden omdat zij
verliesgevend zijn voor zorgverzekeraars?
Vraag 8
Erkent u dat de risicoverevening nog steeds niet voldoende compenseert voor mensen
met een chronische ziekte? Zo ja, wat hebt u sinds uw aantreden ondernomen om deze
ondercompensatie te corrigeren? Welke onderzoeken naar en aanpassingen aan het risicoverveningssysteem
hebt u in gang gezet en doorgevoerd? Wat hebt u gedaan met de aanbeveling van de NZa
uit 2016 om het vereveningssysteem verder te verbeteren en daarmee prikkels voor risicoselectie
zo veel mogelijk weg te nemen?
Vraag 9
Deelt u de mening dat in tegenstelling tot de gemeentelijke collectiviteit – de minimapolis
– de meeste overige collectiviteiten juist gezonde mensen trekt en bevoordeelt. Zo
nee waarom niet?
Vraag 10
Bent u net als GroenLinks van mening dat de huidige collectiviteitskorting van 10%,
welke verlaagd wordt naar 5%, het aantrekken van gezonde mensen door zorgverzekeraars
beloont en stimuleert?
Vraag 11
Deelt u de mening dat de collectiviteitskorting moet worden afgeschaft aangezien de
mogelijke voordelen die tot nu toe nauwelijks in praktijk zijn gebracht niet opwegen
tegen de nadelen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 12
Bent u daarnaast van mening dat een goedwerkend risicovereveningssysteem extra belangrijk
is bij het wegvallen van de collectiviteitskortingen, zoals blijkt uit het Equalis-onderzoek?
Kunt dit toelichten?
Vraag 13
Bent u bereid om alle instrumenten die zorgverzekeraars kunnen gebruiken om tot risicoselectie
te komen te evalueren? Kunt dit toelichten?
Vraag 14
Bent u bereid om de ex-post verevening te herintroduceren en daarmee de tekortkomingen
van het huidige verveningssysteem weg te nemen? Kunt dit toelichten?
Vraag 15
Kunt u bovenstaande vragen beantwoorden voor het algemeen overleg Zorgverzekeringswet
op 10 april 2019?
X Noot
1d.d. 14 maart van Equalis
X Noot
2d.d. 14 maart in Zorgvisie
X Noot
3Tweede Kamer der Staten-Generaal, Vergaderjaar 2016–2017, kamerstuk 29 689-769