Vragen van het lid Stoffer (SGP) aan de Minister van Sociale zaken en werkgelegenheid over het bericht «Werkgevers overstelpt met loonsancties» (ingezonden 8 maart 2019).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Werkgevers overstelpt met loonsancties»?1

Vraag 2

Klopt het dat het aantal boetes bij eigenrisicodragers het afgelopen jaar met 60 tot 70 procent is gestegen? In hoeverre is de stijging van het aantal boetes overwegend te wijten aan gewijzigd beleid van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV)?

Vraag 3

Klopt het dat de richtlijnen van het UWV het afgelopen jaar zijn aangescherpt? Hoe past deze ontwikkeling bij het verzoek van de Kamer om juist te komen tot een gelijkwaardiger werking van de hybride markt en uw opmerking dat sprake moet zijn van een zo goed mogelijk evenwicht op de markt?2

Vraag 4

Hoe is het te verdedigen dat eigenrisicodragers na beëindiging van het dienstverband moeten blijven werken aan re-integratie alsof de werknemer nog in dienst is, de mogelijkheden in spoor 1 moet blijven onderzoeken en zo mogelijk tot herplaatsing moet overgaan, terwijl publiek verzekerde werkgevers zich reeds voor het einde van het dienstverband moeten richten op spoor 2 en de re-integratie na einde van het dienstverband eindigt? Hoe verhoudt deze aangescherpte koers zich tot het voornemen uit het regeerakkoord om de risico’s voor eigenrisicodragers juist te verlagen en de lasten te verlichten?

Vraag 5

In hoeverre is voorafgaand aan de aanscherping met private uitvoerders overlegd? Bent u bereid met hen te overleggen over een evenwichtiger uitvoering van het hybride stelsel?


X Noot
1

Financieel dagblad, 5 maart 2019.

X Noot
2

Kamerstukken 34 766, nr. 15 en 34 766, nr. 18

Naar boven