Vragen van het lid Groothuizen (D66) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over reclassering voor veroordeelde bedrijven (ingezonden 27 februari 2019).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het artikel «Minister positief over plan reclassering veroordeelde bedrijven»?1

Vraag 2

Welke mogelijkheden heeft het openbaar ministerie (OM) op dit moment om (grote) bedrijven een verbeterprogramma te laten volgen nadat zij de fout in zijn gegaan?

Vraag 3

Kunt u een korte schets geven van de verbeterprogramma's uit Groot-Brittannië en de Verenigde Staten waarnaar het eerder genoemde artikel verwijst? Zijn er (elementen van die) verbeterprogramma's waarvan u denkt dat die ook in Nederland toegepast kunnen worden? Zo ja, welke dan en op welke manier kunnen die worden toegepast?

Vraag 4

Wat zijn uw eerste gedachten over een reclasseringssysteem voor bedrijven? In welke gevallen zouden volgens u bedrijven een verbeterprogramma moeten volgen? Uit welke onderdelen zou zo'n verbeterprogramma kunnen bestaan? Hoe worden die bedrijven begeleid en gecontroleerd? Aan welke sancties denkt u bij niet-naleving? Door welke organisatie zouden deze verbeterprogramma's moeten worden gecontroleerd?

Vraag 5

Welke rol ziet u weggelegd voor de rechter bij het opleggen van en het toezicht op een verbeterprogramma? Zie u mogelijkheden hierbij een verbinding te leggen met de rechterlijke toets op hoge transacties? Zo ja, hoe zou u dit vorm kunnen geven? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Wat vindt u van de gedachte om bedrijven die zelf melden dat zij zich mogelijk schuldig hebben gemaakt aan een strafbaar feit tegemoet te komen met een lagere boete? Indien u hier positief tegenover staat, welke mogelijkheden ziet u?

Vraag 7

Wat is er besproken op de bijeenkomst georganiseerd door Rijksdienst voor Ondernemend Nederland die de heer Van Woerden in het artikel noemt?

Naar boven